Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz W213 E-Klasse 2020

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 E-Klasse Limousine Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Het hoofdstuk "Kinderen in de auto" in acht Waarschuwing passagiersairbag nemen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar bij ingeschakelde passa‐ giersairbag Als de passagiersairbag is ingeschakeld, kan een kind op de passagiersstoel bij een onge‐ val door de passagiersairbag worden geraakt. NOOIT een naar achteren gericht kinderzit‐...
  • Pagina 4 Mercedes-Benz behoudt zich daarom het recht Welkom in de wereld van Mercedes-Benz voor de volgende punten te wijzigen: Voor de eerste rit dient u zich aan de hand van vorm deze handleiding vertrouwd te maken met de auto. Voor uw eigen veiligheid en voor een lan‐...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    ..........72 Licht en zicht ..........130 Terugname van de oude auto ......18 Exterieurverlichting ........130 Mercedes-Benz Originele Onderdelen ... 19 Interieurverlichting ........138 Openen en sluiten ........73 Handleiding ..........20 Ruitenwissers en ruitensproeierinstalla‐...
  • Pagina 6 Aanwijzingen met betrekking tot het Mercedes me & apps ........287 Aanwijzingen met betrekking tot het regelmatig controleren van de velgen en Mercedes-Benz noodoproepsysteem ..296 trekken van auto's ........256 banden ............346 Radio, media & tv ........300 Aanwijzingen met betrekking tot sneeuw‐...
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Technische gegevens ....... 364 Aanwijzingen met betrekking tot de tech‐ nische gegevens ......... 364 Boordelektronica ........364 Zendvergunningen voertuigcomponenten .. 366 Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer ..........367 Bedrijfsstoffen ..........369 Autogegevens ..........378 Aanhangwagenvoorziening ......380 Displaymeldingen met waarschu‐ wings- en controlelampjes ......
  • Pagina 8: Symbolen

    Symbolen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ Geeft een oorzaak aan * AANWIJZING Materiële schade door het len: niet in acht nemen van aanwijzingen m.b.t. materiële schade & GEVAAR Gevaar door het niet in acht Aanwijzingen m.b.t. materiële schade wijzen nemen van waarschuwingsaanwijzingen op risico's die tot schade aan de auto kunnen Waarschuwingsaanwijzingen wijzen op geva‐...
  • Pagina 9: In Één Oogopslag - Cockpit

    In één oogopslag – Cockpit...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Cockpit → → Stuurwielschakelpaddles Actieve parkeerassistent → → Combischakelaar Voertuighoogte instellen → → Instrumentendisplay DYNAMIC SELECT-schakelaar → → DIRECT SELECT-keuzehendel Controlelampje PASSENGER AIR BAG → → Mediadisplay Bedieningsgroep MBUX multimediasysteem → → Start-stoptoets Stuurwiel mechanisch instellen →...
  • Pagina 11: Waarschuwings- En Controlelampjes

    In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay...
  • Pagina 12: Knipperlichten

    In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes → → #! Knipperlichten # Elektrische storing → → ï Aanhangwagenvoorziening Ù Elektrische stuurbekrachtiging → → 6 Veiligheidssysteem ! ABS → → ® h Bandenspanningscontrole å ESP → % Dieselmotor: Voorgloeien ® ÷ ESP →...
  • Pagina 13: Bedieningspaneel Dakconsole

    In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole...
  • Pagina 14: A 3 Panoramaschuifdak Openen En Sluiten

    In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole → Zonnekleppen u Interieurverlichting achterin in- en uit‐ schakelen → p Linker leeslampje in- en uitschakelen → p Rechter leeslampje in- en uitschakelen → S Automatische besturing van interieur‐ verlichting in- en uitschakelen Brillenvak →...
  • Pagina 15: Portierbedieningseenheid En Stoelinstel- Lingen

    In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen...
  • Pagina 16 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen → → Stoel elektrisch instellen Portier openen → → Stoelverwarming in- en uitschakelen Geheugenfunctie bedienen → → Stoelventilatie in- en uitschakelen Hoofdsteunen instellen → → & % Auto ver- en ontgrendelen Stoelinstellingen configureren →...
  • Pagina 17: In Geval Van Nood En Pech

    In één oogopslag – In geval van nood en pech...
  • Pagina 18 In één oogopslag – In geval van nood en pech → → QR-codes voor het bepalen van de reddings‐ Brandblusser kaart → Tankdopklep met informatieplaatjes voor ban‐ → Veiligheidsvesten denspanning, brandstofsoort en QR-codes voor het bepalen van de reddingskaart → me-toets en SOS-toets →...
  • Pagina 19: Digitale Handleiding

    Digitale handleiding Tips: Hier krijgt u informatie om u voor te Digitale handleiding oproepen bereiden op bepaalde alledaagse situaties Multimediasysteem: met uw auto. © Info Handleiding Õ Animaties: Hier kunt u animaties over de voertuigfuncties bekijken. Meldingen: Hier vindt u aanvullende informa‐ tie over de meldingen op het instrumenten‐...
  • Pagina 20 Digitale handleiding de overeenkomstige inhoud in de digitale hand‐ leiding openen: Instrumentendisplay: Oproepen van beknopte informatie over displaymeldingen in het combi- instrument LINGUATRONIC: Oproepen via het spraakge‐ stuurd bedieningssysteem Tijdens het rijden is de digitale handleiding om veiligheidsredenen gedeactiveerd.
  • Pagina 21: Algemene Aanwijzingen

    Alleen voor EU-landen: rijstijl plaats. Mercedes-Benz neemt uw oude auto weer terug om deze overeenkomstig de richtlijn autowrak‐ De uitstoot van schadelijke stoffen van de Uw persoonlijke rijstijl: ken van de Europese Unie (EU) milieuvriendelijk auto heeft een directe samenhang met het Tijdens het starten geen gas geven.
  • Pagina 22: Mercedes-Benz Originele Onderdelen

    Mercedes-Benz, ondanks voort‐ In deze gebieden geen accessoires durende marktverkenningen, niet beoordelen. monteren zoals een audiosysteem. Ook als in een enkel geval een goedkeuring door Geen reparaties of laswerkzaamheden een keuringsinstantie of officiële instantie aan‐ uitvoeren. wezig is, neemt Mercedes-Benz geen verant‐...
  • Pagina 23: Handleiding

    De handleiding en het onderhoudsboekje zijn gekwalificeerde werkplaats. Bij het bestellen van Mercedes-Benz Originele belangrijke documenten en moeten in de auto Onderdelen altijd het voertuigidentificatienum‐ bewaard worden. mer (VIN) vermelden (...
  • Pagina 24 Algemene aanwijzingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & WAARSCHUWING Brandgevaar door * AANWIJZING Beschadiging van de auto len en letsel door ondeskundige wijzigin‐ brandbaar materiaal aan hete onderdelen door te snel rijden en door stoten tegen gen aan elektronische onderdelen van het uitlaatsysteem de bodemplaat of onderdelen van het onderstel...
  • Pagina 25: Conformiteitsverklaring

    Algemene aanwijzingen Auto's met 48V-boordnet (EQ Boost techno‐ Auto's met 48V-boordnet bevatten hoogspan‐ optredende belastingen niet meer zoals logie) ningscomponenten. Deze onderdelen zijn met bedoeld opnemen. een hoogspanningslabel gemarkeerd: Als de bodembekleding beschadigd is, kan & GEVAAR Levensgevaar door het aanra‐ zich brandbaar materiaal, bijvoorbeeld blade‐...
  • Pagina 26 2014/53/EU. Meer infor‐ Hirschmann Car Communication GmbH, Stutt‐ het vanwege het formaat of de aard niet mogelijk matie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-ser‐ garter Straße 45-51, 72654 Neckartenzlingen, is ze op het apparaat weer te geven.
  • Pagina 27 Autoliv Electronics ASP Inc., 26545 American Drive, Southfield, MI 48034, USA Naast de typische frequenties voor mobiele Draadloze hoofdtelefoons communicatie maken auto's van Mercedes-Benz ADC Automotive Distance Control Systems Harman Becker Automotive Systems GmbH, gebruik van de volgende radiografische toepas‐...
  • Pagina 28 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld Comfort-sluitsysteem 125 kHz (119 - 135 kHz) ≤ 42 dBμA/m bij 10 m Draadloze vermogensoverdracht Near Field Communication 13,553 – 13,567 MHz ≤ 42 dBμA/m bij 10 m Comfort-sluitsysteem, garagedeurbediening, 433 MHz (433,05 – 434,79 MHz) ≤...
  • Pagina 29 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld 24 GHz UWB radar 24,25 – 26,65 GHz* ≤ -41,3 dBm/MHz e.i.r.p mean ≤ 0 dBm/50 MHz e.i.r.p. peak 76 GHz radar 76 – 77 GHz ≤ 55 dBm peak e.i.r.p. * Modelseries met marktintroductie vóór april 2016 NFC:...
  • Pagina 30: Diagnose-Interface

    Algemene aanwijzingen Productiejaar: 2015 Hradec nad Moravicí 2014/30/EU Voldoet aan alle betreffende bepalingen Plaats Toegepaste geharmoniseerde normen, in het bij‐ zonder: Richtlijn nr. 2006/42/EG DIN EN 55014-1: 2012 05-05-2015 DIN EN 55014-2: 2016 Beschrijving en gebruiksdoel: Datum Fabrikant: Dunlop Tech GmbH De krik is uitsluitend bedoeld voor het omhoog‐...
  • Pagina 31: Gekwalificeerde Werkplaats

    Algemene aanwijzingen matie van de uitlaatgasbewaking wordt terugge‐ van de bestuurder terecht kunnen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ zet. Daardoor bestaat de mogelijkheid, dat de komen. len door het aansluiten van apparaten auto niet meer voldoet aan de eisen van de vol‐ aan de diagnose-interface De vloermatten altijd stevig en zoals gende uitlaatgasanalyse van de Algemene Perio‐...
  • Pagina 32: Registratie Van De Auto

    Als de auto bij een niet-geautoriseerde dealer daards Wijzigingen evenals in‑ en ombouwen is aangeschaft. Werkzaamheden aan elektronische onderde‐ Als de auto nog niet bij een Mercedes-Benz- Informatie over de REACH-verordening servicewerkplaats is onderzocht. Auto's met 48V-boordnet (EQ Boost tech‐ Alleen voor EU- en EFTA-landen: nologie): Werken aan hoogspanningscompo‐...
  • Pagina 33: Informatie Voor Personen Met Elektroni- Sche Medische Hulpmiddelen

    Dergelijke schade wordt noch door de een gekwalificeerde werkplaats laten uitvoeren: toestand van de auto magnetische velden kun‐ Mercedes-Benz aansprakelijkheid voor gebre‐ Spanningsvoerende voertuigcomponenten nen produceren die overeen komen met die van ken noch door de garantie op nieuwe ‑of een permanente magneet.
  • Pagina 34: Gegevensopslag

    Meer informatie vindt u op https:// Gebruiksomstandigheden van systeemcom‐ auto zelf verwerkt. Slechts een gering deel van www.mercedes-benz.de/qr-code. ponenten (bijvoorbeeld niveaus, accustatus, de gegevens wordt in het gebeurtenis- of sto‐ bandenspanning) ringsgeheugen opgeslagen.
  • Pagina 35: Online-Diensten

    Algemene aanwijzingen De storingsgeheugens in de auto kunnen in het deze gegevens aan derden vindt uitsluitend Daartoe behoort – afhankelijk van de soort inte‐ kader van reparatie- of onderhoudswerkzaamhe‐ plaats op uw verzoek, in het bijzonder in het gratie – bijvoorbeeld: den door een servicewerkplaats worden gereset.
  • Pagina 36: Auteursrecht

    Algemene aanwijzingen vangsteenheid van de auto, of door een eigen Meestal kunt u de (gedeeltelijk betaalde) dien‐ https://www.mercedes-benz.com/opensource mobiel eindapparaat (bijvoorbeeld een smart‐ sten en functies in- of uitschakelen. In sommige phone). Via deze mobiele-gegevensverbinding gevallen geldt dit ook voor de gehele gegevens‐...
  • Pagina 37: Veiligheid Voor Inzittenden

    Mercedes-Benz adviseert om voertuigaanpassin‐ dig worden uitgesloten. vulling op de correct omgegespte veiligheidsgor‐ gen te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw del. De gordelspanners en/of airbags worden auto heeft goedgekeurd. niet bij elk ongeval geactiveerd.
  • Pagina 38 Veiligheid voor inzittenden Bedrijfsklare status van het veiligheidssys‐ De activeringsdrempels voor de onderdelen van & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel teem het veiligheidssysteem worden bepaald door het door storingen in de werking van het vei‐ evalueren van de sensorwaarden die op verschil‐ ligheidssysteem Bij ingeschakeld contact gaat het waarschu‐...
  • Pagina 39: Veiligheidsgordels

    Beschermingspotentieel van de veiligheids‐ Kneebag: Frontale aanrijding gordel Mercedes-Benz adviseert om de auto na een Sidebag: Aanrijding van opzij ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te De veiligheidsgordel voor aanvang van de rit laten slepen. Dit advies in het bijzonder opvolgen Windowbag: Aanrijding van opzij, over de kop altijd correct omgespen.
  • Pagina 40 Veiligheid voor inzittenden De schoudergordel mag niet de hals raken en Eveneens controleren dat zich nooit voorwer‐ Bovendien kan een verkeerd omgegespte vei‐ ook niet onder de arm of achter de rug wor‐ pen tussen een persoon en de zitting bevin‐ ligheidsgordel bijvoorbeeld bij een ongeval, den doorgevoerd.
  • Pagina 41 Als voorwerpen tussen de voorstoel en het Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsgordels Veiligheidsgordels kunnen bij een ongeval portier de bewegende gordelverankering op te gebruiken die door Mercedes-Benz voor uw ook onzichtbaar worden beschadigd, bijvoor‐ de voorstoel blokkeren, is de beveiligende auto zijn goedgekeurd.
  • Pagina 42 * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ werkplaats laten vervangen. spanner en sidebags bij onbezette passa‐ giersstoel Mercedes-Benz adviseert om de auto na een ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐ laten slepen. del in het gordelslot van de onbezette passa‐...
  • Pagina 43: Functie Van De Statusindicatie Veiligheidsgordels Achterin

    Veiligheid voor inzittenden Veiligheidsgordel afdoen Functie van de statusindicatie veiligheids‐ * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ gordels achterin spanner bij onbezette passagiersstoel De ontgrendelingsknop in het gordelslot indrukken en de veiligheidsgordel met de De statusindicatie veiligheidsgordels achterin is Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐ gordelslottong teruggeleiden.
  • Pagina 44: Airbags

    Veiligheid voor inzittenden dicatie veiligheidsgordel achterin opnieuw weer‐ Windowbag & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of gegeven. Sidebags levensgevaar bij ingeschakelde passa‐ Bovendien kan een waarschuwingssignaal klin‐ giersairbag De inbouwplaats van een airbag is herkenbaar ken. In dit geval kunt u de statusindicatie veilig‐ Als de passagiersairbag is ingeschakeld, kan aan het opschrift AIRBAG.
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden Beschermingspotentieel van de airbags een ongeval worden geactiveerd. Bij een bezette Altijd controleren of zich geen voorwer‐ passagiersstoel voor en ook tijdens het rijden de pen tussen de airbag en de inzittende Afhankelijk van de ongevalssituatie kan een air‐ correcte status van de passagiersairbag contro‐...
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden Beperking van het beschermingspotentieel cockpit leggen. Anders bevinden uw voeten een airbag zijn aangebracht, bijvoorbeeld op zich in het ontplooiingsgebied van de airbag. de cockpit, aan portieren, zijruiten of zijbe‐ van de airbags kledingen. Wanneer kinderen in de auto worden meege‐ &...
  • Pagina 47 Een reeds geactiveerde airbag biedt geen Alleen stoelhoezen gebruiken die beschermende werking meer. Ingeklemde voorwerpen onder de bijrijders‐ Mercedes-Benz voor de betreffende stoel kunnen de automatische uitschakeling Om een geactiveerde airbag te vervan‐ stoel heeft goedgekeurd. van de bijrijdersairbag verstoren of het sys‐...
  • Pagina 48 Veiligheid voor inzittenden Nooit voorwerpen onder of achter het kinder‐ Een persoon op de passagiersstoel moet de vol‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of zitjesbevestigingssysteem leggen, zoals een gende aanwijzingen in acht nemen: levensgevaar door voorwerpen tussen kussen. De veiligheidsgordel correct omgespen zitvlak en kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 49 Veiligheid voor inzittenden AIR BAG controlelampjes geven de status van de Auto's zonder automatische uitschakeling van de Een persoon op de passagiersstoel kan dan passagiersairbag weer. passagiersairbag hebben aan passagierszijde bijvoorbeeldmet delen van het interieur in een speciale sticker op de cockpit aanraking komen, in het bijzonder als hij Altijd de aanwijzingen met betrekking tot de wer‐...
  • Pagina 50: Statusindicatie

    Veiligheid voor inzittenden SENGER AIR BAG OFF de status van de passa‐ fieke aanwijzingen in acht nemen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of giersairbag aan. Het controlelampje PASSENGER pagina 68). levensgevaar door gebruik van een naar AIR BAG OFF kan continu branden of gedoofd Afhankelijk van het kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 51 Veiligheid voor inzittenden Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG vanaf de gordeldoorvoeropening naar & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel OFF continu brandt, mag een volwassene of voren en omlaag verlopen. Indien nodig door verkeerde plaatsing van het naar een persoon met overeenkomstig postuur de de gordeldoorvoeropening en de passa‐...
  • Pagina 52: Pre-Safe ® Systeem

    Veiligheid voor inzittenden door een kort geluidssignaal bij ingeschakeld & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ ® PRE-SAFE systeem multimediasysteem. vaar bij brandend PASSENGER AIR BAG ® Functie van PRE-SAFE (preventieve inzitten‐ OFF-controlelampje denbescherming) * AANWIJZING Beschadiging door voor‐ Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG werpen in de beenruimte of achter de ®...
  • Pagina 53: Kinderen Veilig In De Auto Vervoeren

    Veiligheid voor inzittenden Systeemgrenzen ® portier en de inzittende kan daardoor worden Functie van PRE-SAFE PLUS (preventieve vergroot. inzittendenbescherming Plus) Het systeem neemt in de volgende situaties geen maatregelen: ® Wanneer de PRE-SAFE impuls zijkant is geacti‐ ® De PRE-SAFE PLUS kan een dreigende aanrij‐...
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden Het overkoepelend begrip kinderzitjesbeves‐ Mercedes-Benz adviseert voor een betere toegestaan zijn; dit controleren. Meer informatie tigingssysteem bescherming van kinderen jonger dan twaalf jaar is verkrijgbaar in een gekwalificeerde werk‐ of kleiner dan 1,50 m, de volgende aanwijzingen plaats.
  • Pagina 55 Veiligheid voor inzittenden Risico herkennen, gevaar vermijden Voordeel van een naar achteren gericht kin‐ gingssysteem en de gebruiksmogelijk‐ derzitjesbevestigingssysteem heden in acht nemen. Bevestigingssystemen voor kinderzitjesbe‐ Een baby of een klein kind bij voorkeur in een Het gehele draagvlak van het kinderzit‐ vestigingssystemen in de auto geschikt naar achteren gericht kinderzitjesbe‐...
  • Pagina 56 Beslist de montagehandleiding van de sagiersairbag controleren ( pagina 46). Mercedes-Benz adviseert u voor het reinigen van fabrikant van het kinderzitjesbevesti‐ De waarschuwingsstickers in het interieur de door Mercedes-Benz geadviseerde kinderzit‐ gingssysteem in acht nemen.
  • Pagina 57 Veiligheid voor inzittenden De bevestigingssystemen van de kin‐ Het kinderzitjesbevestigingssysteem Uitrustingen van het voertuig bedienen en derzitjesbevestigingssystemen direct bij beschermen, bijvoorbeeld met een bijvoorbeeld bekneld raken. een gekwalificeerde werkplaats laten deken. Bovendien kunnen kinderen het voertuig in controleren, voordat weer een kinderzit‐ Voordat het kind hierin wordt beveiligd beweging zetten, door bijvoorbeeld: jesbevestigingssysteem wordt gemon‐...
  • Pagina 58 E1 04 301 133 een gekwalificeerde werkplaats. Mercedes- A 000 970 43 02 Bestelnummer A 000 970 43 02 Bestelnummer Benz adviseert een Mercedes-Benz-service‐ werkplaats. 1 Fabrikant: Britax Römer. 2 Met kleurcode 9H95. 1 Fabrikant: Britax Römer. 2 Met kleurcode 9H95.
  • Pagina 59 Veiligheid voor inzittenden Groep II/III (15 tot 36 kg en van circa 4 tot Middelste zitplaats achterin ° i-Size kinderzitjebevestiging 12 jaar) pagina 60) Bevestigingssysteem: ¯ Top Tether, indien aanwezig, eveneens KIDFIX XP Type 7 Veiligheidsgordel van de zitplaats bevestigen ( pagina 63).
  • Pagina 60 Veiligheid voor inzittenden Toelatingscategorieën volgens UN-R129 Afhankelijk van de toelatingscategorie van het voor het inbouwen in auto's. Ze kunnen over‐ kinderzitjesbevestigingssysteem kunnen verdere eenkomstig de overzichten met betrekking gegevens aanwezig zijn, zoals de ISOFIX-grootte‐ tot de geschiktheid van de zitplaatsen voor klasse.
  • Pagina 61 Veiligheid voor inzittenden Kinderzitjesbevestigingssysteem met ISOFIX Babydraagzak kinderzitjesbevestigingssystemen op de met i‑U gekenmerkte zitplaatsen worden gebruikt. of i-Size op de zitplaats achterin bevestigen Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ Het kenmerk i‑U heeft betrekking op i‑Size plaats achterin Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor Systeem kinderzitjesbevestigingssystemen van de bevestiging van ISOFIX-kinderzitjesbevestig‐...
  • Pagina 62 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 Gewichtsgroep I (9–18 kg en circa 9 maan‐ Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ maanden) den tot 4 jaar) plaats achterin Systeem Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ plaats achterin plaats achterin A–...
  • Pagina 63 Veiligheid voor inzittenden Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor i‑Size-kinderzitjesbevestigingssystemen Daardoor wordt de inzittende krachtiger bevestiging van i‑Size-kinderzitjesbevesti‐ (ISO/R2, ISO/F2X) in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ gingssystemen heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld Passagiersstoel Linker/rechter zit‐ i‑Size is een gestandaardiseerd bevestigingssys‐ beschermen en extra letsel veroorzaken.
  • Pagina 64 Veiligheid voor inzittenden op een label aan het kinderzitjesbevesti‐ ® Bij de montage van een ISOFIX-kinderzit‐ & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ gingssysteem, indien aanwezig jesbevestigingsysteem daarnaast ook het vol‐ vaar door het overschrijden van het toe‐ gende in acht nemen: gestaan totaalgewicht van kind en kin‐...
  • Pagina 65 Veiligheid voor inzittenden systeem niet op de maximumgrootte kan teem zo volledig mogelijk tegen de rugleu‐ Voor iedere rit beslist controleren, dat het worden ingesteld, bijvoorbeeld door moge‐ ning van de zitplaats aan liggen. ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsysteem of het lijk contact met het dak. i‑Size-kinderzitjesbevestigingssysteem correct in Na het uitbouwen van het kinderzitjesbeves‐...
  • Pagina 66 Veiligheid voor inzittenden Top Tether bevestigen Als de middelste rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, is de rode vergrendelingsindica‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of tor zichtbaar. ¯ Indien het kinderzitjesbevestigingssys‐ levensgevaar bij niet vergrendelde rug‐ teem van een Top Tether-gordel voorzien leuningen van de zitplaatsen achterin na montage van de Top Tether‑gordels Top Tether kan het gevaar voor letsel ver‐...
  • Pagina 67 Veiligheid voor inzittenden Tether-gordel niet in het verloop wordt U, L Middelste zitplaats achterin gehinderd. Gewichtsgroep I: 9 tot 18 kg Kinderzitjesbevestigingssysteem met de vei‐ Linker/rechter zitplaats achterin U, L ligheidsgordel bevestigen U, L Middelste zitplaats achterin Aanwijzingen met betrekking tot de geschikt‐ heid van zitplaatsen voor de bevestiging van Gewichtsgroep II: 15 tot 25 kg kinderzitjesbevestigingssystemen die met de...
  • Pagina 68 Veiligheid voor inzittenden de situatie de correcte status van de passa‐ Gewichtsgroep III: 22 tot 36 kg U Geschikt voor kinderzitjesbevestigingssystemen van giersairbag controleren ( pagina 46). de categorie "Universal" in deze gewichtsgroep. UF, L Passagiersairbag geactiveerd Passagiersstoel L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevesti‐ U, L Gewichtsgroep 0: Tot 10 kg Passagiersairbag uitgeschakeld...
  • Pagina 69 Veiligheid voor inzittenden O Voor een kinderzitjesbevestigingssysteem Daardoor wordt de inzittende krachtiger L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevesti‐ van de categorie "Universal" of "Semi-Uni‐ in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ gingssystemen overeenkomstig de tabel in "Geadvi‐ versal" controleren of dit voor de zitplaats heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld seerde kinderzitjesbevestigingssystemen", of als de van de auto is toegestaan.
  • Pagina 70 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen voor auto's zonder automati‐ dig mogelijk tegen de rugleuning van de zit‐ Altijd de correcte ligging van de schoudergor‐ sche uitschakeling van de passagiersairbag plaats achterin aan liggen. del vanaf de gordeldoorvoeropening van de auto naar de schoudergordelgeleiding van O Bij bepaalde kinderzitjesbevestigingssyste‐...
  • Pagina 71 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen met betrekking tot naar achte‐ Beslist de volgende aanwijzingen in acht nemen: dat kan voor het kind DODELIJKE of ERN‐ ren en naar voren gerichte kinderzitjesbeves‐ Een naar achteren gericht kinderzitjesbeves‐ STIGE VERWONDINGEN tot gevolg hebben. tigingssystemen op de passagiersstoel tigingssysteem nooit op de passagiersstoel De specifieke aanwijzingen met betrekking tot...
  • Pagina 72 Veiligheid voor inzittenden moet worden gemonteerd, beslist de aanwij‐ O De montage- en gebruikshandleiding van de O Bij bepaalde kinderzitjesbevestigingssyste‐ zingen met betrekking tot de automatische fabrikant van het gebruikte kinderzitjesbe‐ men van de gewichtsgroepen II of III kan het uitschakeling van de passagiersairbag in acht vestigingssysteem in acht nemen.
  • Pagina 73: Kinderbeveiligingen

