22 (36)
Wanneer het stangenstelsel is ingesteld op
de
afbeelding, draait de motor niet omdat het
veiligheidsventiel wordt ingeschakeld. De
snelkoppelingsplaat van de laadarm moet
voldoende vooruit worden gekanteld.
De zweefstand moet worden gecontroleerd
als de motor helemaal niet draait of
onregelmatig
besturingshendel van de externe hydrauliek
op ingeschakeld is vergrendeld.
Controleer de werking van het veiligheidsventiel regelmatig. Kantel de snelkoppelingsplaat omhoog
(bakvulrichting) om het ventiel te activeren; de motor moet stoppen wanneer het stangenstelsel
volledig is gekanteld. Gebruik het toebehoren nooit als het ventiel defect is, neem indien nodig
contact op met service.
6.6 De snijhoogte aanpassen
De snijhoogte kan worden aangepast met de plastic hulzen op de verticale assen van de
steunwielen. De maaier hoeft niet van de kniklader te worden losgekoppeld tijdens het aanpassen
van de hoogte. De hoogte aanpassen:
1. Hef het toebehoren iets van de grond af met de kniklader en
schakel de motor uit.
2. Verwijder de borgpen van de verticale as van het dragende wiel.
Trek het wiel van zijn houder af.
3. Breng enkele plastic hulzen van boven de beugel naar eronder of
vice versa, afhankelijk van of u de bezem omhoog of omlaag wilt
brengen.
4. Duw de as terug door de beugel en breng de borgpen weer aan.
5. Herhaal stappen 2-4 voor alle wielen. Zorg ervoor dat alle wielen
zijn afgesteld op dezelfde hoogte.
Er zijn plastic hulzen in twee dikten (10 en 20 mm)
voor een meer nauwkeurige afstelling van de
werkhoogte. Pas alle wielen aan op dezelfde
hoogte.
positie die
is
aangegeven
draait,
zelfs
op de
wanneer
de