    Veiligheid voor inzittenden Kinderbeveiligingen achterste rand van de zitting zich in de Kinderen nooit zonder toezicht in het onderste positie bevindt. voertuig laten. Kinderslot voor achterportieren vergrende‐ De rugleuning zo rechtop mogelijk instellen. len of ontgrendelen Bij het verlaten van het voertuig altijd Het kinderzitjesbevestigingssysteem monte‐...
  • Pagina 74 Veiligheid voor inzittenden Auto's voor het Verenigd Koninkrijk: De belang‐ De hendel in de richting van de pijl (ver‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ rijke veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk grendelen) of (ontgrendelen) indrukken. len en letsel als kinderen zonder toezicht "Aanwijzingen met betrekking tot de extra por‐...
  • Pagina 75: Aanwijzingen Met Betrekking Tot Huisdieren In De Auto

    Veiligheid voor inzittenden Vergrendelen/ontgrendelen: De toets Daardoor kunnen de dieren bijvoorbeeld: indrukken. Uitrustingen van het voertuig activeren en De zijruit achterin kan in de volgende geval‐ bijvoorbeeld bekneld raken. len worden geopend of gesloten: Systemen in‑ of uitschakelen en daardoor Het controlelampje brandt: Met de andere verkeersdeelnemers in gevaar...
  • Pagina 76: Openen En Sluiten

    Openen en sluiten Sleutel Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Overzicht sleutelfuncties Bij het verlaten van het voertuig altijd & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig vergrendelen. len en letsel als kinderen zonder toezicht in de auto worden achtergelaten De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
  • Pagina 77: Sleutelfuncties Deactiveren

    Openen en sluiten Met de sleutel worden de volgende onderdelen Duitsland, is het gebruik van het akoestisch Auto's met KEYLESS-GO: Als de binnenzijde ver- en ontgrendeld: sluitsignaal wettelijk niet toegestaan (in van de portiergreep van het bestuurderspor‐ Duitsland conform §16 Abs. 1 en §30 Abs. 1 tier wordt aangeraakt, worden alleen het de portieren StVO).
  • Pagina 78 Opnieuw de ontgrendelingsknop indruk‐ snel mogelijk naar een arts gaan. nodig. ken en de noodsleutel er helemaal uit‐ trekken. Mercedes-Benz adviseert de batterij te laten ver‐ Noodsleutel aanbrengen vangen bij een gekwalificeerde werkplaats. De noodsleutel verwijderen ( pagina 75). De ontgrendelingsknop indrukken.
  • Pagina 79: Portieren

    Openen en sluiten Problemen met de sleutel afscherming door metalen voorwerpen of contactlussen voor poort- of slagboominstal‐ U kunt de auto niet meer ver- of ontgrende‐ laties len. Op voldoende afstand tussen de sleutel en Mogelijke oorzaken: een potentiële storingsbron letten. De batterij van de sleutel is zwak of leeg.
  • Pagina 80 Openen en sluiten Na de vergrendeling kunt u met de claxon & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel een signaal laten geven. voor personen in de auto bij geacti‐ De activering van de extra portiervergrendeling veerde extra portiervergrendeling kan worden voorkomen, door voor het vergren‐ Wanneer de extra portiervergrendeling geac‐...
  • Pagina 81 Er is een digitale voertuigsleutel-sticker aan‐ wezig. De digitale voertuigsleutel-sticker op uw smartphone plakken, zie de aanvullende handleiding. Mercedes-Benz adviseert de noodsleutel mee te nemen, voor het geval dat functiebe‐ Met het gedeelte van de digitale voertuig‐ perkingen optreden. sleutel-sticker waarin zich de NFC-antenne...
  • Pagina 82 Openen en sluiten Auto met KEYLESS-GO ver- en ontgrendelen Auto ontgrendelen: De binnenzijde van de Met het controlelampje de batterij controle‐ portiergreep aanraken. ren ( pagina 73). Voorwaarden Eventueel de batterij van de sleutel vervan‐ Auto vergrendelen: Het sensorvlak De sleutel bevindt zich buiten de auto. gen ( pagina 75).
  • Pagina 83 Openen en sluiten Automatische vergrendeling in- en uitschake‐ Uitschakelen: De toets circa vijf secon‐ Als het portier tot in de eerste klikstand in het slot wordt gedrukt, trekt de servosluiting het den ingedrukt houden, tot een geluidssignaal klinkt. portier automatisch in het slot. De auto wordt automatisch vergrendeld als het In de volgende situaties bestaat gevaar voor bui‐...
  • Pagina 84: Bagageruimte

    Openen en sluiten De portiergreep loslaten. Bagageruimte Kofferdeksel openen & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaat‐ gassen Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐ gassen uit, bijvoorbeeld koolmonoxide. Als het kofferdeksel is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kun‐ nen uitlaatgassen in het interieur terecht komen.
  • Pagina 85: Kofferdeksel Sluiten

    Openen en sluiten Aan de handgreep van het kofferdeksel trek‐ Aan de afstandsbedieningstoets voor het schuiven, kantelen of rondslingeren en daar‐ ken. kofferdeksel trekken. door inzittenden raken. Auto's met HANDS-FREE ACCESS: Met een De toets p van de sleutel lang indrukken. Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder voet onder de bumper schoppen bij remmanoeuvres of plotselinge richtings‐...
  • Pagina 86 Openen en sluiten Een in een tussenstand gestopt kofferdeksel Tijdens de sluitprocedure erop letten omlaag drukken. dat niemand zich in de omgeving van Het kofferdeksel wordt verder gesloten. het sluitgebied bevindt. Om de sluitprocedure te stoppen, een van de volgende mogelijkheden gebrui‐ ken: De toets p in de sleutel indruk‐...
  • Pagina 87 Openen en sluiten Functie HANDS-FREE ACCESS Bij een volledig geopend kofferdeksel de & WAARSCHUWING Inklemgevaar toets p van de sleutel lang indrukken. De ondanks anti-inklemfunctie sleutel moet zich daarbij in de omgeving van De anti-inklemfunctie reageert niet: de auto bevinden. op zachte, lichte en dunne objecten, bij‐...
  • Pagina 88 Openen en sluiten De aanwijzingen met betrekking tot het openen In deze situaties het KEYLESS-GO deac‐ pagina 81) en sluiten ( pagina 82) van het tiveren of erop letten dat de sleutel ten kofferdeksel in acht nemen. minste 3 m van de auto verwijderd is. Tijdens het openen of sluiten van het koffer‐...
  • Pagina 89: Zijruiten

    Openen en sluiten Afzonderlijke vergrendeling van de bagage‐ Het kofferdeksel kan in de volgende situaties Uitschakelen: De schakelaar in de stand 2 onbedoeld openen of sluiten: ruimte in- en uitschakelen schuiven. Als personen armen of benen in het registra‐ Als een ongeval wordt herkend, wordt de Als bij een ingeschakelde afzonderlijke vergren‐...
  • Pagina 90 Openen en sluiten De toetsen in het bestuurdersportier hebben & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het Kinderen nooit zonder toezicht in de voorrang. auto laten. sluiten van een zijruit Automatische beweging starten: De toets Bij het sluiten van een zijruit kunnen Voorwaarden W tot voorbij het drukpunt drukken of er lichaamsdelen in het sluitgebied bekneld aan trekken en weer loslaten.
  • Pagina 91: Comfortopening (Auto Voor Aanvang Van De Rit Ventileren)

    Openen en sluiten bij extreme temperaturen Bij het openen controleren dat niemand & WAARSCHUWING Inklemgevaar na een bepaalde tijd (afhankelijk van de de zijruit aanraakt. ondanks anti-inklemfunctie van de zijruit boordnetspanning) Wanneer iemand bekneld raakt, direct De anti-inklemfunctie reageert niet: bij storingen in de spanningsvoorziening de toets loslaten.
  • Pagina 92: Comfortsluiting (Auto Van Buitenaf Sluiten)

    Openen en sluiten Comfortsluiting (auto van buitenaf sluiten) Voor het sluiten van het rolzonnescherm: Een zijruit kan niet worden gesloten en de oorzaak is niet zichtbaar. De toets ß opnieuw indrukken en inge‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij drukt houden. Controleer of er zich voorwerpen in de ruit‐ onoplettende comfortsluiting De comfortsluiting werkt ook met KEYLESS- geleider bevinden.
  • Pagina 93: Schuifdak

    Openen en sluiten een seconde aan de toets blijven trekken (bij‐ Kinderen nooit zonder toezicht in de & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het stellen). auto laten. openen en sluiten van het schuifdak De zijruit wordt zonder automatische anti- Bij het verlaten van de auto altijd de Er kunnen lichaamsdelen in het bewegings‐...
  • Pagina 94 Openen en sluiten Controleren of het omhoogbrengen of * AANWIJZING Storing in de werking door openen van het schuifdak bij een sneeuw en ijs gemonteerde imperial mogelijk is. Sneeuw en ijs kunnen leiden tot storingen in In geval van twijfel het schuifdak niet de werking van het schuifdak.
  • Pagina 95 Openen en sluiten Controleren of het omhoogbrengen of ope‐ nescherm automatisch weer geopend. De auto‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar nen van het schuifdak bij een gemonteerde matische anti-inklemfunctie is slechts een hulp‐ ondanks actieve anti-inklemfunctie imperial mogelijk is. middel en is geen vervanging van uw oplettend‐ De anti-inklemfunctie reageert in het bijzon‐...
  • Pagina 96 Openen en sluiten Automatische functies van het schuifdak automatische functie voor het schuifdak en de Als iemand bekneld is, de schuifdak‐ zijruiten uitgeschakeld. toets kort naar voren of naar achteren Het begrip "schuifdak" heeft ook betrekking drukken. op het panoramaschuifdak. Regensluiting als de auto rijdt Auto's met panoramaschuifdak: Als het gaat Door de toets 3 in te drukken of eraan te...
  • Pagina 97: Rolzonneschermen

    Openen en sluiten Het schuifdak kan niet worden gesloten en De toets 3 meerdere keren zo lang tot Rolzonneschermen de oorzaak is niet zichtbaar. het drukpunt omhoog drukken, tot het schuif‐ Rolzonneschermen bij de achterste zijruiten dak volledig geopend is. Het begrip "schuifdak"...
  • Pagina 98: Diefstalbeveiliging

    Openen en sluiten Rolzonnescherm van de achterruit uit- of inrollen & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het uit‑ of inrollen van het rolzonnescherm Lichaamsdelen in het bewegingsbereik van het rolzonnescherm kunnen bekneld raken. Ervoor zorgen dat zich geen lichaams‐ delen in het bewegingsgebied bevinden. Als iemand bekneld raakt, de toets opnieuw kort indrukken.
  • Pagina 99 Openen en sluiten uitgeschakeld bij het inschakelen van het con‐ Bij een actief Mercedes‑Benz noodoproep‐ tact. systeem wordt tijdens een alarm van meer dan 30 seconden automatisch contact opge‐ nomen met de klantenservice EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) pagina 297). Werking van de EDW Alarm van het EDW beëindigen Als de EDW is ingeschakeld, wordt in de vol‐...
  • Pagina 100: Functie Van De Interieurbeveiliging

    Openen en sluiten Wegsleepbeveiliging in- of uitschakelen De wegsleepbeveiliging wordt automatisch na De interieurbeveiliging wordt automatisch na circa 60 seconden geactiveerd: circa tien seconden geactiveerd: Multimediasysteem: Na de vergrendeling met de sleutel Na de vergrendeling met de sleutel © Instellingen Snelle toegang Na de vergrendeling met KEYLESS-GO Na de vergrendeling met KEYLESS-GO...
  • Pagina 101 Openen en sluiten Bij geopend schuifdak Bij geopend panoramaschuifdak Interieurbeveiliging in- en uitschakelen Multimediasysteem: © Instellingen Snelle toegang Interieurbeveiliging in- of uitschakelen. In de volgende gevallen wordt de interieurbeveili‐ ging weer ingeschakeld: De auto wordt opnieuw ontgrendeld. Er wordt een portier geopend. De auto wordt weer vergrendeld.
  • Pagina 102: Stoelen En Opbergen

    Stoelen en opbergen Uw benen zijn niet volledig gestrekt en u kunt Aanwijzingen voor een correcte stand van de pedalen goed indrukken. de bestuurdersstoel Uw achterhoofd wordt op ooghoogte door & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ het midden van de hoofdsteun ondersteund. len door voertuiginstellingen tijdens het U kunt het stuurwiel met licht gebogen rijden...
  • Pagina 103: Stoelen

    100 Stoelen en opbergen Stoelen De chauffeursstoel moet altijd vergren‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij deld zijn voordat het voertuig wordt instelling van de stoelen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen gestart; dit controleren. (zonder zitcomfortpakket) Wanneer u een stoel instelt, is het mogelijk dat uzelf of andere inzittenden bekneld &...
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen 101 & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij Altijd met gemonteerde hoofdsteunen De stoel voor aanvang van de rit correct rijden. instellen. onoplettend instellen van de zitting‐ hoogte Voor het rijden bij elke inzittende con‐ Altijd erop letten dat de rugleuning troleren, of het midden van de hoofd‐...
  • Pagina 105 102 Stoelen en opbergen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen In stoellengterichting instellen: De hendel (met zitcomfortpakket) omhoogbrengen en de stoel in de gewen‐ ste positie schuiven. Zorg ervoor dat de stoel vergrendeld is. Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren‑...
  • Pagina 106: Voorstoel Elektrisch Instellen

    Stoelen en opbergen 103 Voorstoel elektrisch instellen De instellingen met de geheugenfunctie Met de toetsen de rugleuningwel‐ opslaan ( pagina 114). ving individueel aan uw wervelkolom aanpas‐ sen. Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Hoofdsteunen Hoofdsteunen van de voorstoelen mecha‐ nisch instellen &...
  • Pagina 107 104 Stoelen en opbergen Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel lingsknop indrukken en de hoofdsteun door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ naar achteren drukken. stelde hoofdsteunen Comforthoofdsteunen van de voorstoelen Als hoofdsteunen niet zijn ingebouwd of niet mechanisch instellen correct zijn ingesteld is er een verhoogd risico op letsel aan het hoofd en de nek, bij‐...
  • Pagina 108 Stoelen en opbergen 105 Hoofdsteunen van de zitplaatsen achterin Hoofdsteunen van de zitplaatsen achterin Naar voren verstellen: De hoofdsteun naar mechanisch instellen uit- of inbouwen voren trekken. Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ Verwijderen lingsknop indrukken en de hoofdsteun De hoofdsteunen kunnen alleen worden verwij‐ naar achteren drukken.
  • Pagina 109: Stoelinstellingen Configureren

    106 Stoelen en opbergen De hoofdsteun tot de aanslag omhoogtrek‐ De instellingen Z van de gewenste stoel Er mogen zich geen personen of ken. selecteren. lichaamsdelen in het verstelbereik van De ontgrendelingsknop in de richting van Het luchtkussen instellen. de stoel bevinden tijdens de instelling de pijl drukken en de hoofdsteun eruit trek‐...
  • Pagina 110 Stoelen en opbergen 107 Multimediasysteem: De lichaamslengte instellen op de schaal. Wanneer u een individueel gebruikersprofiel gebruikt en uw lichaamslengte hebt inge‐ © Instellingen Voertuig Positie-instelling starten selecteren. steld, wordt deze informatie gebruikt voor de Autom. stoelinstelling De bestuurdersstoelpositie wordt aangepast in- en uitstaphulp.
  • Pagina 111 108 Stoelen en opbergen Golfmassage: Regenererende massage door Massage-intensiteit instellen: Hoge inten- De stoelverwarming niet herhaaldelijk massagegolven over de rug en in de zitting. siteit in- of uitschakelen. inschakelen. Mobilizing Massage: Mobiliserende massage Ter bescherming tegen oververhitting kan de door opwaartse massagegolven. Kan een Stoelinstellingen terugzetten stoelverwarming na herhaaldelijk opnieuw langzamere, diepere ademhaling bevorderen.
  • Pagina 112: Vlakkenverwarming Instellen

    Stoelen en opbergen 109 van 8, 10 en 20 minuten terug tot het uit‐ schakelen van de stoelverwarming. Vlakkenverwarming instellen Multimediasysteem: © Instellingen Voertuig Vlakkenverwarming Bij ingeschakelde stoelverwarming kunnen de armsteunen en de middenconsole worden ver‐ warmd. De functie in- of uitschakelen voor de gewen‐ ste stoelen.
  • Pagina 113: Stuurwiel

    110 Stoelen en opbergen Stuurwiel & WAARSCHUWING Inklemgevaar voor kinderen bij het instellen van het stuur‐ Stuurwiel mechanisch instellen wiel & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer kinderen het stuurwiel instellen, len door voertuiginstellingen tijdens het kunnen ze bekneld raken. rijden Kinderen nooit zonder toezicht in de U kunt in het bijzonder in de volgende situ‐...
  • Pagina 114 Stoelen en opbergen 111 Stuurwiel elektrisch instellen Stuurwielverwarming in- en uitschakelen Het stuurwiel kan worden ingesteld als de span‐ Voorwaarden ningsvoorziening is uitgeschakeld. De spanningsvoorziening of het contact is ingeschakeld. Ontgrendelen: De ontgrendelingshendel volledig omlaagklappen. De hoogte en de afstand tot het stuur‐...
  • Pagina 115: In- En Uitstaphulp

    112 Stoelen en opbergen Als het contact wordt uitgeschakeld wordt de & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij acti‐ Bij gevaar voor inklemming door het stuur‐ stuurwielverwarming ook uitgeschakeld. vering van de in‑ en uitstaphulp door kin‐ wiel: deren De bedieningshendel van het stuurwiel In- en uitstaphulp Wanneer kinderen de in‑...
  • Pagina 116: Geheugenfunctie

    Stoelen en opbergen 113 Het stuurwiel zwenkt alleen omhoog, als dit Auto's met geheugenfunctie: Wanneer een van De geheugenfunctie aan bestuurders‐ zich niet al tegen de bovenste aanslag de positietoetsen van de geheugenfunctie wordt zijde alleen gebruiken als de auto stil‐ bevindt.
  • Pagina 117: Opbergmogelijkheden

    114 Stoelen en opbergen Buitenspiegels De geheugentoets V indrukken en vervol‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij acti‐ gens binnen drie seconden een van de Head-up-display vering van de geheugenfunctie door kin‐ geheugenplaatstoetsen 4, T of U deren indrukken. Geheugenfunctie bedienen Wanneer kinderen de geheugenfunctie acti‐ Er klinkt een geluidssignaal.
  • Pagina 118 Stoelen en opbergen 115 Altijd de motor afzetten alvorens het Zware, harde, scherpe, breekbare of te & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel kofferdeksel te openen. grote voorwerpen altijd in de bagage‐ door ongeschikt opbergen van voorwer‐ ruimte opbergen en beveiligen. Nooit met een geopend kofferdeksel rij‐ den.
  • Pagina 119 116 Stoelen en opbergen De asbak moet volledig vergrendeld & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ * AANWIJZING Beschadiging van de zijn. bekerhouder wonden door uitlaateindpijpen en uitlaat‐ sierstukken De bekerhouder kan bij het terugklappen van & WAARSCHUWING Gevaar voor brand en Uitlaateindpijpen en uitlaatsierstukken kun‐...
  • Pagina 120 Stoelen en opbergen 117 Niet tot boven de bovenzijde van de rugleu‐ Opbergvak in de middenconsole voorin met Daardoor wordt de inzittende in de veilig‐ ningen beladen. usb-aansluiting heidsgordel gedrukt. De veiligheidsgordel Indien mogelijk de bagage altijd achter de kan niet meer zoals bedoeld beschermen Dashboardkastje niet-bezette stoelen plaatsen.
  • Pagina 121 118 Stoelen en opbergen Om de middelste rugleuning om te klappen: Auto's zonder geheugenfunctie: Eventueel De middelste rugleuning is gedeblokkeerd. de bestuurders- of de passagiersstoel naar voren verplaatsen. De armsteun van de tweede rij zitplaatsen is teruggeklapt en de bekerhouders zijn leeg. Auto's met geheugenfunctie: Als een of meerdere delen van de rugleuning achterin De middelste en buitenste rugleuningen kunnen...
  • Pagina 122 Stoelen en opbergen 119 Rugleuning achterin terugklappen Ontgrendeling van de middelste rugleuning achterin blokkeren * AANWIJZING Beschadiging van de veilig‐ Voorwaarden heidsgordel door inklemmen bij het De linker en de middelste rugleuning zijn ver‐ terugklappen van de rugleuning grendeld en met elkaar verbonden. De veiligheidsgordel kan bij het terugklappen U kunt de bagageruimte tegen onbevoegde toe‐...
  • Pagina 123 120 Stoelen en opbergen Bagagenet bevestigen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door ongeschikt opbergen van voorwer‐ Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het interieur worden opgeborgen, kunnen ze ver‐ schuiven of rondvliegen en daardoor inzitten‐ den raken. Bovendien kunnen bekerhouders, geopende opbergvakken en houders voor mobiele telefoons bij een ongeval de daarin aanwezige voorwerpen niet altijd tegenhou‐...
  • Pagina 124 Stoelen en opbergen 121 Het bagagenet in de voorste en achterste De afsluitbare opbergvakken voor aan‐ Als er iemand bekneld raakt, de laad‐ sjorogen bevestigen. vang van de rit sluiten. vloer in het midden voorzichtig omlaag‐ Auto's zonder doorlaadmogelijkheid achter‐ drukken.
  • Pagina 125 122 Stoelen en opbergen Dit geldt eveneens voor de digitale voertuigsleu‐ bagageruimte-comfortbox beschadigen en tel-sticker. worden weggeslingerd. Geen scherpe, puntige, ronde, rollende * AANWIJZING Beschadiging van de uitge‐ of breekbare voorwerpen in de EASY- trokken EASY-PACK-bagageruimte-com‐ PACK-bagageruimte-comfortbox vervoe‐ fortbox ren. Wanneer de EASY-PACK-bagageruimte-com‐...
  • Pagina 126 Stoelen en opbergen 123 EASY-PACK-bagageruimte-comfortbox aan‐ Opbergen: De box aan de handgreep vol‐ brengen of verwijderen ledig naar binnen drukken, tot deze vergren‐ delt. Aanbrengen De aanwijzingen met betrekking tot het reini‐ gen van de EASY-PACK-bagageruimte-com‐ fortbox in acht nemen ( pagina 322).
  • Pagina 127 De box naar achteren uit de openingen geopend terwijl een niet voor Mercedes-Benz Bij niet voor Mercedes-Benz geteste en goed‐ trekken. geteste en goedgekeurde imperial is gemon‐ gekeurde imperials kan schade aan de auto teerd, kan het panoramaschuifdak door de ontstaan.
  • Pagina 128: Contactdozen

    Stoelen en opbergen 125 De afdekkingen voorzichtig in de richting van de pijl omhoogklappen. De imperial aan de bevestigingspunten onder de afdekkingen bevestigen. De montagehandleiding van de fabrikant van de imperial opvolgen. De bagage op de imperial beveiligen. Contactdozen 12V-aansluiting in het opbergvak in de middencon‐ 12V-aansluiting gebruiken sole voorin (voorbeeld) Voorwaarden...
  • Pagina 129 126 Stoelen en opbergen 230V-aansluiting achterin gebruiken & GEVAAR Levensgevaar door ondeskun‐ dig werken met de contactdoos & GEVAAR Levensgevaar bij beschadigde U kunt met name een stroomstoot krijgen: aansluitkabel of contactdoos Als in de contactdoos wordt gegrepen. Als de aansluitkabel of de 230V‑aansluiting Als ongeschikte apparaten of voorwerpen uit de bekleding is getrokken, beschadigd of in de contactdoos worden gestoken.
  • Pagina 130: Usb-Aansluiting Achterin

    Stoelen en opbergen 127 Usb-aansluiting achterin Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder Behalve een mobiele telefoon geen bij remmanoeuvres of plotselinge richtings‐ andere voorwerpen in de mobiele-tele‐ Op de usb-aansluitingen kunnen usb-apparaten, wijzigingen! foonhouder plaatsen, vooral geen meta‐ zoals een mobiele telefoon, worden opgeladen len voorwerpen.
  • Pagina 131 128 Stoelen en opbergen Bij ingeschakelde airconditioning kan de Erop letten dat er geen vloeistoffen in mobiele telefoon in de mobiele-telefoonhou‐ de mobiele-telefoonhouder terecht der worden gekoeld. De koelcapaciteit in de komen. mobiele-telefoonhouder is het grootst als de regelaar in het dashboardkastje gesloten is. Afhankelijk van de uitrusting van de auto wordt de mobiele telefoon via de oplaadmo‐...
  • Pagina 132: Vloermatten Aanbrengen Of Verwijderen

    Stoelen en opbergen 129 tegen schadelijke interferenties, ook niet van Hierdoor wordt de bedrijfs‑ en verkeersveilig‐ stations van hetzelfde type, en het mag geen heid van de auto in gevaar gebracht. interferenties veroorzaken met systemen, die in Alle voorwerpen in de auto veilig opber‐ de primaire modus werken.
  • Pagina 133: 130 Licht En Zicht

    130 Licht en zicht Aanwijzingen over verlichtingssystemen en Verlichtingsschakelaar Exterieurverlichting uw verantwoordelijkheid Verlichtingsschakelaar bedienen Aanwijzingen voor het aanpassen van de ver‐ lichting bij buitenlandse reizen De verschillende verlichtingssystemen van de auto zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoor‐ Auto's met statische LED-koplampen: Het delijkheid voor de correcte voertuigverlichting omschakelen van de koplamp is niet nodig.
  • Pagina 134 Licht en zicht 131 De exterieurverlichting (behalve stads- en par‐ Het automatisch rijlicht is slechts een hulpmid‐ L Dimlicht en grootlicht keerlicht) wordt automatisch uitgeschakeld als del. De verantwoordelijkheid voor het inschake‐ R Mistachterlicht in- of uitschakelen de bestuurdersdeur wordt geopend. len van de verlichting ligt altijd bij de bestuurder.
  • Pagina 135 132 Licht en zicht Combischakelaar verlichting bedienen Grootlicht Noodknipperlichten in- of uitschakelen Inschakelen: De verlichtingsschakelaar in de stand L of à draaien. De combischakelaar in de richting van de pijl tot voorbij het drukpunt indrukken. Bij activering van het grootlicht wordt het controlelampje voor het dimlicht L gedeactiveerd en door het controlelampje grootlicht K vervangen.
  • Pagina 136 Licht en zicht 133 Functie van de actieve bochtenverlichting Werking van de bochtenverlichting Als vervolgens wordt verder gereden, wordt de alarmknipperlichtinstallatie bij circa 10 km/h automatisch uitgeschakeld. U kunt de alarmknip‐ perlichtinstallatie ook met de toets uitscha‐ kelen. Adaptieve functies MULTIBEAM LED's Functie van het Intelligent Light System De ACTIVE MULTIBEAM LED koplampen passen zich aan de rij- en weersomstandigheden aan en...
  • Pagina 137 134 Licht en zicht GPS-positie van de auto aan beide zijden geacti‐ In de volgende gevallen is de functie niet actief: De functie wordt in de volgende situatie automa‐ veerd. Het blijft actief totdat de rotonde of krui‐ tisch gedeactiveerd: bij snelheden onder 80 km/h sing wordt verlaten.
  • Pagina 138 Licht en zicht 135 Intelligent Light System in- of uitschakelen De adaptieve grootlichtassistent is slechts een Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ Voorwaarden hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een correcte voertuigverlichting overeenkomstig de Het contact is ingeschakeld. vangrail heersende licht- en zichtomstandigheden en de Multimediasysteem:...
  • Pagina 139 136 Licht en zicht Grootlicht Het grootlicht via de combischakelaar inscha‐ Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ kelen. ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een Bij snelheden boven 30 km/h: Als de adaptieve grootlichtassistent wordt vangrail Als geen andere verkeersdeelnemers worden ingeschakeld, gaat het controlelampje _ herkend, wordt automatisch het grootlicht In zeer sporadische gevallen reageert de op het multifunctioneel display branden.
  • Pagina 140 Licht en zicht 137 De adaptieve grootlichtassistent Plus is slechts Gedeeltelijk grootlicht Bij snelheden boven 40 km/h: een hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de Grootlicht Als geen andere verkeersdeelnemers worden correcte voertuigverlichting overeenkomstig de herkend en de rijbaan recht verloopt, wordt ULTRA RANGE grootlicht heersende licht- en zichtomstandigheden en de automatisch het ULTRA RANGE grootlicht...
  • Pagina 141: Interieurverlichting

    138 Licht en zicht lampje _ op het multifunctioneel display Multimediasysteem: Interieurverlichting branden. © Instellingen Verlichting Interieurverlichting instellen Uitschakelen: Het grootlicht via de combi‐ Uitschakelvertr. buiten Bedieningspaneel dakconsole voorin schakelaar inschakelen. Een uitschakelvertragingstijd van de verlich‐ ting instellen. Bij het parkeren van de auto wordt de exte‐ Dimlicht instellen (alleen auto's met MULTI‐...
  • Pagina 142: Leeslampje Achterin

    Licht en zicht 139 Bedieningseenheid in handgreep Helderheid instellen Begroetingsverlichting activeren Helderheid selecteren. Kleur selecteren. De helderheid instellen. Welkom selecteren. Bij het ontgrendelen van de auto doorloopt Lichtsterkte van de zones activeren de sfeerverlichting een speciaal scenario. Helderheid selecteren. Afhankelijkheid van de klimaatinstellingen Helderheidszones selecteren.
  • Pagina 143: Uitschakelvertragingstijd Interieurverlichting In- Of Uitschakelen

    140 Licht en zicht Uitschakelvertragingstijd interieurverlichting De combischakelaar in de betreffende stand Ruitenwissers en ruitensproeierinstallatie in- of uitschakelen 1 - 5 draaien. Ruitenwissers voorruit in- of uitschakelen Eenmaal wissen resp. sproeien: De toets Multimediasysteem: op de combischakelaar in de richting van de ©...
  • Pagina 144 Licht en zicht 141 Ruitenwisserarmen in de vervangingsstand Ruitenwisserbladen aanbrengen zetten Het contact in- en direct weer uitschakelen. Binnen circa 15 seconden de toets î op de combischakelaar gedurende circa drie seconden indrukken ( pagina 140). De ruitenwisserarmen gaan naar de vervan‐ gingsstand.
  • Pagina 145: Spiegels

    142 Licht en zicht Onderhoudsindicatie De bevestiging van het ruitenwisserblad con‐ De tijd tot het veranderen van de kleur is troleren. afhankelijk van de gebruiksvoorwaarden. De ruitenwisserarmen weer naar de voorruit klappen. Spiegels Het contact inschakelen. Buitenspiegels bedienen Op de combischakelaar de toets î indrukken.
  • Pagina 146 Licht en zicht 143 Buitenspiegels in- en uitklappen De toets kort indrukken. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij gebruik van de buitenspiegel door Buitenspiegels instellen verkeerde inschatting van de afstand Met de toetsen de in te stellen bui‐ De buitenspiegels geven een verkleind beeld. tenspiegel selecteren.
  • Pagina 147 144 Licht en zicht Werking van de automatisch dimmende spie‐ In de volgende situaties klapt de buitenspiegel Geen braken opwekken. Zo snel aan passagierszijde omlaag in de richting van mogelijk naar een arts gaan. het achterwiel aan passagierszijde: Met elektrolyt vervuilde kleding &...
  • Pagina 148: Vlak In De Voorruit Dat Radiogolven Doorlaat

    Licht en zicht 145 Inparkeerstand van de buitenspiegel aan Met de toets de buitenspiegel aan passa‐ Vlak in de voorruit dat radiogolven doorlaat passagierszijde via de achteruitversnelling gierszijde in de gewenste inparkeerstand opslaan brengen. Oproepen Opslaan Via de toets de buitenspiegel aan passa‐ gierszijde selecteren.
  • Pagina 149: Werking Van De Infrarood-Reflecterende Voorruit

    146 Licht en zicht Werking van de infrarood-reflecterende voorruit De infrarood-reflecterende voorruit is voorzien van een coating en voorkomt een te sterke opwarming van het interieur. De coating beschermt het interieur tegen radio‐ golven.
  • Pagina 150: Overzicht Temperatuurregelsystemen

    ( pagina 150) altijd goed afgesloten wordt door het deksel. ¤ Achterruitverwarming in- of uitschake‐ Door Mercedes-Benz geadviseerde en vrijgege‐ ven filters gebruiken. Onderhoudswerkzaamhe‐ Auto's met aircobedieningseenheid THER‐ den altijd laten uitvoeren bij een gekwalificeerde MATIC zonder standverwarming: 0 Syn‐...
  • Pagina 151: Temperatuurregelsysteem Bedienen

    148 Klimaatregeling Bedieningseenheid achterin bij auto's met Als de klimaatregeling is uitgeschakeld, kun‐ g Luchtrecirculatie in- of uitschakelen aircobedieningseenheid THERMOTRONIC nen de ruiten sneller beslaan. Klimaatrege‐ pagina 150) ling slechts kortstondig uitschakelen. Auto's met aircobedieningseenheid THER‐ MATIC: ¿ A/C-functie in- of uitschakelen pagina 148) A/C-functie via aircobedieningseenheid in- of uitschakelen...
  • Pagina 152: Klimaatregeling Automatisch Regelen

    Klimaatregeling 149 Klimaatmenu via de toets in de aircobedie‐ Aircostijl De luchtverdeling instellen: ¯, P of ningseenheid oproepen O selecteren. Werking van de klimaatmodus De toets A van de aircobedieningseen‐ De luchthoeveelheid instellen. In de automatische stand zijn de volgende kli‐ heid indrukken.
  • Pagina 153 150 Klimaatregeling Synchronisatiefunctie van de klimaatrege‐ Luchtrecirculatie in- of uitschakelen Ionisering in- of uitschakelen ling via het multimediasysteem in- of uit‐ De ionisering verbetert de kwaliteit van de interi‐ De toets g indrukken. schakelen De interieurlucht wordt gerecirculeerd. eurlucht. De ionisering van de interieurlucht zelf Met de synchroniseringsfunctie wordt de kli‐...
  • Pagina 154 Aanbrengen: De flacon tot de aanslag in de Bij aanhoudende klachten naar een arts houder schuiven. gaan. Verwijderen: De flacon eruit trekken. Wanneer niet-originele Mercedes-Benz parfums worden gebruikt, de waarschuwing op de ver‐ pakking van de parfumvloeistof in acht nemen.
  • Pagina 155 152 Klimaatregeling Standverwarming/-ventilatie Standverwarming of -ventilatie via bedie‐ De flacon met origineel Mercedes-Benz parfum nadat deze opgebruikt is afvoeren en niet ningseenheid in- of uitschakelen Werking van de standverwarming of -ventila‐ opnieuw vullen. & GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐ Flacon om zelf te vullen...
  • Pagina 156 Klimaatregeling 153 moba.i.daimler.com/markets/ece-row/baix/ & WAARSCHUWING Brandgevaar door Uiterlijk na tweemaal verwarmen of cars/connectme/de_DE/#emotions/ ventileren van de auto een langere hete onderdelen van de standverwar‐ Startseite.html. afstand rijden. ming en uitlaatgassen Standverwarming of -ventilatie via multime‐ Brandbaar materiaal, bijvoorbeeld bladeren, Voorwaarden diasysteem instellen gras of takken, kunnen ontsteken.
  • Pagina 157 154 Klimaatregeling Direct inschakelen Direct uitschakelen De toetsen u en ^ tegelijkertijd indrukken. De toets ^ lang indrukken. Het symbool Î knippert op het display van Overzicht displaymeldingen van de afstands‐ de afstandsbediening. bediening (standverwarming/-ventilatie) Met de toetsen , en . de gewenste vertrektijd instellen.
  • Pagina 158 Klimaatregeling 155 Verdere weergavemogelijkheden: MILIEU-AANWIJZING Milieuschade door Tijd: De geactiveerde vertrektijd. een ondeskundige afvoer van batterijen Nul minuten: De draaitijd van de standver‐ warming wordt verlengd, omdat de motor bij het starten nog niet de bedrijfstemperatuur heeft bereikt. Batterijen bevatten giftige en agres‐ sieve bestanddelen.
  • Pagina 159: Luchtuitstroomopeningen

    156 Klimaatregeling Problemen met de afstandsbediening van de Op het display van de afstandsbediening ver‐ Om de toevoer van buitenlucht via de luchtuit‐ standverwarming/-ventilatie stroomopeningen naar het interieur te waarbor‐ schijnt FAIL ¯ ¯ gen, de volgende aanwijzingen in acht nemen: Mogelijke oorzaak: Op het display van de afstandsbediening ver‐...
  • Pagina 160 Klimaatregeling 157 Luchtuitstroomopeningen achterin instellen Luchtuitstroomopening in dashboardkastje openen en sluiten * AANWIJZING Beschadiging temperatuur‐ gevoelige voorwerpen in het dashboard‐ kastje Door de luchtuitstroomopening in het dash‐ boardkastje kunnen daar bewaarde, tempera‐ tuurgevoelige voorwerpen worden bescha‐ digd. Wanneer de auto wordt verwarmd, de luchtuitstroomopening sluiten.
  • Pagina 161: 158 Rijden En Parkeren

    158 Rijden en parkeren Spanningsvoorziening of contact inschakelen Rijden Kinderen nooit zonder toezicht in het (zonder starten van de motor) voertuig laten. Aanwijzingen met betrekking tot Mercedes- AMG auto's Bij het verlaten van het voertuig altijd & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig len en letsel als kinderen zonder toezicht De aanwijzingen over de volgende onderwerpen...
  • Pagina 162 Rijden en parkeren 159 De toets wordt nog tweemaal ingedrukt. lijk voor de gezondheid en leidt tot vergifti‐ ging. Contact inschakelen: De toets twee‐ De motor en de eventueel aanwezige maal indrukken. standverwarming nooit in een gesloten Op het combi-instrument verschijnen de con‐ ruimte zonder voldoende ventilatie laten trolelampjes.
  • Pagina 163 (noodprogramma) handleiding. De sleutel deactiveren ( pagina 74). pagina 161). Mercedes-Benz adviseert de noodsleutel De sleutel in het opbergvak leggen. mee te nemen, voor het geval dat functiebe‐ De digitale voertuigsleutel-sticker in het perkingen optreden.
  • Pagina 164 Het interieur voor aanvang van de rit koelen Na diefstal van de digitale voertuigsleutel-sticker De auto wordt na korte tijd gestart. of verwarmen kan de sleutelfunctie bij een Mercedes-Benz-ser‐ vicewerkplaats worden gedeactiveerd. Als de sleutel uit het opbergvak wordt Voor het starten het volgende controleren: genomen, blijft de motor draaien.
  • Pagina 165 162 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot het inrijden het starten van de motor met een smart‐ De alarmknipperlichtinstallatie is uitgescha‐ phone mogelijk. keld. * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's Het starten en laten draaien van de auto is De motorkap is gesloten. zonder gevaar mogelijk op de parkeerplek.
  • Pagina 166: Wegrijden Met Geoptimaliseerde Acceleratie

    Rijden en parkeren 163 Dit geldt eveneens als de motor of onderdelen De geoptimaliseerde acceleratie niet op de De auto is ingereden ( pagina 162). van de aandrijflijn zijn vervangen. openbare weg gebruiken. Afzonderlijke wielen De auto en de banden zijn in goede staat. kunnen daarbij doordraaien en de auto kan uit‐...
  • Pagina 167 164 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot het rijden Het ESP ® uitschakelen ( pagina 196). & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Met de linkervoet het rempedaal krachtig len door ongeschikte schoenen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ bedienen en vasthouden. Ongeschikte schoenen zijn bijvoorbeeld: len door voorwerpen in de beenruimte Met de rechtervoet het gaspedaal volledig...
  • Pagina 168 Rijden en parkeren 165 & GEVAAR Levensgevaar door uitlaatgas‐ & GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐ Het rempedaal nooit als voetensteun gebruiken. laatgassen Tijdens het rijden niet tegelijkertijd het Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐ Wanneer de uitlaateindpijp geblokkeerd is of rem- en gaspedaal indrukken. gassen, bijvoorbeeld koolmonoxide, uit.
  • Pagina 169 166 Rijden en parkeren Daarom de volgende aanwijzingen in acht Door spoorvorming ontstane geulen vermij‐ * AANWIJZING Beschadiging van de aan‐ nemen: den. drijflijn en de motor bij het wegrijden Door een zoutlaag op de remschijven en rem‐ Snelle stuurbewegingen vermijden. De motor niet stationair laten warm‐...
  • Pagina 170 Rijden en parkeren 167 Voorliggers of tegenliggers kunnen voor gol‐ Als met betrekking tot de auto is voldaan aan De motor wordt in de volgende gevallen weer ven zorgen, waardoor de maximaal toege‐ alle voorwaarden voor de automatische motor‐ automatisch gestart: stane hoeveelheid water op de weg kan wor‐...
  • Pagina 171 168 Rijden en parkeren ECO start-stopsysteem uit- of inschakelen Functie van de ECO-aanduiding Noch het symbool è noch ç ver‐ schijnt wanneer de auto stilstaat: Er is een De ECO-aanduiding verzamelt gegevens over het intelligente stopverhinderaar herkend, bij‐ rijgedrag van de start tot het einde van de rit en voorbeeld een stopbord.
  • Pagina 172 Rijden en parkeren 169 Functie van de ECO-assistent beheerst accelereren Het opschrift van het segment is grijs, de buiten‐ * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ ste rand is donker en het segment loopt leeg bij de volgende rijstijl: De aanwijzingen in de aanvullende snelheidsschommelingen handleiding in acht nemen.
  • Pagina 173 170 Rijden en parkeren helling de optimale snelheid voor een maximale symbool verschijnt ook als de assistentie‐ brandstofbesparing en recuperatie-energie. Op weergave niet is geselecteerd. het multifunctioneel display verschijnt de mel‐ Wanneer het systeem niet op de komende situ‐ ding Voet van het gas 3.
  • Pagina 174: Dynamic Select-Schakelaar

    Rijden en parkeren 171 ECO-assistent weergeven Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ Met de DYNAMIC SELECT-schakelaar wordt lijk niet correct werken of buiten werking zijn: gewisseld tussen de volgende rijprogramma's: Boordcomputer: Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door onvol‐ = (Individual): Individuele instellingen Assistentie doende verlichting van de weg, bij sterk wis‐...
  • Pagina 175 172 Rijden en parkeren DYNAMIC SELECT configureren (multimedia‐ Stuurbekrachtiging A ingesteld. Het ECO start-stopsysteem systeem) wordt automatisch geactiveerd. Deze functie moet voor elk gebruikersprofiel Rijprogramma kiezen Multimediasysteem: afzonderlijk worden ingeschakeld. Alleen © Instellingen Voertuig wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt DYNAMIC SELECT voor het betreffende gebruikersprofiel het rij‐...
  • Pagina 176: Automatische Transmissie

    Rijden en parkeren 173 Verbruiksindicatie oproepen De daadwerkelijk haalbare (maximum) waar‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ den voor motorvermogen en motorkoppel len en letsel als kinderen zonder toezicht Multimediasysteem: kunnen afwijken van de gecertificeerde in de auto worden achtergelaten © Info waarden, binnen de toleranties die volgens Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto...
  • Pagina 177 174 Rijden en parkeren Neutraalstand N inschakelen Bij het verlaten van het voertuig altijd Het rempedaal indrukken en de DIRECT de sleutel meenemen en het voertuig SELECT-keuzehendel tot de eerste weerstand vergrendelen. omhoog- of omlaagdrukken. De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
  • Pagina 178: Handmatig Schakelen

    Rijden en parkeren 175 Parkeerstand P inschakelen Handmatig schakelen Om met geopend bestuurdersportier te De aanwijzingen met betrekking tot het afzet‐ manoeuvreren, opent u bij stilstand het ten van de auto in acht nemen bestuurdersportier en schakelt u opnieuw de * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐...
  • Pagina 179 176 Rijden en parkeren Schakeladvies Om de automatische transmissie handmatig te Opnieuw inschakelen van de transmissie‐ schakelen, hebt u twee mogelijkheden: stand h * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's Kortstondige instelling Rijstijl Permanente instelling Opschakelen: Aan de stuurwielschakel‐ De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen.
  • Pagina 180: Kickdown Gebruiken

    Rijden en parkeren 177 Kickdown gebruiken De snelheid ligt in het geschikte gebied. * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ Er is een geschikt wegverloop aanwezig, bij‐ * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's voorbeeld geen steile hellingen of krappe De aanwijzingen in de aanvullende bochten. De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen.
  • Pagina 181: Functie Van De 4Matic

    178 Rijden en parkeren Snelheid wordt de maximale werking van de 4MATIC Brandstofdampen niet inademen. bereikt. Bedrijfstoestand van de motor Kinderen op afstand van brandstoffen Verkeerssituatie houden. Tanken Tijdens het tanken portieren en ruiten gesloten houden. Tanken Functie van de 4MATIC De 4MATIC zorgt voor aandrijving van alle vier de Als u of anderen met brandstof in aanraking &...
  • Pagina 182 Rijden en parkeren 179 & WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐ Benzine met meer dan 3 vol.% methanol, * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ bijvoorbeeld M15, M30 vaar door elektrostatische oplading keerde brandstof Benzine met metaalhoudende additieven Elektrostatische oplading kan ervoor zorgen Auto's met benzinemotor: dat brandstofdampen ontsteken.
  • Pagina 183 180 Rijden en parkeren een zwavelgehalte van minder dan * AANWIJZING Geen diesel tanken bij * AANWIJZING Geen benzine tanken bij 50 ppm. auto's met benzinemotor auto's met dieselmotor Auto's zonder dieselpartikelfilter: Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Alleen diesel met een zwavelgehalte stof wordt getankt: stof wordt getankt:...
  • Pagina 184 Rijden en parkeren 181 De tankdop van bovenaf in de houder * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ aanbrengen. De vulpijp van het vulpistool volledig in de Bij auto's met benzinemotor de aanwij‐ tankvulbuis schuiven, laten rusten en tanken. zingen in de aanvullende handleiding in De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het acht nemen.
  • Pagina 185 Voor een correcte werking van de uitlaat‐ worden gevuld. ® AdBlue kunt u bij een gekwalificeerde werk‐ gasnabehandeling alleen AdBlue ® volgens ISO plaats, bijvoorbeeld bij een Mercedes-Benz- ® ® AdBlue alleen in de AdBlue -tank vul‐ 22241 gebruiken. servicewerkplaats, in het kader van de snel‐...
  • Pagina 186 Rijden en parkeren 183 De volgende na elkaar optredende meldingen op ® ® AdBlue tankdop openen gegeven hoeveelheid AdBlue bijvullen. Het het multifunctioneel display verzoeken u om de contact inschakelen en circa 60 seconden ® AdBlue -tank bij te vullen: wachten.
  • Pagina 187: Parkeren

    184 Rijden en parkeren ® AdBlue bijvullen De AdBlue ® bijvulcontainer kan gedeelte‐ Parkeren lijk geleegd worden verwijderd. Auto afzetten ® De eenwegslang en de AdBlue bijvulcon‐ tainer in omgekeerde volgorde losdraaien & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ en afsluiten. len en letsel door wegrollen van een onvoldoende beveiligde auto De AdBlue ®...
  • Pagina 188 Rijden en parkeren 185 Niet op een droge wei of afgeoogste Kinderen nooit zonder toezicht in het Bij het parkeren van de auto en bij het graanvelden parkeren. voertuig laten. wegrijden mogen zich geen obstakels, zoals stoepranden, onder of in de buurt Bij het verlaten van het voertuig altijd van de carrosserie bevinden;...
  • Pagina 189: Garagedeurbediening

    186 Rijden en parkeren Garagedeurbediening Op hellingen de voorwielen zo draaien dat de bewegingsgebied van de garagedeur worden auto in de richting van de stoeprand rolt als ingeklemd of worden geraakt. Toetsen van de garagedeurbediening pro‐ deze in beweging komt. grammeren Altijd opletten dat zich niemand in het De elektrische parkeerrem inschakelen.
  • Pagina 190 Rijden en parkeren 187 De afstandsbediening op een afstand tus‐ Uw auto bevindt zich binnen het bereik van sen 1 cm en 8 cm op de toets 1, het garage- of het buitendeurbedieningssys‐ richten. teem. De toets van de afstandsbediening De auto evenals personen en voorwerpen indrukken en ingedrukt houden tot een van bevinden zich buiten het bewegingsgebied...
  • Pagina 191 188 Rijden en parkeren Garagedeur openen of sluiten Elektrische parkeerrem De afstandsbediening onder verschil‐ lende hoeken op een afstand tussen 1 cm en Voorwaarden Werking van de elektrische parkeerrem 8 cm voor de binnenspiegel houden. Daarbij De betreffende toets is voor het bedienen (automatisch inschakelen) elke instelstand ten minste 25 seconden aan‐...
  • Pagina 192 Rijden en parkeren 189 In de volgende situaties wordt de elektrische De elektrische parkeerrem wordt niet automa‐ Kinderen nooit zonder toezicht in het parkeerrem ook vastgezet: tisch bediend, als de motor door het ECO start- voertuig laten. stopsysteem wordt afgezet. De actieve afstandsassistent DISTRONIC Bij het verlaten van het voertuig altijd brengt de auto tot stilstand.
  • Pagina 193 190 Rijden en parkeren Informatie over botsingsherkenning bij Er is voorheen sneller dan 3 km/h gereden. Op de handgreep drukken. geparkeerde auto Het rode controlelampje ! brandt in het Als de elektrische parkeerrem wordt vrijgezet, combi-instrument. Wanneer bij de vergrendelde auto met ingescha‐ dooft in het combi-instrument het rode controle‐...
  • Pagina 194 Rijden en parkeren 191 Systeemgrenzen De diefstal-/inbraakalarminstallatie (EDW) is * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ niet beschikbaar. De herkenning kan in de volgende situaties beperkt zijn: De functies interieurbeveiliging en wegsleep‐ De aanwijzingen met betrekking tot de beveiliging zijn niet beschikbaar. bij schade zonder botsing, bijvoorbeeld bij hoogspanningsaccu in de aanvullende een afgebroken buitenspiegel of lakschade De functie botsingsherkenning bij gepar‐...
  • Pagina 195: Rij- En Rijveiligheidssystemen

    192 Rijden en parkeren Informatie over de sensoren en camera's van De ruststand wordt automatisch gedeacti‐ durend de verkeerssituatie in de gaten houden veerd als het contact wordt ingeschakeld. en indien nodig ingrijpen. De grenzen voor een de auto veilig gebruik in acht nemen. Ruststand activeren of deactiveren (auto uit‐...
  • Pagina 196 Rijden en parkeren 193 De radarsensoren zijn, afhankelijk van de uit‐ beschadiging van de sensoren of de camera's Adaptief remlicht ( pagina 202) rusting van de auto, achter de bumpers kunnen enkele rijsystemen en rijveiligheidssyste‐ TEMPOMAT ( pagina 203) en/of achter de radiateurgrille geïntegreerd. men niet meer correct functioneren.
  • Pagina 197 194 Rijden en parkeren Achteruitrijcamera ( pagina 226) een aanwijzing voor gevaarlijke wegomstandig‐ ® Functie van het ESP (elektronisch stabili‐ heden zijn en u eraan herinneren bijzonder voor‐ teitsprogramma) 360°-camera ( pagina 229) zichtig te rijden. Actieve parkeerassistent ( pagina 233) &...
  • Pagina 198 Rijden en parkeren 195 Bij het remmen Als het waarschuwingslampje ÷ knippert, Displaymeldingen ( pagina 383) hebben een of meerdere wielen hun slipgrens Wanneer de auto van de door de bestuurder ETS/4ETS (elektronisch tractiesysteem) bereikt: De tractieregeling ETS/4ETS is onderdeel van ®...
  • Pagina 199 196 Rijden en parkeren de DYNAMIC SELECT-schakelaar Benadrukt de bij de auto behorende onder- * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ pagina 172). en overstuureigenschappen voor een nog actievere rijstijl ® Comfort De aanwijzingen in de aanvullende Alleen geschikt voor een goede staat van de Rijprogramma A en ;...
  • Pagina 200 Rijden en parkeren 197 Functie van de stuurassistent STEER CON‐ De auto wordt gestabiliseerd door een Een lichte slingering wordt gestabiliseerd TROL gerichte en eenzijdige remingreep. door een gerichte en eenzijdige remingreep. Bij sterk slingeren worden bovendien het De stuurassistent STEER CONTROL helpt u door motorvermogen verminderd en alle wielen Functie van de ESP ®...
  • Pagina 201 198 Rijden en parkeren Als u niet op de waarschuwing reageert, kan in Als het ESP ® een storing vertoont, wordt u ver‐ kritische situaties autonoom worden afgeremd. der ondersteund door de elektrische stuurbe‐ krachtiging. In bijzonder kritische situaties kan het Active Brake Assist System ervoor zorgen dat direct autonoom kan worden afgeremd.
  • Pagina 202: Afstandswaarschuwingsfunctie (Auto's Met Rijassistentiepakket)

    Rijden en parkeren 199 Afstandswaarschuwingsfunctie (auto's met het waarschuwingslampje afstandswaarschu‐ Het Active Brake Assist System is rijassistentiepakket) wing in het combi-instrument L branden. slechts een hulpmiddel. De bestuurder is zelf verantwoordelijk voor een vol‐ De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de Direct remmen of uitwijken voor een obstakel, in doende veilige afstand, de snelheid en volgende situaties met een onderbroken waar‐...
  • Pagina 203 200 Rijden en parkeren Aan de situatie aangepaste remondersteu‐ bij snelheden tot circa 80 km/h op vooruitrij‐ bij snelheden tot circa 60 km/h op stil‐ dende fietsers ning (auto's zonder rijassistentiepakket) staande en bewegende voetgangers, krui‐ sende voertuigen en stilstaande en kruisende bij snelheden tot circa 60 km/h op stil‐...
  • Pagina 204 Rijden en parkeren 201 Uitwijkstuurassistent (alleen auto's met niet de volledige werking van het systeem & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ rijassistentiepakket) beschikbaar. len ondanks uitwijk-stuurassistent De uitwijkstuurassistent heeft de volgende Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ De uitwijkstuurassistent kan objecten en eigenschappen: lijk niet correct werken of buiten werking zijn: complexe verkeerssituaties niet altijd ondub‐...
  • Pagina 205 202 Rijden en parkeren Functie van het adaptieve remlicht Wanneer de typische contour van een voet‐ Multimediasysteem: ganger niet voldoende afwijkt van de achter‐ © Instellingen Assistentie Het adaptieve remlicht waarschuwt het achter‐ grond Actieve remassistent opkomend verkeer bij een noodstopsituatie door Wanneer een voetganger niet meer als zoda‐...
  • Pagina 206 Rijden en parkeren 203 TEMPOMAT en limiter Weergaven op het multifunctioneel display De TEMPOMAT in de volgende situaties niet h (grijs): TEMPOMAT is geselecteerd, gebruiken: Functie van de TEMPOMAT maar nog niet geactiveerd. In verkeerssituaties met veelvuldige snel‐ De tempomat regelt de snelheid op de door de h (groen): De TEMPOMAT is geactiveerd.
  • Pagina 207 204 Rijden en parkeren heid vanaf 20 km/h tot de door de constructie Als de gereden snelheid hoger dan de opge‐ Rekening houden met de verkeerssitua‐ bepaalde maximumsnelheid of de opgeslagen slagen snelheid is, knippert de aanduiding tie voordat de opgeslagen snelheid winterbandenlimiet instellen.
  • Pagina 208 Rijden en parkeren 205 TEMPOMAT en variabele limiter bedie‐ J indrukken. nen: met slechts één vinger de betreffende De laatst opgeslagen snelheid wordt opgesla‐ toets indrukken of over het bedieningspaneel gen en door de auto aangehouden (TEMPO‐ MAT) of begrensd (variabele limiter). vegen.
  • Pagina 209 206 Rijden en parkeren herkend heeft en deze in het combi-instrument Kort voor het bereiken van de ingestelde snel‐ worden weergegeven: heid verschijnt deze op het multifunctioneel dis‐ Kort M of N op het bedieningspaneel play. Als u de melding bevestigt, wordt zolang de indrukken.
  • Pagina 210 Rijden en parkeren 207 aan. Als er voorliggers worden herkend wordt de Inleiding van een acceleratie naar de opge‐ De aanwijzingen met betrekking tot de rijsyste‐ ingestelde afstand aangehouden, indien nodig slagen snelheid wanneer de richtingaanwijzer men en uw verantwoording in acht nemen, tot stilstand.
  • Pagina 211 208 Rijden en parkeren Permanente statusindicatie van de actieve Weergave in de snelheidsmeter Als de radarsensoren vervuild of afgedekt afstandsassistent DISTRONIC De opgeslagen snelheid is in de snelheidsmeter zijn k (wit): actieve afstandsassistent gemarkeerd. Is de snelheid van de voorligger of In parkeergarages of op wegen met steile DISTRONIC geselecteerd, ingestelde voorge‐...
  • Pagina 212 Rijden en parkeren 209 Actieve afstandsassistent DISTRONIC bedie‐ Wanneer de opgeslagen snelheid wordt De snelheid aanpassen en voldoende opgeroepen terwijl deze duidelijk hoger of afstand houden. Voorwaarden lager is dan de actueel gereden snelheid. Zelf remmen en/of uitwijken. De elektrische parkeerrem is vrijgezet. Wanneer de actieve afstandsassistent DISTRONIC een voorligger niet meer her‐...
  • Pagina 213 210 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC of vari‐ Opgeslagen snelheid verlagen: Van boven abele limiter activeren naar onder over het bedieningspaneel Activeren zonder opgeslagen snelheid: vegen. M, N of J indrukken. Actieve De opgeslagen snelheid wordt met afstandsassistent DISTRONIC: De voet van 1 km/h verlaagd.
  • Pagina 214 Rijden en parkeren 211 In het combi-instrument weergegeven snel‐ Normafstand tot de voorligger vergroten of auto tegen wegrollen beveiligen, voor‐ heidsbegrenzing overnemen: verkleinen dat de bestuurdersstoel wordt verlaten. De actieve afstandsassistent DISTRONIC K indrukken. activeren. De display Ò verschijnt onder de statusin‐ ±...
  • Pagina 215 212 Rijden en parkeren Functie van de routegebaseerde snelheids‐ Wanneer op onbegrensde wegen (bijvoorbeeld slagen snelheid overgenomen. Beperkte snel‐ op Duitse autosnelwegen) geen snelheidsbe‐ heidsbegrenzingen (bijvoorbeeld tijdelijk of van‐ aanpassing grenzing geldt, wordt de richtsnelheid automa‐ wege het weer) kunnen door het systeem niet Wanneer de actieve afstandsassistent tisch als opgeslagen snelheid overgenomen.
  • Pagina 216 Rijden en parkeren 213 Bij het bereiken van het tolstation neemt de De aanpassing van de snelheid wordt in de vol‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ actieve afstandsassistent DISTRONIC de gende gevallen beëindigd: len ondanks routegebaseerde snelheids‐ snelheid over als opgeslagen snelheid. wanneer de richtingaanwijzer voor de route‐...
  • Pagina 217 214 Rijden en parkeren Routegebaseerde snelheidsaanpassing den snelheid, op voorliggers en rijstrookmarke‐ In de overgang van de actieve naar de pas‐ instellen ringen. sieve toestand wordt het symbool Ø ver‐ groot en knipperend weergegeven. Wanneer Afhankelijk van het land kan de actieve Voorwaarden de passieve toestand bereikt is, wordt het stuurassistent zich bij lagere snelheden ori‐...
  • Pagina 218 Rijden en parkeren 215 waarschuwing gegeven en klinkt een waarschu‐ Als de voorruit in de omgeving van de wingssignaal. camera vervuild, beslagen, beschadigd of afgedekt is, bijvoorbeeld door een sticker De aanwijzingen met betrekking tot de rijsyste‐ men en uw verantwoording in acht nemen, Als geen of meerdere niet eenduidige rijst‐...
  • Pagina 219 216 Rijden en parkeren Functie van de actieve noodstopassistent Bij het rijden met aanhangwagen Overeenkomstig de verkeerssituatie Bij een te lage bandenspanning sturen. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Actieve stuurassistent in- of uitschakelen Voorwaarden len door onverwachte afbreking van de werking van de actieve stuurassistent ®...
  • Pagina 220 De auto wordt ontgrendeld. altijd koers- of spoorcorrigerend kan ingrijpen. Indien mogelijk, wordt een noodoproep naar De aanwijzingen met betrekking tot de rijsyste‐ de Mercedes-Benz alarmcentrale verstuurd. men en uw verantwoording in acht nemen, Systeemgrenzen anders kunt u gevaren niet herkennen Voor de actieve fileassistent gelden de systeem‐...
  • Pagina 221 218 Rijden en parkeren Actieve fileassistent in- en uitschakelen HOLD-functie in- en uitschakelen deze met de wegrijhulp voor op hellin‐ gen wordt vastgehouden. Multimediasysteem: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ © Instellingen Snelle toegang len door ingeschakelde HOLD-functie bij het verlaten van de auto ¬...
  • Pagina 222 Rijden en parkeren 219 De motor draait of is door het ECO start- De transmissie wordt in de stand j gezet. de rijstijl stopsysteem afgezet. De auto wordt met de elektrische parkeer‐ Het rijprogramma kan worden ingesteld met de De elektrische parkeerrem is vrijgezet. rem beveiligd.
  • Pagina 223 220 Rijden en parkeren Voertuighoogte instellen De AIR BODY CONTROL omvat de volgende com‐ Rijprogramma ;: ponenten en functies: De onderstelafstelling is comfortabel. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Luchtvering met variabele veerkarakteristiek De auto wordt op het lage niveau -1 inge‐ len door te grote voertuighoogte Automatische niveauregeling steld.
  • Pagina 224 Rijden en parkeren 221 Auto omhoogbrengen & WAARSCHUWING Inklemgevaar door onder of in de buurt van de carrosserie bevinden. zakkende auto Auto's met AIR BODY CONTROL resp. * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's niveauregeling: Bij het uitladen of uitstap‐ pen gaat de auto eerst iets omhoog en zakt De aanwijzingen in de aanvullende vervolgens na korte tijd tot de ingestelde handleiding in acht nemen.
  • Pagina 225 222 Rijden en parkeren PARKTRONIC-parkeerassistent Er wordt circa drie minuten met een snelheid moet dit tijdens het voorbij rijden eerst door de tussen 60 km/h en 80 km/h gereden. sensoren in de voor- of achterbumper worden Functie van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ herkend.
  • Pagina 226 Rijden en parkeren 223 Rood: < 0,4 m Auto's met 360°-camera: Daarbij verschuift de begrenzingslijn dynamisch afhankelijk van de positie en afstand van herkende obstakels. Bovendien klinkt afhankelijk van de afstand tot het herkende obstakel een onderbroken waar‐ schuwingssignaal. U kunt het waarschuwingstijd‐ stip instellen in het multimediasysteem pagina 226).
  • Pagina 227 224 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Wanneer een obstakel wordt herkend door de worden gedetecteerd voordat een nieuwe waar‐ auto, en in het mediadisplay niet het menu schuwing kan volgen. De PARKTRONIC-parkeerassistent houdt eventu‐ Camera & parkeren geopend is, verschijnt de eel geen rekening met de volgende obstakels: De informatie over de sensoren en camera's in pop-up 1:...
  • Pagina 228 Rijden en parkeren 225 PARKTRONIC-parkeerassistent in- of uitscha‐ Wanneer de weergave van de PARKTRONIC-par‐ combi-instrument het symbool é wordt weer‐ kelen keerassistent gedurende circa 3 seconden rood gegeven, is de PARKTRONIC-parkeerassistent gaat branden, vervolgens uitschakelt en het sym‐ niet actief. bool é...
  • Pagina 229 226 Rijden en parkeren Waarschuwingssignalen van de PARKTRO‐ Geluidsverlaging in- of uitschakelen Of: De actieve parkeerassistent is actief. NIC-parkeerassistent instellen U kunt vastleggen of tijdens een waarschuwings‐ Of: Het pop-upvenster PARKTRONIC ver‐ Multimediasysteem: signaal van de PARKTRONIC-parkeerassistent schijnt. het volume van een mdieabron in het multime‐ ©...
  • Pagina 230 Rijden en parkeren 227 zich onder andere geen personen, dieren of voorwerpen in het manoeuvreergebied bevinden; dit controleren. De hulplijnen op het mediadisplay geven de afstanden tot de eigen auto aan. De weergege‐ ven afstanden gelden alleen op rijbaanhoogte. Afhankelijk van de uitrusting kunt u kiezen tus‐ sen de volgende weergaven: Normale weergave Groothoekweergave...
  • Pagina 231 228 Rijden en parkeren Hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogel‐ Geel rijspoor van de banden bij actuele kop van de aanhangwagenvoorziening stuuruitslag (dynamisch) Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Rijvlak afhankelijk van de actuele stuuruit‐ slag (dynamisch) Auto's met PARKTRONIC-parkeerassistent Hulplijn op circa 0,3 m afstand tot het ach‐...
  • Pagina 232 Rijden en parkeren 229 Systeemgrenzen garage wordt verlaten. Wees in dat geval extra voorzichtig. De achteruitrijcamera werkt in onder andere de volgende situaties slechts beperkt of helemaal Het display bij een aanzienlijke beperking niet: van de bruikbaarheid, bijvoorbeeld als gevolg van pixelfouten, laten repareren of vervan‐...
  • Pagina 233 230 Rijden en parkeren andere geen personen, dieren of voorwerpen in Top View met beeld van de zijcamera in de het manoeuvreergebied bevinden; dit controle‐ buitenspiegels ren. Groothoekweergave achter Het systeem verwerkt de beelden van de vol‐ Top View met beeld van de achteruitrijca‐ gende camera's: mera Achteruitrijcamera...
  • Pagina 234 Rijden en parkeren 231 Groothoekweergave vóór Top View met beeld van de frontcamera In de aanhangwagenmodus worden de hulp‐ lijnen ter hoogte van de aanhangwagenvoor‐ ziening afgebeeld. In alle weergaven wordt bovendien de waarschu‐ wingsindicatie van de PARKTRONIC-parkeeras‐ sistent getoond ( pagina 222).
  • Pagina 235 232 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Hulplijnen van de buitenmaten van de auto Richthulp Wanneer er geen activering heeft plaatsgevon‐ met uitgeklapte buitenspiegels Hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogel‐ den, verschijnt de melding Systeem buiten wer- Markering van de punten waar de wielen de kop van de aanhangwagenvoorziening king op het mediadisplay.
  • Pagina 236 Rijden en parkeren 233 De weersomstandigheden zijn slecht, bijvoor‐ ger) kunnen het gezichtsveld en verdere functies rijcamera wordt getoond: Het contact uit‐ beeld door hevige regen, sneeuw, nevel, van het camerasysteem worden beperkt. schakelen, de toets c lang indrukken, het storm of spatwater.
  • Pagina 237 234 Rijden en parkeren ondersteunt door de achteruitrij- en de 360°- Zodra aan alle voorwaarden wordt voldaan voor woordelijk voor het veilig manoeuvreren en in- camera. Het systeem meet bij het vooruitrijden het zoeken naar parkeerplekken, verschijnt de en uitparkeren. Erop letten dat zich geen perso‐ automatisch, tot circa 35 km/h, parkeerplekken weergave Ç...
  • Pagina 238 Rijden en parkeren 235 plekken, worden bij het opmeten van de parkeer‐ vóór geparkeerde aanhangwagens, waarvan de De actieve parkeerassistent kan mogelijk ook plek niet herkend. Daarom wordt hiermee ook aanhangwagendissel over de rand van de par‐ parkeerplekken weergeven die niet voor parke‐ geen rekening gehouden bij het berekenen van keerplek steekt, worden mogelijkerwijs niet als ren geschikt zijn, bijvoorbeeld:...
  • Pagina 239 236 Rijden en parkeren De toets indrukken. De richtingaanwijzer wordt automatisch inge‐ verschijnt: De betreffende transmissiestand schakeld als het inparkeren wordt gestart. De inschakelen. verantwoordelijkheid voor het correct inschake‐ De auto parkeert in de geselecteerde par‐ len van de richtingaanwijzers ligt altijd bij u. keerplek.
  • Pagina 240: Manoeuvreerondersteuning

    Rijden en parkeren 237 U kunt de auto tijdens het inparkeren tot stil‐ afwijken. De richtingaanwijzer wordt automa‐ stand brengen en een andere transmissie‐ tisch ingeschakeld als het uitparkeren wordt stand kiezen. Daarop berekent het systeem gestart. een nieuwe baan van de auto. Als geen De verantwoordelijkheid voor het correct inscha‐...
  • Pagina 241 238 Rijden en parkeren In de volgende situaties kan bijvoorbeeld gevaar Eveneens de systeemgrenzen van de PARK‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ voor een aanrijding ontstaan: TRONIC-parkeerassistent in acht nemen len bij beperkte herkenningsmogelijkheid pagina 222). Het gas- en rempedaal worden met elkaar van de Drive Away Assist verward.
  • Pagina 242 Rijden en parkeren 239 Systeemgrenzen de bestuurder herkent, wordt een pauze voorge‐ z'n vroegst na 15 minuten opnieuw gewaar‐ Op hellingen is de functie Cross Traffic Alert niet steld. schuwd. beschikbaar. De ATTENTION ASSIST is slechts een hulpmid‐ Bij het rijden met een aanhangwagen is de func‐ del.
  • Pagina 243 240 Rijden en parkeren Wanneer de ATTENTION ASSIST geen Attention De ATTENTION ASSIST werkt met name in de U doet de veiligheidsgordel af en opent het Level kan berekenen en zo doende geen waar‐ volgende situaties slechts beperkt en waarschu‐ bestuurdersportier (bijvoorbeeld wisselen schuwing kan geven, verschijnt de melding Sys-...
  • Pagina 244 Rijden en parkeren 241 Verkeerstekenassistent Weergave op het instrumentendisplay sing is of als het systeem niet duidelijk kan bepa‐ len of de beperking van toepassing is. Functie van de verkeerstekenassistent De verkeerstekenassistent herkent verkeerste‐ Waarschuwing bij overschrijding van de toe‐ kens door middel van de multifunctionele gestane maximumsnelheid camera (...
  • Pagina 245 242 Rijden en parkeren vanwege ontoereikende bewegwijzering), ver‐ markeringen worden herkend en er zich voetgan‐ Bij meerdere wegmarkeringen, bijvoorbeeld schijnt de volgende weergave op het instrumen‐ gers in de gevarenzone bevinden. verkeerstekens bij wegwerkzaamheden of tendisplay: aangrenzende rijstroken Systeemgrenzen Na scherpe bochten, bij het passeren van Het systeem kan in het bijzonder in de volgende verkeerstekens buiten het gezichtsveld van situaties mogelijk niet correct werken of buiten...
  • Pagina 246 Rijden en parkeren 243 genomen door de actieve afstandsassistent De gewenste snelheid instellen. richting inschakelt, klinkt een dubbel waarschu‐ DISTRONIC. wingssignaal en gaat de rode waarschuwings‐ melding in de buitenspiegel knipperen. Als de Wanneer een van de volgende systemen Dodehoek- en actieve dodehoekassistent richtingaanwijzer ingeschakeld blijft, worden alle actief is, kan de herkende snelheid handma‐...
  • Pagina 247 244 Rijden en parkeren anders kunt u gevaren niet herkennen waarschuwingssignaal gegeven en begint het Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door mist, pagina 192). waarschuwingslampje in de buitenspiegel te hevige regen of sneeuw knipperen. Bij smalle voertuigen, bijvoorbeeld fietsen of Uitstapwaarschuwing Deze extra functie is alleen beschikbaar als de motorfietsen De uitstapwaarschuwing is een extra functie van...
  • Pagina 248 Rijden en parkeren 245 De werking van de uitstapwaarschuwing kan in In sporadische gevallen kan het systeem een Altijd zelf sturen, remmen of accelere‐ de volgende situaties beperkt zijn: onjuiste remingreep uitvoeren. Deze remingreep ren, in het bijzonder als de actieve kunt u afbreken met licht tegensturen of gas Bij sensorafschaduwing door naburige voer‐...
  • Pagina 249 246 Rijden en parkeren Een bandenspanningsverlies of een bescha‐ rende remingreep naar uw rijstrook worden digde band is herkend. teruggevoerd. U rijdt met een aanhangwagen en de elektri‐ De actieve spoorassistent is beschikbaar in het sche verbinding met de aanhangwagenvoor‐ snelheidsbereik tussen 60 km/h en 200 km/h.
  • Pagina 250 Rijden en parkeren 247 Voorwaarden voor een corrigerende remin‐ Als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan, Instelling Standaard greep (auto's met rijassistentiepakket) wordt u door een merkbare terugkoppeling van Er zijn rijstrookmarkeringen aan beide zijden het stuurwiel gewaarschuwd: In de volgende situaties vindt, afhankelijk van de van de rijstrook herkend.
  • Pagina 251 248 Rijden en parkeren U kunt een remingreep altijd annuleren door ring niet eenduidig herkend wordt, volgt mogelijk Wanneer rijstrookmarkeringen snel wijzigen, licht tegen te sturen. geen corrigerende remingreep ( pagina 248). bijvoorbeeld bij aftakkingen, kruisingen of wegversmallingen Het systeem kan in het bijzonder in de volgende Systeemgrenzen situaties mogelijk niet correct werken of buiten Bij zeer smalle en bochtige rijbanen...
  • Pagina 252: Aanhangwagenvoorziening

    Rijden en parkeren 249 Standaard, Gevoelig selecteren. De volgende aanwijzingen met betrekking tot de De verlichting van de aangesloten aanhang‐ kogeldruk in acht nemen: wagen functioneert. Haptische waarschuwing in- of uitschakelen De toegestane kogeldruk niet over- of onder‐ Auto's zonder LED-koplampen of ACTIVE Waarschuwing selecteren.
  • Pagina 253 250 Rijden en parkeren Kogelhals volledig elektrisch uitklappen Wachten tot de kogelhals de vergrendelde * AANWIJZING Schade aan de volledig positie heeft bereikt. elektrische aanhangwagenvoorziening De kogelhals is veilig vergrendeld wanneer door extra druk het controlelampje permanent brandt. De volledig elektrische aanhangwagenvoor‐ Wanneer de kogelhals niet veilig is vergren‐...
  • Pagina 254: Kogelhals Volledig Elektrisch Uit- Of Inklappen (Multimediasysteem)

    Rijden en parkeren 251 Kogelhals volledig elektrisch inklappen Kogelhals volledig elektrisch uit- of inklap‐ De aanhangwagenkabel of adapterstekker is pen (multimediasysteem) verwijderd. Aan de toets trekken. Het controlelampje knippert en op het Multimediasysteem: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ multifunctioneel display verschijnt de dis‐ ©...
  • Pagina 255 252 Rijden en parkeren Wachten tot de kogelhals de vergrendelde De werking van de volgende systemen is onder De niveauregeling niet starten en de positie heeft bereikt. andere afhankelijk van een correct aangesloten DYNAMIC SELECT-schakelaar niet aanhangwagen: bedienen. Wanneer de kogelhals niet veilig is vergrendeld, Actieve spoorassistent verschijnt op het multifunctioneel display de dis‐...
  • Pagina 256 Rijden en parkeren 253 Het deksel laten vergrendelen. De spanningsvoorziening van de auto uw hand tussen de auto en de aanhangwa‐ niet gebruiken om de aanhangwagen‐ De kabel met kabelbinders aan de aanhang‐ gendissel bekneld raken. accu op te laden. wagen bevestigen (alleen bij adapterkabels).
  • Pagina 257: Functie Van De Fietsdrager

    Bumper van de auto losraken: ken. Adapterkabel Het toegestane draagvermogen van de Alleen door Mercedes-Benz goedge‐ Adapterstekker aanhangwagenvoorziening wordt over‐ keurde fietsdragers gebruiken. schreden. Voor het volledig elektrisch uit- en Ook altijd de handleiding van de fietsdra‐...
  • Pagina 258 Het draagvermogen wordt berekend uit het Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen gewicht van de fietsdrager en de belading van de van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐ fietsdrager.
  • Pagina 259: Aanwijzingen Met Betrekking Tot Het Trekken Van Auto's

    256 Rijden en parkeren Belading van de fietsdrager Geen dekzeilen of andere afdekkingen gebrui‐ ken of slepen van een auto met Tow-Bar-syste‐ ken. Het rijgedrag en het zicht naar achteren men is een veilig rijdynamisch gedrag van de 3 fietsen 4 fietsen kunnen slechter worden.
  • Pagina 260: Instrumentendisplay En Boordcomputer 257

    Instrumentendisplay en boordcomputer 257 De boordcomputer toont op het multifunctioneel Aanwijzingen met betrekking tot het instru‐ keerssituatie worden afgeleid. Bovendien display alleen displaymeldingen en waarschuwin‐ mentendisplay en de boordcomputer kunt u de controle over de auto verliezen. gen van bepaalde systemen. Daarom erop letten Deze apparatuur alleen bedienen als de dat uw auto altijd bedrijfszeker is.
  • Pagina 261: Overzicht Instrumentendisplay

    258 Instrumentendisplay en boordcomputer Overzicht instrumentendisplay Snelheidsmeter Tijd Koelvloeistoftemperatuurmeter De segmenten in de snelheidsmeter geven Gebied met meerdere weergaven (voorbeeld De koelvloeistoftemperatuurmeter mag de status van de volgende systemen aan: toerenteller): Toerenteller/navigatie/ECO onder normale rijomstandigheden tot TEMPOMAT/limiter/actieve afstandsassis‐ aanduiding/verbruik/G-meter/datum 120 °C stijgen. tent DISTRONIC Bij het bereiken van de rode markering in de Auto's met 48V-boordnet: POWER- en...
  • Pagina 262: Overzicht Toetsen In Het Stuurwiel

    Instrumentendisplay en boordcomputer 259 Geselecteerd rijprogramma ò Hoofdmenu MBUX multimediasysteem Geselecteerde transmissiestand Touch-Control MBUX multimediasysteem Multifunctioneel display (voorbeeld stan‐ Vegen (navigeren) daardweergave Reis): Assistentie/Telefoon/ Indrukken (bevestigen) Navigatie/Reis/Media/Radio/Stijl en weer‐ G Terugtoets MBUX multimediasysteem gaven/Service/Instelmogelijkheden head- Bedieningsgroep MBUX multimediasysteem up-display £ LINGUATRONIC Brandstofpeil en aanduiding tankdopkleppo‐...
  • Pagina 263 260 Instrumentendisplay en boordcomputer Head-up-display selecteren De boordcomputer wordt via de Touch-Control Informatie over de instellings- en keuzemo‐ links en de terug-/home-toets links bediend. gelijkheden in de menu's vindt u in de digi‐ Head-up-display inschakelen: Het head-up- tale handleiding. Bij de bediening van de boordcomputer klinken display via het multimediasysteem inschake‐...
  • Pagina 264: Overzicht Van De Weergaven Op Het Mul- Tifunctioneel Display

    Instrumentendisplay en boordcomputer 261 Op de Touch-Control links drukken. _ Adaptieve grootlichtassistent Het head-up-display projecteert bijvoorbeeld de Het geselecteerde menu wordt op het volle‐ pagina 135) volgende informatie boven de cockpit in het blik‐ dige display weergegeven. veld van de bestuurder: Adaptieve grootlichtassistent Plus pagina 136) Gereden snelheid...
  • Pagina 265 262 Instrumentendisplay en boordcomputer Weergave-inhoud Natte rijbanen LINGUATRONIC Voorwerpen op de displayafdekking Een instelling uitvoeren: Maak op de Polarisatie in zonnebrillen Touch-Control links een veegbeweging naar rechts. Bij extreme zonnestraling kunnen delen van Het menu instellingen is geselecteerd. het display vervagen. Dit kan worden her‐ Menu instellingen oproepen: Op de Touch- steld door het head-up-display uit en weer in Control links drukken.
  • Pagina 266: Head-Up-Display Via Het Multimediasysteem In- En Uitschakelen

    Instrumentendisplay en boordcomputer 263 Selecteren van weergaven op het head-up- Head-up-display via het multimediasysteem Weergavegebied rechts display in- en uitschakelen Verkeerstekenassistent Assistentieweergave Multimediasysteem: Positie, helderheid en weergavegebied onder © Instellingen Snelle toegang aanpassen selecteren. Indexpunten Het head-up-display wordt ingeschakeld. Weergavegebied onder U kunt de niet benodigde weergavegebieden tot en met verbergen.
  • Pagina 267: 264 Mbux Multimediasysteem

    264 MBUX multimediasysteem Overzicht MBUX multimediasysteem Bedieningspaneel met toetsen voor telefoon, Overzicht en bediening navigatie, radio/media, voertuigfuncties/ Aanwijzingen met betrekking tot het MBUX systeeminstellingen en favorieten/themawe‐ multimediasysteem relden Touchpad & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Draaiknop door informatiesystemen en communica‐ Draaien: Volume instellen tieapparatuur Indrukken: Geluid in- of uitschakelen Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐...
  • Pagina 268 MBUX multimediasysteem 265 Draaiknop Draaien: Volume instellen Indrukken: Geluid in- of uitschakelen Ü MBUX multimediasysteem of mediadis‐ play in- of uitschakelen De uitrusting met touchpad en controller is niet in alle landen beschikbaar. Verdere bedieningsmogelijkheden: Een spraakdialoog met de LINGUATRONIC voeren.
  • Pagina 269 Indexpunten en geselecteerd weergavebe‐ mobiele telefoon, tijd reik Globaal zoeken oproepen Berichten-center oproepen Klimaatmenu oproepen SOS NOT READY (alleen indien het Mercedes-Benz noodoproepsysteem niet Toepassing via symbool oproepen ADVIEZEN, THEMAWERELDEN FAVORIE- beschikbaar is) oproepen Toepassing en actuele informatie...
  • Pagina 270 MBUX multimediasysteem 267 MBUX multimediasysteem bedienen Wanneer Mercedes me connect actief is, 8 Geluid uitschakelen: Drukken is de auto verbonden met Mercedes me con‐ £ LINGUATRONIC starten Op de Touch-Control nect. Daarbij worden gegevens van de auto ß Favorieten oproepen (kort indrukken) overgedragen aan de backend.
  • Pagina 271 268 MBUX multimediasysteem Schaal van de kaart vergroten of verklei‐ Op de touchpad en op de controller nen: Twee vingers uit elkaar of naar elkaar toe bewegen. Algemeen menu oproepen: Het touch‐ screen aanraken en vasthouden, tot het menu OPTIES verschijnt.
  • Pagina 272 MBUX multimediasysteem 269 Toepassingen via toetsen oproepen De uitrusting met touchpad en controller is De toets © op de Touch-Control of op de niet in alle landen beschikbaar. touchpad indrukken. Het homescreen verschijnt. De bediening is afhankelijk van de uitrusting. De toepassing oproepen ( pagina 266).
  • Pagina 273 270 MBUX multimediasysteem LINGUATRONIC starten Overzicht MBUX interieurassistent Systeemgrenzen, displaymeldingen en aan‐ wijzingen met betrekking tot het opheffen hiervan & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door laserstralen van de camera Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ lijk niet correct werken of buiten werking zijn: Dit product maakt gebruik van een klasse 1 lasersysteem.
  • Pagina 274 De herkenning kan bijvoorbeeld door reflec‐ Mogelijk beperkt de gedragen kleding (hoed, De camera is buiten werking. terende kleding, een ongunstige kledingkleur doek, sjaal) het registratiegebied van de Een Mercedes-Benz servicewerkplaats of door accessoires nadelig worden beïn‐ camera. opzoeken. vloed.
  • Pagina 275 272 MBUX multimediasysteem Lees- en zoeklicht in- of uitschakelen Leeslicht in- en uitschakelen Zoeklicht in- en uitschakelen Voorwaarden Voor het leeslicht: De functie is in het don‐ ker beschikbaar. De handbeweging vindt in het interactiege‐ bied onder de binnenspiegel plaats. Voor het zoeklicht: De functie is in het don‐...
  • Pagina 276 MBUX multimediasysteem 273 De bestuurdersstoel is met een grijpbescher‐ auto opslaan. U kunt bijvoorbeeld de weergave & WAARSCHUWING Inklemgevaar door ming uitgerust. van de digitale kaart, de favoriete radiozender en het instellen van de bestuurdersstoel na het favoriete rijprogramma in een themawereld Wanneer het bestuurdersportier geopend is, het oproepen van een rijdersprofiel opslaan.
  • Pagina 277: Profielen

    274 MBUX multimediasysteem Profielen, themawerelden en suggesties con‐ Adviezen configureren Themawereld aanm. selecteren. figureren De instellingen die in de themawereld wor‐ Adviezen configureren den opgeslagen, worden weergegeven. Multimediasysteem: Voor een profiel Ä selecteren. Verder r selecteren. © f Profielen Instellingen Adviezen selecteren.
  • Pagina 278: Informatie Over Belangrijke Systeemupdates

    MBUX multimediasysteem 275 Stijlen MBUX Remote Control Installatie van de gedownloade systeemupda‐ Dashboardverlichting Apparaten autoriseren en deautoriseren Activering van de gedownloade systeemup‐ Helderheid van het display Tijd en datum dates door het opnieuw starten van het sys‐ Randverlichting Taal teem Dag-/nachtdesign Eenheden voor afstand Wanneer de automatische software-update...
  • Pagina 279 276 MBUX multimediasysteem Diepgaande systeemupdates Het multimediasysteem via wifi met een Wanneer tijdens de installatie fouten optreden, Diepgaande systeemupdates zijn van invloed op wordt automatisch geprobeerd om de vorige ver‐ externe hotspot verbinden voertuig- of systeeminstellingen en zijn daarom sie weer te herstellen. Als het herstellen van de Het type verbindingsopbouw moet op het multi‐...
  • Pagina 280 MBUX multimediasysteem 277 Automatische verbinding activeren Via WPS PIN Generatie verbinden De invoer met ¡ bevestigen. Verbinden via Wi-Fi selecteren. Via WPS PIN Generatie verbinden selecteren. Via WPS-PIN verbinden De opties r van het gewenste wifi-net‐ De pincode die op het mediadisplay wordt De opties r van het gewenste wifi-net‐...
  • Pagina 281: Navigatie

    278 MBUX multimediasysteem Op het te verbinden apparaat de auto selec‐ Beveiligingssleutel opslaan: Opslaan selec‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ teren. Deze wordt weergegeven met de net‐ teren. len en letsel door onjuiste plaatsing van werknaam DIRECT-MBUX XXXXX. Wanneer een nieuwe beveiligingssleutel de extra informatie wordt opgeslagen, worden alle bestaande De beveiligingssleutel die op het mediadis‐...
  • Pagina 282 MBUX multimediasysteem 279 Overzicht navigatie Digitale kaart met menu Navigatie (voor‐ Menu ONDERWEG met Routeoverzicht, Menu POSITIE Positie opslaan, Kompas beeld) Alternatieve routes Verkeershinder mel- Qibla (Car-to-X) Speciale bestemming of adres invoeren en Snelle toegang voor Verkeer, Parkeren, Snel- verdere bestemmingsinvoermogelijkheden Menu VERKEER met Verkeersberichten,...
  • Pagina 283 280 MBUX multimediasysteem Bestemming invoeren Multimediasysteem: © Navigatie ª Waarheen? Het land waarin de auto zich bevindt Omschakelen op handschriftherkenning Naar cijfers, speciale tekens en symbolen omschakelen Speciale bestemming of adres invoeren Spatie invoegen Naar hoofdletters of kleine letters omscha‐ Lijst met verdere invoermogelijkheden Naar spraakinvoer omschakelen kelen...
  • Pagina 284: Route Berekenen En Instellingen Voor De Routebegeleiding Gebruiken

    MBUX multimediasysteem 281 Online-zoeken gebruiken De bestemming in invoeren. Het invoeren De bestemming is ingevoerd. kan in willekeurige volgorde worden uitge‐ De bestemmingsinvoer maakt gebruik van De bestemmingsinformatie wordt weergege‐ voerd. online-kaartdiensten. Wanneer het onboard-zoe‐ ven. ken geen passende bestemmingen vindt of wan‐ U kunt bijvoorbeeld de volgende gegevens Multimediasysteem: neer van land wordt gewisseld, is het online-zoe‐...
  • Pagina 285: Kaartfuncties Gebruiken

    282 MBUX multimediasysteem Als tussenbest. instellen selecteren. Woon-werk route activeren inschakelen. Straatnamen Huisnummers inschakelen. De bestemming wordt als volgende tussen‐ Als aan de voorwaarden is voldaan, herkent Tijdens de routebegeleiding worden straatna‐ bestemming ingesteld. het multimediasysteem automatisch dat de men en huisnummers in het camerabeeld auto zich op een woon-werk route bevindt.
  • Pagina 286 MBUX multimediasysteem 283 Kaartoriëntatie selecteren Gevarenmeldingen met Car-to-X-Communica‐ Multimediasysteem: tion weergeven © Navigatie In de kaart het kompassymbool Ä her‐ Wanneer gevarenmeldingen beschikbaar zijn, haald aantippen. Verkeerssituatie met Live Traffic Information kunnen deze als symbolen op de kaart worden De weergave wisselt in de volgorde 3D, weergeven weergegeven.
  • Pagina 287: Telefoon

    284 MBUX multimediasysteem Telefoon & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel len door het bedienen van mobiele com‐ door ongeschikt opbergen van voorwer‐ Telefoneren municatieapparatuur tijdens het rijden Aanwijzingen voor het telefoneren Mobiele communicatieapparatuur leidt de Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het bestuurder af van de verkeerssituatie.
  • Pagina 288: Netwerkverbinding

    Meer informatie is verkrijgbaar bij een ® De Bluetooth audiofunctionaliteit kan onafhan‐ Zware, harde, scherpe, breekbare of te Mercedes-Benz-servicewerkplaats of onder: kelijk hiervan met een willekeurige mobiele tele‐ grote voorwerpen altijd in de bagage‐ https://www.mercedes-benz.com/connect foon worden gebruikt. ruimte opbergen en beveiligen.
  • Pagina 289 286 MBUX multimediasysteem Overzicht telefoonmenu Overzicht telefoonfuncties ® Opties Bluetooth -apparaatnaam van de momen‐ teel verbonden mobiele telefoon(s) Afhankelijk van de uitrusting zijn de volgende Apparatenmanager telefoonfuncties beschikbaar: ® Berichten Bluetooth -apparaatnaam van de momen‐ teel verbonden mobiele telefoon(s) (tweede Cijferblok Een mobiele telefoon is via Bluetooth ®...
  • Pagina 290: Mercedes Me & Apps

    MBUX multimediasysteem 287 Multimediasysteem: Wisselgesprek aannemen resp. weigeren Twee mobiele telefoons zijn via Bluetooth ® met het multimediasysteem verbonden © Telefoon Contacten beheren, bijvoorbeeld: (tweede telefoonfunctie). Contacten van de mobiele telefoon down‐ Mobiele telefoon zoeken Met de mobiele telefoon op de voorgrond loaden í...
  • Pagina 291 Houd er alstublieft rekening mee, dat Mercedes Als uw auto een pechgeval of een dreigend en pechmanagement. Het doorsturen van de me connect een service van Mercedes-Benz is. pechgeval herkent, kunt u via het multimedia‐ oproep is echter niet in alle landen mogelijk.
  • Pagina 292 Mercedes me gesprekken zijn niet in elk land Meer informatie over Mercedes me connect ser‐ mogelijk. Bij een Mercedes-Benz-service‐ vices vindt u in de Mercedes me-Portal: https:// werkplaats informeren of deze functies in uw me.secure.mercedes-benz.com land beschikbaar zijn.
  • Pagina 293 Benz Vervolgens kunt u een service selecteren en pen. wordt u verbonden met een contactpersoon van Tijdens de verbinding met de Mercedes-Benz de Mercedes-Benz klantenservice. Informatie over de Mercedes me-oproep via klantenservice worden gegevens overgebracht de me-toets pagina 292).
  • Pagina 294 Wanneer u al in con‐ noodzakelijke onderhoudsbeurt. Er verschijnt het multimediasysteem. tact staat met de Mercedes-Benz klantenser‐ een vraag of u een afspraak wilt maken. vice, of wanneer u al hulp hebt gekregen, Na het verlaten van de weergave van de nood‐...
  • Pagina 295 Wilt u voor een betere afhandeling van uw aanvraag gegevens en positie van de tigd: De meertraps overdracht is afhankelijk van de auto naar de Mercedes-Benz Klantenservice ver- Voertuigidentificatienummer volgende factoren: sturen?. Tijdstip van de oproep Reden voor activering van de oproep selecteren.
  • Pagina 296 Mercedes me connect services schap direct nadat de verbinding met de Actuele kilometerstand en onderhoudsgege‐ Pas bij de tweede stap worden, alleen bij de Mercedes-Benz klantenservice tot stand is geko‐ vens betreffende geactiveerde services, verdere voor men in acht nemen.
  • Pagina 297 294 MBUX multimediasysteem In het menu Mercedes me & Apps kunnen de U hebt een gebruikersaccount bij een online- Gesprekken noteren dienst (bijvoorbeeld Office 365) en de online- volgende opties beschikbaar zijn: Binnenkomende gesprekken weigeren en dienst aan uw gebruikersaccount in de De auto aan het gebruikersaccount als taak in het menu Taken &...
  • Pagina 298 MBUX multimediasysteem 295 Overzicht Smartphone-integratie Bluetooth ® met het multimediasysteem verbon‐ URL-invoerveld den zijn. Favorieten Met Smartphone-integratie kunt u bepaalde De volledige functionaliteit van Smartphone-inte‐ Website achteruit functies van uw mobiele telefoon via het display gratie is alleen mogelijk met een internetverbin‐ van het multimediasysteem gebruiken.
  • Pagina 299: Mercedes-Benz Noodoproepsysteem

    Applicaties voor Smartphone-integratie System ID (geanonimiseerd) Voor een automatische noodoproep moet het Mercedes-Benz Link (uitvoering van de func‐ De overdracht van deze gegevens dient ertoe, de contact ingeschakeld zijn. tie via de regeleenheid Mercedes-Benz Link) weergave van deze inhoud aan te passen aan de Het Mercedes-Benz noodoproepsysteem is ®...
  • Pagina 300 Mercedes‑Benz alarmcentrale gestuurd. Informatie over de regionale beschikbaarheid De Mercedes‑Benz alarmcentrale kan de Wanneer het Mercedes-Benz noodoproep‐ van het Mercedes-Benz noodoproepsysteem is gegevens overeenkomstig de voertuiglocatie systeem een storing vertoont (bijvoorbeeld verkrijgbaar op: https://www.mercedes-benz- aan een openbare alarmcentrale doorgeven.
  • Pagina 301 Indien de verkeerssituatie dit toelaat, zolang in de auto blijven, tot de spraakverbinding Er wordt een sms met ongevalsgegevens aan geen noodoproep met de Mercedes-Benz alarm‐ centrale kan opbouwen, wordt de noodoproep met de telefonist in de alarmcentrale is opge‐...
  • Pagina 302: Gegevensoverdracht Mercedes-Benz Noodoproepsysteem

    MBUX multimediasysteem 299 Gegevensoverdracht Mercedes-Benz noodop‐ Voor meer informatie over het verloop van het SOS NOT READY in de rechter bovenhoek van roepsysteem ongeval kunnen tot een uur na het activeren van het display uitgeschakeld is. Dit betekent dat het...
  • Pagina 303: Radio, Media & Tv

    300 MBUX multimediasysteem Radio, media & tv Overzicht symbolen en functies in het menu Media Symbool Omschrijving Functie Play Selecteren om de weergave te starten of voort te zetten. Pauze Selecteren om de weergave te pauzeren. Titel herhalen Selecteren om de actuele titel of de actieve playlist te herhalen. Eenmaal selecteren: De actieve playlist wordt herhaald.
  • Pagina 304 MBUX multimediasysteem 301 Symbool Omschrijving Functie Instellingen Selecteren om instellingen uit te voeren. © Home Selecteren om terug te gaan naar het homescreen. Berichten Selecteren om berichten op te roepen. Volledig scherm Selecteren om naar de modus volledig beeld te wisselen. In het menu Media zijn de volgende functies en Weergave van audio- of videobestanden instellingen beschikbaar:...
  • Pagina 305 302 MBUX multimediasysteem Extra functies in het tv-menu Symbool Omschrijving Functie Instellingen Selecteren om instellingen in het tv-menu uit te voeren. De volgende functies kun‐ nen worden in- en uitgeschakeld of geconfigureerd: Zender vastzetten Landspecifieke tekenset Audiotaal Ondertiteling Teletekst Beeldformaat Õ...
  • Pagina 306 MBUX multimediasysteem 303 beeld uw smartphone, via het MBUX multimedia‐ ® Voor het decoderen van HD-programma's vol‐ Al geautoriseerde Bluetooth -audioappara‐ systeem laten weergeven. gens de Cl+-standaard dient een CI+-module tuur verbinden (Common-Interface-module), die niet tot de leve‐ De externe gegevensdrager bij het MBUX ®...
  • Pagina 307 304 MBUX multimediasysteem Overzicht van de symbolen en functies in het menu Radio Symbool Omschrijving Functie © Home Selecteren om terug te gaan naar het homescreen. Berichten Selecteren om berichten op te roepen. û/ü Vooruit- of terugspringen Selecteren om naar de volgende of vorige zender te springen. Instellingen Selecteren om nog meer opties op te roepen.
  • Pagina 308 MBUX multimediasysteem 305 Symbool Omschrijving Functie Zenderlijst Selecteren om de zenderlijst te laten weergeven. ª Zoeken Selecteren om het actieve menu te doorzoeken. Er kan bijvoorbeeld naar artiesten, genres of stemmingen worden gezocht. Extra functies van de TuneIn radio Bij het gebruik van de TuneIn radio kunnen grote hoeveelheden data worden overge‐...
  • Pagina 309: Klankinstellingen

    Klankinstellingen account. hierover contact opnemen met een Overzicht functies in soundmenu De dienst TuneIn radio kan in de Mercedes Mercedes-Benz-servicewerkplaats. me-Portal worden geactiveerd. De beschikbare instelmogelijkheden en functies Gegevensvolume is aanwezig. zijn afhankelijk van het gemonteerde sound sys‐ tem. Welk sound system in uw auto is inge‐...
  • Pagina 310 MBUX multimediasysteem 307 Standard sound system en Advanced sound Automatische aanpassing system De volgende functies zijn beschikbaar: Equalizer Hoge, midden en bassen Balans en fader Volume Automatische aanpassing ® Burmester surround sound system en Bur‐ ® mester High-End 3D-surround sound sys‐ De volgende functies zijn beschikbaar: Equalizer Hoge, midden en bassen...
  • Pagina 311: 308 Onderhoud En Verzorging

    308 Onderhoud en verzorging Informatie over het regelmatig uitvoeren van Mercedes-Benz adviseert om dergelijke bedrijfs‐ Weergave onderhoudsinterval ASSYST omstandigheden te vermijden. onderhoudswerkzaamheden PLUS Informatie met betrekking tot het onderhoud van Werking van de weergave onderhoudsinter‐ * AANWIJZING Voortijdige slijtage door...
  • Pagina 312: Motorruimte

    Onderhoud en verzorging 309 Standtijd met accukabels losgemaakt bestuurder van de auto is zelf verantwoordelijk Bij geactiveerde actieve motorkap kan de voet‐ voor het eventueel vaker laten uitvoeren van gangersbescherming beperkt zijn. De weergave van het onderhoudsinterval voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden als De volledige functionaliteit van de actieve motor‐...
  • Pagina 313 310 Onderhoud en verzorging Motorkap openen en sluiten & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden bij het openen van de motorkap & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer bij een oververhitte motor of bij len door ontgrendelde motorkap tijdens brand in de motorruimte de motorkap wordt het rijden geopend, kunt u in contact komen met hete De motorkap kan zich openen en het zicht...
  • Pagina 314 Onderhoud en verzorging 311 Motorkap openen Nooit in de gevarenzone van bewe‐ radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐ gende onderdelen, bijvoorbeeld het teem. draaibereik van de ventilator, reiken. De motor laten afkoelen en alleen de Sieraden en horloges afdoen. hierna beschreven onderdelen aanra‐ ken.
  • Pagina 315 312 Onderhoud en verzorging Voorwaarden met iets meer snelheid laten dichtvallen, tot hij correct vergrendelt. De motor is voorzien van een oliepeilstaaf. Zo niet, dan is een controle van het motor‐ oliepeil alleen mogelijk met de boordcompu‐ Motorolie ter ( pagina 313).
  • Pagina 316 Onderhoud en verzorging 313 Oliepeil te hoog: Het oliepeil ligt boven Boordcomputer: Service Motoroliepeil Wanneer het oliepeil te laag is, 1 l motorolie Op het multifunctioneel display verschijnt een bijvullen. van de volgende meldingen: Als het oliepeil te hoog is, teveel bijgevulde Motoroliepeil Oliepeil wordt gemeten: Nog motorolie aftappen.
  • Pagina 317 314 Onderhoud en verzorging Te veel bijgevulde motorolie aftappen. Daar‐ De motor laten afkoelen en alleen de De aanwijzingen van de weergave voor naar een gekwalificeerde werkplaats hierna beschreven onderdelen aanra‐ onderhoudsinterval voor het olie verver‐ gaan. ken. sen opvolgen en de voorgeschreven ver‐ Voor motoroliepeil contact aan versingsintervallen in acht nemen.
  • Pagina 318: Koelvloeistofniveau Controleren

    Onderhoud en verzorging 315 Koelvloeistofniveau controleren & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden door hete onderdelen in de motorruimte Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐ nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐ teem. De motor laten afkoelen en alleen de hierna beschreven onderdelen aanra‐...
  • Pagina 319: Ruitensproeierinstallatie Bijvullen

    1,5 cm boven de markeringsrand centraat staat. Ruitensproeiervloeistofconcentraat is licht Indien nodig een door Mercedes-Benz goed‐ ontvlambaar. Wanneer het op hete onderde‐ gekeurde koelvloeistof bijvullen. len in de motorruimte of onderdelen van het Meer informatie over koelvloeistof uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐...
  • Pagina 320: Reiniging En Verzorging

    Onderhoud en verzorging 317 Om schade aan de auto te vermijden, het vol‐ Reiniging en verzorging HOLD-functie gende in acht nemen bij gebruik van een was‐ Aanwijzingen met betrekking tot het auto Actieve parkeerassistent straat: wassen in een wasstraat Om schade aan de auto te vermijden, deze De actieve afstandsassistent DISTRONIC is systemen in de volgende of vergelijkbare uitgeschakeld.
  • Pagina 321 318 Onderhoud en verzorging Bij wasstraten met sleepinstallatie: Wanneer De sproeier van de hogedrukreiniger niet Beschadigde banden of onderdelen van u gedurende het wassen de auto verlaat, rechtstreeks op gevoelige onderdelen rich‐ het onderstel direct laten vervangen. erop letten dat de sleutel zich in de auto ten, zoals banden, kieren, elektrische onder‐...
  • Pagina 322 Teerspatten: Teerverwijderingsmiddel gebrui‐ Bij vervuiling in het oppervlak of een doffe ken. decorfolie: Het voor Mercedes-Benz geadvi‐ seerde en vrijgegeven reinigingsmiddel Paint Wax: Siliconenverwijderaar gebruiken. Cleaner gebruiken.
  • Pagina 323 Werkzaamheden of reparaties aan decorfolie Steenslag en vervuiling bij een gekwalificeerde werkplaats laten uit‐ Uitlaateindpijpen en uitlaatsierstukken kun‐ voeren, bijvoorbeeld een Mercedes-Benz-ser‐ Chemische reinigingsmiddelen nen zeer heet zijn. Als deze onderdelen van vicewerkplaats. de auto worden aangeraakt, kunt u zich bran‐...
  • Pagina 324 De weggeklapte ruitenwisserbladen met een Wielen en velgen Uitlaateindpijp vochtige doek reinigen. Water en een zuurvrije velgenreiniger gebrui‐ Met een door Mercedes-Benz geadviseerd ken. Ruitenwisserbladen niet te vaak reinigen. reinigingsmiddel reinigen, met name in de Voor het verwijderen van remstof geen zuur‐...
  • Pagina 325 Kunststof bekleding ging van het interieur len. Met een vochtige microvezeldoek reinigen. Veiligheidsgordels nooit bleken en kleu‐ Bij sterke vervuiling: Een voor Mercedes-Benz & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel ren. geadviseerd reinigingsmiddel gebruiken. door het losraken van kunststof delen na Geen stickers, folie of iets dergelijks aan‐...
  • Pagina 326 Met een vochtige doek reinigen. sen. Geen microvezeldoek gebruiken. Bij sterke vervuiling: Een voor Mercedes-Benz Stoelhoezen van kunstleder geadviseerd reinigingsmiddel gebruiken. Met een vochtige doek en een 1%-zeepoplos‐ Lederverzorging: Een voor Mercedes-Benz sing reinigen.
  • Pagina 327: 324 Pechhulp

    324 Pechhulp Het veiligheidsvest in de volgende gevallen ver‐ Noodgeval vangen: Veiligheidsvest uitnemen De reflecterende strepen zijn beschadigd of De veiligheidsvesten bevinden zich in de portier‐ vervuild. opbergvakken van het bestuurders- en passa‐ Het is te vaak gewassen. giersportier. De fluorescerende eigenschappen nemen af. Uitnemen: Het veiligheidsvestfoedraal aan de lus eruit trekken.
  • Pagina 328 Pechhulp 325 Gevarendriehoek Gevarendriehoek uitklappen Overzicht EHBO-set Gevarendriehoek uitnemen De reflectoren aan de zijkant tot een drie‐ De EHBO-set bevindt zich afhankelijk van de hoeksvorm omhoogtrekken en met de boven‐ uitvoering links of rechts in de bagageruimte in ste drukknop verbinden.
  • Pagina 329: Bandenpech

    326 Pechhulp Brandblusser uitnemen Niet met drukloze band rijden. De drukloze band direct vervangen door & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ het nood‑ of reservewiel of contact len door een niet correct bevestigde opnemen met een gekwalificeerde brandblusser in de beenruimte van de werkplaats.
  • Pagina 330 Pechhulp 327 Auto's met bandenspanningswaarschu‐ Auto's met Mercedes me connect: U kunt In de volgende gevallen het rijden in het wingssysteem: MOExtended-banden mogen in geval van pech een pechoproep starten noodprogramma beëindigen: met het bedieningspaneel dakconsole alleen in combinatie met geactiveerd banden‐ bij klapperende geluiden pagina 289).
  • Pagina 331 328 Pechhulp De bereikbare nog af te leggen afstand kan afwij‐ De bandenvulcompressor is onderhoudsvrij. ken afhankelijk van de rijstijl. Daarbij de toege‐ Bij een storing in de werking contact opne‐ stane maximumsnelheid van 80 km/h in acht men met een gekwalificeerde werkplaats. nemen.
  • Pagina 332 Pechhulp 329 De fles bandenafdichtmiddel elke vijf jaar laten Bij grotere insnijdingen of perforaties Bandenplakmiddel in de ogen direct vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats. (groter dan eerder genoemd) grondig met schoon water uitspoelen. De binnengedrongen voorwerpen in de band Velgschade Als het bandenplakmiddel ingeslikt is, laten zitten.
  • Pagina 333 330 Pechhulp De bandenvulcompressor tijdens deze fase niet uitschakelen! De bandenvulcompressor maximaal tien minuten laten draaien. Vervolgens moet een bandenspanning van ten minste 200 kPa (2,0 bar, 29 psi) bereikt zijn. Wanneer bandenplakmiddel weggelekt is, de getroffen plaatsen zo snel mogelijk reinigen. Bij voorkeur schoon water gebruiken.
  • Pagina 334 De gebruikte fles bandenafdichtmiddel bandenplakmiddel kan hier geen pechhulp heden. vakkundig afvoeren, bijvoorbeeld bij bieden. een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. De rijstijl aanpassen en voorzichtig rij‐ Het remgedrag en de rij-eigenschappen kun‐ den. nen sterk nadelig worden beïnvloed. De fles bandenafdichtmiddel en de banden‐...
  • Pagina 335: Accu (Auto)

    Als de bandenspanning correct is, de vul‐ ting leiden. Daardoor kunnen functiebeper‐ Landen met Mercedes-Benz Service24h: Een slang losdraaien van het ventiel van de gere‐ kingen van veiligheidsrelevante systemen sticker met het telefoonnummer van Mercedes- pareerde band.
  • Pagina 336 Meer informatie over het ESP vastgepakt. pagina 194) Het zeer explosieve gasmengsel ontstaat bij het Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ Batterijen bevatten schadelijke opladen van de accu en tijdens de starthulp. ligheid alleen accu's te gebruiken die door stoffen.
  • Pagina 337 14,8 V gebruiken. Het mag niet met de huid, ogen of Als alternatief: De accu aansluiten op een kleding in aanraking komen. door Mercedes-Benz aanbevolen oplader of Alle andere auto's Geschikte beschermende kleding dra‐ contact opnemen met een gekwalificeerde...
  • Pagina 338 Pechhulp 335 van de accupoolklemmen in acht & WAARSCHUWING Explosiegevaar bij * AANWIJZING Beschadiging van de accu nemen. door te hoge spanning een bevroren accu Bij de starthulp altijd erop letten dat Een ontladen accu kan al bij temperaturen Bij het opladen met een oplader zonder alleen accupolen met dezelfde polariteit rond het vriespunt bevriezen.
  • Pagina 339 Alleen door Mercedes-Benz geteste en goed‐ Het contact en alle elektrische verbruikers Veelvuldige en langdurige startpogingen gekeurde opladers gebruiken. zijn uitgeschakeld.
  • Pagina 340 12‑V‑accu in acht nemen ( pagina 332). Bij starthulp: Voordat de startkabel wordt Mercedes-Benz adviseert de 12‑V‑accu te laten losgemaakt een elektrische verbruiker van de vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats, eigen auto, bijvoorbeeld de achterruitverwar‐ bijvoorbeeld een Mercedes-Benz-servicewerk‐...
  • Pagina 341: Aan- Of Wegslepen

    338 Pechhulp Glass Mat) of een lithium-ion-accu. De volle‐ Mercedes-Benz adviseert om de auto bij pech te Aan- of wegslepen dige functionaliteit van de auto is alleen transporteren in plaats van te slepen. Toegestane sleepmethoden gewaarborgd met een AGM‑accu of een Bij het slepen met beiden assen op de grond een lithium-ion-accu.
  • Pagina 342 Pechhulp 339 De elektrische parkeerrem kan niet worden & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ 4MATIC-auto's uit- of ingeschakeld. len bij het slepen van een auto met een Beide assen Ja, maximaal 50 km met Auto's met automatische transmissie: De te hoog gewicht op de grond 50 km/h automatische transmissie kan niet in de...
  • Pagina 343 340 Pechhulp De gegevens over het toegestaan totaalge‐ Het Active Brake Assist System uitschakelen Voor het slepen controleren of de stuur‐ wicht van de betreffende auto vindt u op het pagina 202). inrichting vrij kan bewegen. voertuigtypeplaatje ( pagina 367). Auto's met automatische transmissie: De Auto's met automatische transmissie: Het automatische transmissie in de stand i zet‐...
  • Pagina 344: Auto's Met 4Matic/Auto's Met Automatische Transmissie

    Pechhulp 341 Auto's met 4MATIC/auto's met automatische Auto's met automatische transmissie: Bij De auto in de juiste positie op de trans‐ transmissie storingen van de elektronica kan de automa‐ porter zetten. tische transmissie in de stand j geblok‐ De auto aan alle vier wielen vastzetten keerd zijn.
  • Pagina 345 342 Pechhulp Opbergplaats sleepoog Auto aanslepen (motornoodstart) Het sleepoog rechtsom tot de aanslag erin draaien en vastzetten. Het sleepoog bevindt zich in de bagageruimte Auto's met automatische transmissie onder de bagageruimtebodem. Auto's met aanhangwagenvoorziening: Achter aan de auto bevindt zich geen bevestiging voor * AANWIJZING Beschadiging van de auto‐...
  • Pagina 346: Elektrische Zekeringen

    Pechhulp 343 Elektrische zekeringen Alleen door Mercedes-Benz vrijgegeven deksel correct op de zekeringenkast is zekeringen met het aangegeven ampe‐ aangebracht. Aanwijzingen met betrekking tot elektrische rage gebruiken. zekeringen Als een nieuw aangebrachte zekering opnieuw Doorgebrande zekeringen moeten worden ver‐ doorbrandt, de oorzaak laten vaststellen en ver‐...
  • Pagina 347 344 Pechhulp Zekeringenkast in de motorruimte openen en sluiten Voorwaarden Een droge doek en een schroevendraaier zijn beschikbaar. De aanwijzingen met betrekking tot elektrische zekeringen in acht nemen ( pagina 343). Openen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door het gebruik van de ruitenwissers bij geopende motorkap Als de ruitenwissers zich in beweging zetten als de motorkap geopend is, kunt u bekneld...
  • Pagina 348 Pechhulp 345 Het deksel achter aan de zekeringenkast in de houder aanbrengen. Het deksel van de zekeringenkast omlaagklappen en de schroeven vast‐ draaien. De afdekking aan beide zijden aanbren‐ gen. De klemmen op de afdekking kwart slag rechtsom draaien. De motorkap sluiten. De afdekking in de richting van de pijl omlaagklappen.
  • Pagina 349: 346 Banden En Velgen

    346 Banden en velgen De volgende controles regelmatig, ten minste Aanwijzingen met betrekking tot geluids‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor aquapla‐ eenmaal per maand of indien nodig, bijvoorbeeld ontwikkeling of ongewoon rijgedrag ning door te lage profieldiepte voor een langere rit of rijden in het terrein, bij Tijdens het rijden letten op trillingen, geluiden en Bij een te lage profieldiepte laat de grip van alle wielen uitvoeren:...
  • Pagina 350: Bandenspanning

    De rij-eigenschappen en het stuur‑ en Benz-servicewerkplaats. remgedrag kunnen sterk nadelig worden Om veiligheidsredenen alleen de voor beïnvloed. Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ Geadviseerde bandenspanningen in gen of sneeuwkettingen met dezelfde kwali‐ acht nemen en de bandenspanning van teitsstandaard gebruiken. alle banden inclusief het reservewiel...
  • Pagina 351 348 Banden en velgen Banden worden tijdens het rijden warm. Naar‐ bij gewijzigde belading Banden op binnengedrongen voorwer‐ mate de temperatuur van de band toeneemt pen onderzoeken. voor aanvang van een langere rit wordt ook de bandenspanning hoger. Controleren of de velg of het ventiel lek bij gewijzigde gebruiksomstandigheden, Auto's met bandenspanningscontrole: U kunt bijvoorbeeld rijden in het terrein...
  • Pagina 352 Banden en velgen 349 De beladingstoestanden "gedeeltelijk beladen" De bandenspanningscontrole is slechts een of "volledig beladen" worden in de tabel weerge‐ hulpmiddel. De bestuurder is ervoor verantwoor‐ geven door een verschillend aantal personen en delijk, de bandenspanning in te stellen op de bagage.
  • Pagina 353 350 Banden en velgen Bandenspanning met bandenspanningscon‐ sloten. De bandenspanningen worden dan De banden of de wielen zijn gewisseld of trole controleren reeds gecontroleerd. nieuw gemonteerd. Voorwaarden De bandenspanning vergelijken met de voor Bestuurdersdisplay: Het contact is ingeschakeld. de actuele bedrijfstoestand geadviseerde Service Banden bandenspanning (...
  • Pagina 354 Banden en velgen 351 Bandenspanningswaarschuwingssysteem Ook beslist de volgende uitgebreide informatie Het systeem werkt in het bijzonder in de vol‐ opnieuw starten lezen: gende situaties beperkt of vertraagd: Voorwaarden Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ Bij een slechte staat van de ondergrond, bij‐ spanning ( pagina 347) voorbeeld sneeuw of grind...
  • Pagina 355: Verwisselen Van Een Wiel

    352 Banden en velgen Op de Touch-Control links op het stuurwiel Verwisselen van een wiel Daarbij bij velgen het volgende in acht drukken om het opnieuw opstarten te star‐ nemen: Aanwijzingen over de selectie, montage en ten. vervanging van banden Omschrijving Het multifunctioneel display toont de mel‐...
  • Pagina 356 -maten houding neemt het gevaar, dat bij het rijden Alleen de door Mercedes-Benz gecontro‐ over obstakels de velgen en banden bescha‐ Om veiligheidsredenen alleen banden, velgen leerde en geadviseerde banden, velgen en digd raken, toe.
  • Pagina 357 Bij buitentemperaturen onder 10 °C Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor * AANWIJZING Beschadiging van elektro‐ M+S‑ banden gebruiken. uw auto zijn goedgekeurd, of waar niet vakkun‐ nische onderdelen door het gebruik van...
  • Pagina 358 Banden en velgen 355 Uitsluitend in geval van pech mag voor het Wanneer de toegestane maximumsnelheid Ook beslist de volgende aanvullende informatie rijden naar de werkplaats hiervan worden lager is dan die van het voertuig, moet een in acht nemen: afgeweken.
  • Pagina 359 356 Banden en velgen Aanwijzingen met betrekking tot het opslaan Als bij verschillende afmetingen van banden en Afgezien van enkele landspecifieke varianten zijn velgen de voor- met de achterwielen worden ver‐ van wielen de auto's niet uitgerust met wielwisselgereed‐ wisseld, kan dit leiden tot verlies van de type‐ schap.
  • Pagina 360 Banden en velgen 357 Wieldoppen verwijderen en aanbrengen u dan bij een gekwalificeerde werkplaats naar passend gereedschap. Voorwaarden De auto bevindt zich niet op een helling. De auto is voorbereid voor het verwisselen De auto staat op een stevige, stroeve en van een wiel ( pagina 357).
  • Pagina 361 358 Banden en velgen Aluminium naafdop Auto bij het verwisselen van een wiel opkrik‐ Voorwaarden Er bevinden zich geen personen in de auto. De auto is voorbereid voor het verwisselen van een wiel ( pagina 357). De wieldoppen zijn verwijderd pagina 357).
  • Pagina 362 Banden en velgen 359 * AANWIJZING Voertuigschade door krik Wanneer u de krik niet op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen. De krik alleen op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengen. De ratel uit het wielwisselgereedschap zoda‐ nig op het zeskant van de krik steken, dat de tekst "AUF"...
  • Pagina 363: Wiel Verwijderen

    360 Banden en velgen Het wiel losmaken en verwijderen pagina 360). Wiel verwijderen Voorwaarden De auto is opgekrikt ( pagina 358). * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's De aanwijzingen in de aanvullende In plaats van de wielbout, de centreerpen handleiding in acht nemen. Anders kunt in het schroefdraad schroeven.
  • Pagina 364 ( pagina 352). Niet verder rijden. Om veiligheidsredenen alleen de voor Mercedes-Benz en het betreffende wiel goed‐ De aanwijzingen met betrekking tot de selec‐ gekeurde wielbouten gebruiken. tie van banden in acht nemen De wielbouten erin draaien en in de aangege‐...
  • Pagina 365: Noodwiel

    362 Banden en velgen De wielbouten in de aangegeven volgorde schuwingssysteem opnieuw starten Om risico's te vermijden, de volgende punten diagonaal en gelijkmatig met maxi‐ pagina 351). in acht nemen: maal 80 Nm vastzetten. Uitzondering: Het nieuwe wiel is een nood‐ Voorzichtig rijden.
  • Pagina 366 Banden en velgen 363 De toegestane maximumsnelheid met Bandenspanningstabel ( pagina 348) gemonteerd noodwiel is 80 km/h. Aanwijzingen met betrekking tot de montage Geen sneeuwkettingen op het noodwiel aan‐ van banden ( pagina 352) brengen. Het noodwiel uiterlijk om de zes jaar laten vervangen, ongeacht de slijtage.
  • Pagina 367: 364 Technische Gegevens

    & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Meer informatie is verkrijgbaar bij een len door ondeskundig gebruik van mobi‐ Mercedes-Benz-servicewerkplaats. lofoons Alleen voor bepaalde landen: De voertuigspe‐ cifieke voertuiggegevens kunt u in de COC-docu‐ Als in het voertuig op ondeskundige wijze menten (EC-CERTIFICATE OF CONFORMITY) vin‐...
  • Pagina 368 Technische gegevens 365 de voertuigelektronica storen. Dit geldt met Alleen vrijgegeven frequentiebanden name in de volgende gevallen: gebruiken. Wanneer de mobilofoon niet op een bui‐ Het maximaal toegestane uitgangsver‐ tenantenne is aangesloten. mogen in deze frequentiebanden in acht nemen. Wanneer de buitenantenne verkeerd gemonteerd of niet reflectiearm is.
  • Pagina 369: Zendvergunningen Voertuigcomponenten

    366 Technische gegevens Frequentieband en maximaal zendvermogen Bij de achterspatschermen wordt geadviseerd de De volgende onderdelen kunnen zonder beper‐ antenne te monteren aan de zijde van de auto kingen in de auto worden gebruikt: Frequentieband Maximaal zendver‐ die naar het midden van de straat wijst. Mobilofoons met een maximaal zendvermo‐...
  • Pagina 370: Overzicht Voertuigtypeplaatje, Fin En Motornummer

    Technische gegevens 367 Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer Voertuigtypeplaatje Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - Koeweit) Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - alle andere landen) Autofabrikant Autofabrikant Fabricageplaats EG-typegoedkeuringsnummer (alleen voor Productiedatum bepaalde landen) Voertuigtype VIN (voertuigidentificatienummer) Toegestaan totaalgewicht (kg) Toegestaan totaalgewicht (kg) (alleen voor bepaalde landen)
  • Pagina 371 368 Technische gegevens VIN onder de rechter voorstoel VIN bij de onderste rand van de voorruit Toegestane voorasbelasting (kg) Toegestane achterasbelasting (kg) Lakcode De gegevens in de afbeelding zijn voorbeel‐ den. VIN (voertuigidentificatienummer) als label Het VIN als label op de onderste rand van de voorruit is alleen voor bepaalde landen beschik‐...
  • Pagina 372: Bedrijfsstoffen

    Bedrijfsstoffen altijd in de afgesloten staan door het gebruik van niet-goedgekeurde originele verpakking bewaren. producten, valt niet onder de Mercedes-Benz Brandstoffen zijn licht ontvlambaar. garantie en coulance. Kinderen altijd op afstand van bedrijfs‐ Beslist vuur, open licht, roken en vonk‐...
  • Pagina 373: Brandstof

    370 Technische gegevens Voor en tijdens het tanken de ontste‐ Wanneer brandstof in de ogen terecht Alleen loodvrije, zwavelvrije benzine king en, indien aanwezig, de standver‐ gekomen is, de ogen direct grondig met tanken die voldoet aan de Europese warming uitschakelen. schoon water uitspoelen.
  • Pagina 374 5‑vol.% van ten minste 91 RON worden getankt. Mercedes-Benz adviseert merkbrandstoffen met Voor benzine met een maximaal ethanolge‐ Daardoor kan het motorvermogen lager zijn en additieven te gebruiken. halte van 10‑vol.% het brandstofverbruik hoger.
  • Pagina 375 372 Technische gegevens plaats, het door Mercedes-Benz geadviseerde Pure biodiesel of plantaardige olie * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ reinigingsadditief aan de brandstof worden bijge‐ keerde brandstof Petroleum of kerosine mengd. De op de verpakking aangegeven aanwij‐ Kleine hoeveelheden van de verkeerde zingen en mengverhoudingen in acht nemen.
  • Pagina 376 Technische gegevens 373 Tankinhoud en brandstofreserve Overeenkomstig de Europese norm EN 16942 ® AdBlue vindt u het verdraagzaamheidskeurmerk op de Afhankelijk van de uitrusting kan de totale ® Aanwijzingen met betrekking tot AdBlue volgende punten: inhoud van de brandstoftank variëren. De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐...
  • Pagina 377 374 Technische gegevens ® kelijk van de rijstijl en de bedrijfsomstandighe‐ Inhoud en verbruik AdBlue ® AdBlue niet met water verdunnen. den. Daarom kan de werkelijke actieradius van ® Geen AdBlue gebruiken waaraan addi‐ de op dat moment in de boordcomputer bere‐ Model Totale inhoud tieven zijn toegevoegd.
  • Pagina 378 229.71* motoroliespecificatie in de telkens laagste SAE- Mercedes-Benz adviseert, het verversen van de viscositeitsklasse. Mogelijke beperkingen van de olie bij een gekwalificeerde werkplaats uit te vrijgegeven SAE-viscositeitsklasses daarbij in laten voeren.
  • Pagina 379 E 350 d 8,5 l De remvloeistof regelmatig laten verversen bij E 400 d 4MATIC 7,5 l een gekwalificeerde werkplaats. Alle andere modellen 6,6 l Alleen een door Mercedes-Benz goedgekeurde remvloeistof volgens MB-Freigabe of MB-Appro‐ val 331.0 gebruiken.
  • Pagina 380 Technische gegevens 377 Koelvloeistof De aanwijzingen in het Mercedes-Benz * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ bedrijfsstoffenvoorschrift 310.1 in acht keerde koelvloeistof Aanwijzingen met betrekking tot koelvloei‐ nemen. stof Alleen voorgemengde koelvloeistof met De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐ de gewenste vorstbescherming gebrui‐...
  • Pagina 381: Autogegevens

    378 Technische gegevens Geen gedestilleerd of gedemineraliseerd water len in de motorruimte of onderdelen van het gebruiken, anders kan de niveausensor een uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐ onjuist niveau detecteren. ken. Geadviseerd ruitreinigingsmiddel: Ervoor zorgen dat er geen ruitensproei‐ ervloeistofconcentraat naast de vulope‐ Boven het vriespunt: Bijvoorbeeld MB Sum‐...
  • Pagina 382 Technische gegevens 379 Model Model Lengte Model Hoogte Zwenk‐ hoogte E 220 d (150 kW) 4935 mm E 400 d 4MATIC 1481 mm E 350 1827 mm E 220 d 4MATIC (150 kW) Alle andere modellen 1468 mm E 300 d 4MATIC E 300 d 1840 mm E 350...
  • Pagina 383: Aanhangwagenvoorziening

    380 Technische gegevens Inbouwmaten De achteroverbouw en de bevestigingspunten Aanhangwagenvoorziening gelden voor een af fabriek gemonteerde aan‐ Algemene aanwijzingen over de aanhangwa‐ hangwagenvoorziening. genvoorziening Model Achteroverbouw Afhankelijk van het voertuigtype zijn wijzigingen aan het motorkoelsysteem noodzakelijk. Het Alle modellen 1243 mm naderhand inbouwen van een aanhangwagen‐...
  • Pagina 384 Technische gegevens 381 Aanhangwagengewicht, ongeremd Toegestane asbelasting achteras (rijden met maximale draagvermogen in acht worden aanhangwagen) genomen. Model Aanhangwagenge‐ wicht, ongeremd Het maximaal toegestane draagvermo‐ Model Asbelasting gen niet overschrijden. Alle modellen 750 kg E 180 1365 kg De aanwijzingen voor het maximale draagvermo‐ E 200 4MATIC 1405 kg gen in acht nemen (...
  • Pagina 385 382 Technische gegevens Model Asbelasting E 450 4MATIC 1460 kg Alle andere modellen 1375 kg...
  • Pagina 386: Displaymeldingen

    Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 383 symbool selecteren. Door te drukken op Õ Met een veegbeweging omhoog of omlaag op Displaymeldingen wordt meer informatie op het mediadisplay de Touch-Control links door de displaymel‐ Inleiding weergegeven. Door te drukken op ¨ ver‐ dingen bladeren.
  • Pagina 387 384 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheid voor inzittenden Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 35). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Onderdelen van het veiligheidssysteem kunnen onbedoeld worden geactiveerd of bij een ongeval niet zoals Veiligheidssysteem Storing bedoeld worden geactiveerd.
  • Pagina 388 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 385 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voorpass.-airbag uitgescha- * De passagiersairbag is gedeactiveerd, hoewel een volwassen persoon of een persoon met een overeenkomstig pos‐ keld zie handleiding tuur op de passagiersstoel zit. Wanneer extra krachten op de stoel worden uitgeoefend, kan het systeem een te gering gewicht meten.
  • Pagina 389 386 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar door gebruik van een kinderzitjesbevestigingssys‐ teem bij ingeschakelde passagiersairbag Als een kind in een kinderzitjesbevestigingssysteem op de passagiersstoel wordt beveiligd en de passagiersair‐ bag ingeschakeld is, kan de passagiersairbag bij een ongeval worden geactiveerd.
  • Pagina 390 Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen À * Er zijn slechts weinig of geen toestemmingen voor het starten van de motor beschikbaar. Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats een nieuwe digitale voertuigsleutel-sticker bestellen. Sleutel vervangen Zie hand- leiding Á * De sleutel moet worden vervangen.
  • Pagina 391 388 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De sleutel wordt momenteel niet herkend. De plaats van de sleutel in de auto veranderen. Wanneer de sleutel nog steeds niet wordt herkend, de sleutel in het opbergvak voor het starten met de sleutel Sleutel niet herkend (witte plaatsen (...
  • Pagina 392: Verlichting

    Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 389 Verlichting Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. Voorzichtig verder rijden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Dimlicht links (voorbeeld) LED-lichtbronnen: Alleen wanneer alle lichtdiodes defect zijn, verschijnt de displaymelding voor de betreffende verlichting.
  • Pagina 393 390 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve bochtenverlichting vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Act. bochtverlicht. functio- neert niet * U rijdt zonder dimlicht. De verlichtingsschakelaar in de stand L of à draaien. Verlichting inschakelen * De auto wordt verlaten en de verlichting is nog ingeschakeld.
  • Pagina 394 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 391 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Adaptieve grootlichtassis- * De adaptieve grootlichtassistent is tijdelijk niet beschikbaar. tent nu niet beschikbaar De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 135). zie handleiding Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. De displaymelding Adaptieve grootlicht- assistent weer beschikbaar verschijnt.
  • Pagina 395: Klimaatregeling

    392 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Klimaatregeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & * De standverwarming vertoont tijdelijk een storing. Als de auto horizontaal staat en de motor is afgekoeld: Viermaal met tussenpozen van een aantal minuten pro‐ beren de standverwarming in te schakelen.
  • Pagina 396 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 393 Auto Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U wilt de auto in rijklare toestand verlaten. Bij het verlaten van de auto het contact uitschakelen, de auto tegen wegrollen beveiligen en de sleutel meene‐ men.
  • Pagina 397 394 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ï * De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik tijdens het rijden met een aanhangwagen. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door niet vergrendelde kogelhals De aanhangwagen kan loskomen. Trekhaak vergrendeling control.
  • Pagina 398 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 395 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de kogelhals is ingeklapt: Om een nieuwe zwenkprocedure te starten, aan de toets in het kofferdeksel trekken en vasthouden tot de kogelhals in de vergrendelde positie verticaal vergrendelt en vervolgens onder de bumper vergrendelt ( pagina 249).
  • Pagina 399 396 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ù * De stuurinrichting vertoont een storing. De bestuurbaarheid is sterk nadelig beïnvloed. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij beperkte bestuurbaarheid Wanneer de stuurinrichting niet meer zoals bedoeld functioneert, is de bedrijfsveiligheid van de auto in gevaar. Storing besturing Direct stoppen Zie handleiding Direct op een veilige plaats stoppen.
  • Pagina 400 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 397 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De motorkap sluiten. * Het kofferdeksel is geopend. & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaatgassen uit, bijvoorbeeld koolmonoxide. Als het kofferdeksel is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kunnen uitlaatgassen in het interieur terecht komen.
  • Pagina 401 398 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¥ * Het ruitensproeiervloeistofniveau in het ruitensproeiervloeistofreservoir is tot onder het minimum gedaald. Ruitensproeiervloeistof bijvullen ( pagina 316). Ruitensproeiervloeistof bij- vullen Motor Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U hebt tijdens het rijden de start-stoptoets ingedrukt.
  • Pagina 402 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 399 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ÿ * De koelvloeistof is te warm. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. Koelvloeistof Stoppen & WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden bij het openen van de motorkap Motor uit Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunt u in con‐...
  • Pagina 403 400 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De brandstofvoorraad heeft het reservegebied bereikt. Tanken. Brandstofreserve * Auto's met dieselmotor: Het brandstoffilter is vervuild of het water in het brandstoffilter moet worden afgetapt. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Brandstoffilter reinigen ¸...
  • Pagina 404 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 401 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de auto stilstaat de transmissie in de parkeerstand j zetten. * U hebt geprobeerd om vanuit de parkeerstand j een andere transmissiestand in te schakelen. Voor verlaten van schakel- stand P rem bedienen Het rempedaal indrukken.
  • Pagina 405 402 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Stand N permanent geacti- * Terwijl de auto rolt of rijdt is de neutraalstand i ingeschakeld. veerd Wegrolgevaar Om te stoppen het rempedaal indrukken. Als de auto stilstaat de transmissie in de parkeerstand j zetten. Om verder te rijden de transmissiestand h of k inschakelen.
  • Pagina 406 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 403 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voertuig stoppen Motor * De transmissie is oververhit. Het wegrijden kan tijdelijk belemmerd of onmogelijk zijn. laten draaien Wachten Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen. Niet verder rijden! Transmissie koelt af De motor laten draaien.
  • Pagina 407 404 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen. * Het gele controlelampje ! en het rode controlelampje ! branden. De elektrische parkeerrem vertoont een storing.
  • Pagina 408 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 405 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de elektrische parkeerrem nog steeds niet kan worden vastgezet, of als het rode controlelampje ! nog steeds knippert: Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen.
  • Pagina 409 406 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen. Om vrij te zetten: Als is voldaan aan de voorwaarden voor het automatisch vrijzetten, en de elektrische parkeerrem wordt niet automatisch vrijgezet, de elektrische parkeerrem handmatig vrijzetten ( pagina 190).
  • Pagina 410 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 407 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het rode controlelampje ! brandt. Als de elektrische parkeerrem wordt gelost is het contact uitgeschakeld. Het contact inschakelen. Parkeerrem Om te ontgren- delen contact AAN * Er bevindt zich te weinig remvloeistof in het remvloeistofreservoir. &...
  • Pagina 411 408 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijsystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * De TEMPOMAT kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is. De inschakelvoorwaarden van de TEMPOMAT controleren ( pagina 204). - - - km/h TEMPOMAT functioneert * De TEMPOMAT vertoont een storing.
  • Pagina 412 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 409 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Limiter functioneert niet * De limiter vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. ç * De actieve afstandsassistent DISTRONIC kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is.
  • Pagina 413 410 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve afstandsassistent * De actieve afstandsassistent DISTRONIC vertoont een storing. buiten werking Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De actieve afstandsassistent DISTRONIC is weer gereed voor gebruik. Actieve afstandsassistent weer beschikbaar De actieve afstandsassistent DISTRONIC inschakelen (...
  • Pagina 414 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 411 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve stuurassistent bui- * De actieve stuurassistent vertoont een storing. De actieve afstandsassistent DISTRONIC blijft beschikbaar. ten werking Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De actieve stuurassistent is vanwege meerdere noodstops tijdelijk niet beschikbaar. Actieve stuurassistent momenteel niet beschik- De besturing overnemen en op veilige wijze stoppen.
  • Pagina 415 412 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het systeem is weer beschikbaar wanneer de omgevingsomstandigheden binnen de systeemgrenzen liggen. Verder rijden. * De actieve fileassistent vertoont een storing. Actieve fileassistent buiten werking Zie handleiding De actieve fileassistent wordt gedeactiveerd.
  • Pagina 416 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 413 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * U bent weggereden hoewel de voertuighoogte te laag was. Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. STOP Auto te laag Pas verder rijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 417 414 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * De auto stelt zich op de gekozen rijhoogte in. Auto komt omhoog É * De voertuighoogte is te laag. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. Pas wegrijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 418 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 415 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding nog steeds verschijnt, naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. é * De ATTENTION ASSIST vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Attention Assist functio- neert niet é...
  • Pagina 419 416 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. Verder rijden. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, op een veilige plaats stoppen en de motor opnieuw starten. * De dodehoekassistent vertoont een storing.
  • Pagina 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 417 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Act. dodehoekassistent * Wanneer de elektrische verbinding met de aanhangwagen wordt gemaakt, is de actieve dodehoekassistent niet met aanhangwagen niet beschikbaar. beschikbaar Zie handleiding Op de Touch-Control links drukken en de displaymelding bevestigen. Actieve spoorassistent nu * De actieve spoorassistent is tijdelijk niet beschikbaar.
  • Pagina 421 418 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ç * Het radarsensorsysteem vertonen een storing. Mogelijke oorzaken: Sensoren vervuild Hevige neerslag à Lange ritten buiten de bebouwde kom zonder doorstromend verkeer, bijvoorbeeld in de woestijn Rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen of tijdelijk niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 419 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het zicht van de camera is gereduceerd. Mogelijke oorzaken: Vervuiling van de voorruit in het blikveld van de camera Zware neerslag of mist à Condens op de voorruit bij de camera Herkende condens op de voorruit wordt met behulp van een ingebouwde verwarming binnen circa twaalf minu‐...
  • Pagina 423 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijveiligheidssystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® zijn tijdelijk niet beschikbaar. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen tijdelijk niet beschikbaar zijn. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 421 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 425 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Daarbij voor‐ zichtig rijden. ÷ * Het ESP ® vertoont een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze.
  • Pagina 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 423 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het EBD, het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. & WAARSCHUWING Slipgevaar bij storing van het EBD, het ABS en het ESP ®...
  • Pagina 427 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Auto's zonder rijassistentiepakket: Het Active Brake Assist System is tijdelijk niet of slechts ten dele beschik‐ baar. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Mercedes me connect Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Mercedes me connect * De functies van de auto voor de storingsherkenning zijn beperkt.
  • Pagina 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 425 Accu Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De motor is afgezet en de laadtoestand is te laag. Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Om de 12V-accu op te laden: 12V-accu Zie handleiding De motor enkele minuten laten draaien of een langere afstand rijden. * Als de melding verschijnt terwijl de motor draait, is er een storing in het boordnet aanwezig.
  • Pagina 429 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De 12V-accu wordt niet meer opgeladen en heeft een te lage laadtoestand bereikt. * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden Stoppen zie handleiding Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 430 Motor starten niet mogelijk Zie handleiding Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Een door Mercedes-Benz goedgekeurde, geschikte oplader met voldoende laadvermogen aansluiten op het hulpstartpunt van de 12V-accu ( pagina 336). De 48V-accu wordt opgeladen via de spanningsomvormer in de auto.
  • Pagina 431 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Bandenspanningscontrole Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bandenspanningscontrole * Een sterke radiobron veroorzaakt een storing. Daardoor worden geen signalen van de bandenspanningssensoren nu niet beschikbaar ontvangen. De bandenspanningscontrole is tijdelijk niet beschikbaar. Zodra de oorzaak is verholpen, start de bandenspanningscontrole vanzelf weer. Verder rijden.
  • Pagina 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 429 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Van een of meerdere banden ontbreekt het signaal van de bandenspanningssensor. Bij de betreffende band wordt geen bandenspanningswaarde weergegeven. De defecte bandenspanningssensor laten vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats. Wielsensor(en) niet beschikbaar * Van één of meerdere banden is de bandenspanning sterk gedaald.
  • Pagina 433 430 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Ten minste één band heeft een te lage bandenspanning, of de bandenspanningen van de afzonderlijke banden wij‐ ken te sterk van elkaar af. De bandenspanning controleren en eventueel lucht bijvullen. Bandenspanning corrigeren Bij een correct ingestelde bandenspanning de bandenspanningscontrole opnieuw activeren ( pagina 350).
  • Pagina 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 431 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen tijdens het rijden met oververhitte banden Oververhitte banden kunnen klappen. De snelheid verlagen, opdat de banden afkoelen. Snelheid verlagen * Ten minste een band is oververhit. De betroffen banden worden rood afgebeeld. Bij een temperatuur dicht bij de grenswaarde worden de banden geel afgebeeld.
  • Pagina 435 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De banden kunnen overmatig en/of ongelijkmatig slijten. De rij-eigenschappen en het stuur‑ en remgedrag kunnen sterk nadelig beïnvloed worden. U kunt dan de controle over de auto verliezen. De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen.
  • Pagina 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 433 Uitlaatgasnabehandeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De AdBlue ® voorraad is tot onder de reservemarkering gedaald. Direct AdBlue ® bijvullen ( pagina 182). AdBlue bijvullen zie handlei- ding Ø * De lage AdBlue ®...
  • Pagina 437 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De AdBlue ® -voorraad is opgebruikt. U kunt de motor niet meer starten. ® Ten minste de aangegeven hoeveelheid AdBlue bijvullen ( pagina 182). Het contact inschakelen en circa 60 seconden wachten. XX,X l AdBlue bijvullen Con- De motor starten.
  • Pagina 438 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 435 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * Vermogensbeperking vanwege de AdBlue ® systeem storing. Na de getoonde afstand kan de motor niet meer wor‐ den gestart. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. AdBlue systeemstoring Noodloop: max XXX km/h Geen start na XXX km...
  • Pagina 439 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motorolie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Bij tankstop motoroliepeil Langere ritten met te weinig motorolie vermijden. controleren Het motoroliepeil bij de volgende tankstop controleren.
  • Pagina 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 437 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is te hoog. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te veel motorolie Motoroliepeil Oliepeil verla- Langere ritten met te veel motorolie vermijden. Direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan en het motoroliepeil laten verlagen.
  • Pagina 441: Waarschuwings- En Controlelampjes

    438 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: De oliedruk is te laag. * AANWIJZING Motorschade door rijden met een te lage oliedruk Motoroliedruk Stoppen Motor uit Rijden met een te lage oliedruk vermijden. Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen.
  • Pagina 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 439 Instrumentendisplay Motordiagnose ( pagina 443) Standlicht ( pagina 130) Voorgloeien Dimlicht ( pagina 130) Elektrische storing ( pagina 443) Grootlicht ( pagina 132) Brandstofreserve met aanduiding #! Knipperlichten ( pagina 132) tankdopkleppositie ( pagina 443) Mistachterlicht ( pagina 130) Elektrische parkeerrem (rood)
  • Pagina 443 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheid voor inzittenden Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje veiligheidssysteem brandt als de motor draait. *Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 35). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 441 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ü Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordel brandt na het starten van de motor. Bovendien kan een onderbroken waarschuwingssignaal klinken. *Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordels herinnert bestuurder en passagier eraan de gordel om te gespen. Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 445 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De zwenkprocedure opnieuw activeren en de aanhangwagen pas weer aankoppelen als het waarschu‐ wings-/controlelampje dooft. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Als de aanhangwagenvoorziening zwenkt: Wachten tot de kogelhals de bedrijfsklare positie heeft bereikt.
  • Pagina 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 443 Motor Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ÿ Het rode waarschuwingslampje koelvloeistof brandt terwijl de motor draait. *Mogelijke oorzaken: Temperatuursensor vertoont een storing Waarschuwingslampje koel‐ Koelvloeistofniveau te laag vloeistof Luchttoevoer naar de radiateur geblokkeerd Ventilator van de radiateur defect Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, heeft de koelvloeistof een temperatuur van 120 °C overschreden.
  • Pagina 447 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. De auto verlaten en uit in de omgeving van de auto blijven, tot de motor is afgekoeld. Het koelvloeistofniveau controleren ( pagina 315).
  • Pagina 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 445 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje elektrische storing brandt. * Er is een storing in de elektronica aanwezig. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Waarschuwingslampje elek‐ trische storing Het gele waarschuwingslampje brandstofreserve brandt als de motor draait.
  • Pagina 449 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Remmen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode controlelampje elektrische parkeerrem knippert of brandt. Het gele controlelampje elektrische parkeerrem brandt bovendien bij een storing. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Controlelampje elektrische parkeerrem (rood) Controlelampje elektrische...
  • Pagina 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 447 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Wanneer het multifunctioneel display een displaymelding weergeeft, deze in acht nemen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Het rode waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. *Mogelijke oorzaken: De rembekrachtiging vertoont een storing en het remgedrag kan veranderen.
  • Pagina 451 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Geen remvloeistof bijvullen. Rijsystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje afstandswaarschuwing brandt tijdens het rijden.
  • Pagina 452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 449 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ä Het gele waarschuwingslampje AIR BODY CONTROL brandt. Het gele waarschuwingslampje DYNAMIC BODY CONTROL brandt. * Er is een storing van de AIR BODY CONTROL aanwezig. Waarschuwingslampje Er is een storing van de DYNAMIC BODY CONTROL aanwezig.
  • Pagina 453 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De bestuurbaarheid en het remgedrag worden sterk nadelig beïnvloed en de remweg kan langer zijn. Bovendien zijn verdere rijveiligheidssystemen uitgeschakeld. Voorzichtig verder rijden. Het remsysteem direct bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. ÷...
  • Pagina 454 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 451 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Voorzichtig verder rijden. ® Het ESP bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. å ® Het gele waarschuwingslampje ESP OFF brandt als de motor draait. * Het ESP ®...
  • Pagina 455 452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Bandenspanningscontrole Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan permanent. *De bandenspanningscontrole vertoont een storing. Waarschuwingslampje ban‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij storing van de bandenspanningscontrole denspanningscontrole knip‐...
  • Pagina 456 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 453 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen. Indien noodzakelijk de bandenspanning aanpassen. De auto op een veilige plaats stoppen. De bandenspanning en de banden controleren.
  • Pagina 457: 454 Trefwoordenregister

    454 Trefwoordenregister In- en uitschakelen (MBUX multime‐ Aanslepen ..........342 1, 2, 3 ... diasysteem) ......... 149 Aansprakelijkheid voor gebreken 4MATIC ............. 178 Aanduiding rijprogramma ....... 172 Auto ............30 Functie ..........178 Aanhangwagenstabilisatie Aanwijzingen ..........163 12‑V‑accu Werking en aanwijzingen ..... 197 Geoptimaliseerde acceleratie ....
  • Pagina 458 Trefwoordenregister 455 Achteruitkijkspiegel Systeemgrenzen ........206 Actieve snelheidslimietassistent ... 211 Zie Buitenspiegels Uitschakelen/deactiveren ....209 Displayweergave ........211 Voorwaarden ........209 Functie ..........211 Achteruitrijcamera ........226 Actieve bochtenverlichting ..... 133 Automatische functie in- en uitscha‐ Actieve spoorassistent ......246 kelen (360°-camera) ......
  • Pagina 459 456 Trefwoordenregister Adaptieve grootlichtassistent Plus Afmetingen ..........378 Windowbag ..........41 Functie ..........136 Airconditioning Afstandsbediening (standverwarming In- en uitschakelen ......137 of -ventilatie) Zie Klimaatregeling Adaptieve snelheidsregeling Batterij vervangen ....... 155 Akoestisch sluitsignaal Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Displaymeldingen ........ 154 In- en uitschakelen .........
  • Pagina 460 Trefwoordenregister 457 Assistentiesystemen Gegevensregistratie ....... 31 Vergrendelen (van binnenuit) ....78 Zie Rijveiligheidssysteem Gekwalificeerde werkplaats ....28 Auto wassen Laten zakken ........361 ASSYST PLUS ........... 308 Zie Verzorging Medische hulpmiddelen ......30 Bijzonder onderhoud ......308 Automatisch inklappen van de buiten‐ Omhoogkantelen .........
  • Pagina 461 458 Trefwoordenregister DIRECT SELECT-keuzehendel ....173 Bandenspanning controleren (ban‐ Bandenpech ..........326 DYNAMIC SELECT-schakelaar ....171 denspanningscontrole) ......350 Aanwijzingen ........326 Kickdown ..........177 Bandenspanningscontrole (werking) ... 349 MOExtended-banden ......327 Neutraalstand inschakelen ....174 Bandenspanningscontrole opnieuw TIREFIT-set .......... 328 Parkeerstand inschakelen ....
  • Pagina 462 Trefwoordenregister 459 Bestuurdersstoel Bandenspanningstabel ......348 Motorolie ..........374 Remvloeistof ........376 Zie Stoel Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Ruitreinigingsmiddel ......377 teem BlueTec ® Bedrijfsveiligheid Functie ..........351 Zie AdBlue ® Opnieuw starten ........351 48V-boordnet ........20 Bochtenverlichting ........133 Conformiteitsverklaring (elektromag‐ Bandentemperatuur Boordcomputer ........
  • Pagina 463 460 Trefwoordenregister Brake Assist System Conformiteitsverklaring In- en uitklappen ........142 Zie BAS (Brake Assist System) Inparkeerstand ........144 Elektromagnetische verdraagzaam‐ Instellen ..........142 heid ............22 Brandblusser ........... 326 Krik ............26 Brandstof ..........371 Radiografische onderdelen van de Additieven ..........
  • Pagina 464 Trefwoordenregister 461 Dashboardkastje Dimlicht Displaymelding ........383 Luchtuitstroomopening ......157 In- en uitschakelen ......130 Aanwijzingen ........383 Instellen ..........138 Oproepen (boordcomputer) ....383 Decorfolie (reinigingsaanwijzigingen) ... 319 Symmetrisch dimlicht ......130 Displaymeldingen Dempingssysteem ADS PLUS Dinghy Towing ¯ - - - km/h ........
  • Pagina 465 462 Trefwoordenregister ¯ AdBlue systeemstoring Starten Bij tankstop motoroliepeil con‐ Koelvloeistof bijvullen zie hand‐ niet mogelijk ........435 troleren ..........436 leiding ..........398 ¯ AdBlue systeemstoring Zie Brandstoffilter reinigen ....400 ÿ Koelvloeistof Stoppen Motor handleiding .......... 434 Brandstofreserve ......
  • Pagina 466 Trefwoordenregister 463 Nu niet beschikbaar Camera‐ ¥ Ruitensproeiervloeistof bijvul‐ ï Trekhaak zwenkt ......393 zicht gereduceerd ........ 419 ............398 ç ..........409 ç Nu niet beschikbaar Radar ver‐ Á Sleutel niet herkend (rode dis‐ ë ..........412 vuild ............. 418 playmelding) ........
  • Pagina 467 464 Trefwoordenregister zie handleiding ......425 Actieve motorkap Storing zie handlei‐ Adaptieve grootlichtassistent functio‐ ding ............. 396 neert niet ..........391 Achteruit rijden niet mogelijk Werk‐ plaats opzoeken ........402 Actieve parkeerassistent en PARK‐ Adaptieve grootlichtassistent nu niet TRONIC buiten werking Zie handlei‐ beschikbaar zie handleiding ....
  • Pagina 468 Trefwoordenregister 465 Bandenspanningscontrole nu niet PRE-SAFE impuls zijkant functioneert Voertuig stoppen Motor laten beschikbaar ......... 428 niet zie handleiding ......386 draaien Wachten Transmissie koelt af Dodehoekassistent functioneert niet ... 416 Schakelstand P alleen bij stilstaand ............. 403 Dodehoekassistent met aanhangwa‐ voertuig ..........
  • Pagina 469 466 Trefwoordenregister DISTRONIC Rijprogramma kiezen ......172 Werking en aanwijzingen ..... 169 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Rijprogramma's ........171 EDW (diefstal-/inbraakalarminstalla‐ Voertuiggegevens weergeven ....172 Dodehoekassistent ......... 243 tie) .............. 96 Functie ..........243 Functie ..........96 In- en uitschakelen ......246 Het alarm beëindigen ......
  • Pagina 470 Trefwoordenregister 467 Elektronisch stabiliteitsprogramma Extra portiervergrendeling ....... 76 ® Zie ESP (elektronisch stabiliteits‐ Garagedeurbediening programma) Garagedeur openen of sluiten ..... 188 EQ Boost Fietsdrager Geheugen wissen ........ 188 Gekwalificeerde werkplaats ....28 Draagvermogen ........381 Problemen verhelpen ......187 Rijden met een aanhangwagen .... 254 EQ-boost Toetsen programmeren .......
  • Pagina 471 Voorste (comforthoofdsteun) ....104 Handrem Opklappen ........... 325 Voorste (mechanisch instellen) .... 103 Zie Elektrische parkeerrem Uitnemen ..........325 Huisdieren in de auto ........ 72 Giek HANDS-FREE ACCESS ........ 84 Hulpoproep Zie Tow-Bar-systeem Head-up-display ........262 Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem Functie ..........261...
  • Pagina 472 Trefwoordenregister 469 Interieur Buitenspiegels ........144 Koelen of verwarmen (Remote Inrij-aanwijzingen ........162 i-Size kinderzitjebevestiging Online) ..........161 Geschikte zitplaatsen voor de beves‐ Inspectie Interieurbeveiliging tiging ............. 60 Zie ASSYST PLUS Functie ..........97 Monteren ..........60 Instaphulp In- en uitschakelen ........ 98 Imperial Instellen ..........
  • Pagina 473 470 Trefwoordenregister ISOFIX-kinderzitjesverankering Kinderbeveiliging Zitplaatsen geschikt voor i-Size-kin‐ Geschikte zitplaatsen voor de beves‐ Zijruiten achterin ........71 derzitjesbevestigingssystemen ....60 tiging ............. 58 Zitplaatsen geschikt voor ISOFIX-kin‐ Kinderen derzitjesbevestigingsystemen ....58 Algemene aanwijzingen ......50 Zitplaatsen geschikt voor met een Gevaren in de auto vermijden ....
  • Pagina 474 Trefwoordenregister 471 Krik Bedieningseenheid THERMATIC ... 147 Voorruit ontwasemen ......147 Bedieningseenheid THERMOTRONIC ... 147 Voorruitverwarming ......152 Conformiteitsverklaring ......26 Condens van de ruiten verwijderen ..150 Opbergplaats ........356 Kneebag ............41 Flacon aanbrengen/verwijderen Kunststof bekleding (verzorging) ..322 Knipperlichten (parfumeringssysteem) ......
  • Pagina 475 472 Trefwoordenregister Luchthoeveelheid Massage-instellingen Limiter ............203 Instellen ..........147 Terugzetten .......... 108 Functie ..........203 Inschakelen ......... 204 Luchtinlaat Massageprogramma's Passief ..........203 Zie Lucht-waterkanaal Instellingen terugzetten ....... 108 Permanente instelling ......206 Overzicht ..........107 Luchtrecirculatie ........150 Selecteren ...........
  • Pagina 476 Zendvermogen (maximaal) ....366 Mercedes-Benz Link Meldingengeheugen ........ 383 Mobiele telefoon Zie Smartphone-integratie Menu (boordcomputer) Zie Smartphone-integratie Mercedes-Benz noodoproepsysteem ..296 Head-up-display ........262 Zie Telefoon Overzicht ..........259 Automatische noodoproep ....297 Mobilofoons Handmatige noodoproep ..... 298 Mercedes me apps Aanwijzingen met betrekking tot het Informatie ..........
  • Pagina 477 474 Trefwoordenregister Motor Kwaliteit ..........375 Inschakelen ......... 278 Afzetten (start-stoptoets) ..... 184 MB-Freigabe of MB-Approval ....375 Menu in- en uitschakelen ..... 278 ECO start-stopsysteem ......167 Oliepeil met de boordcomputer con‐ Overzicht ..........279 Motornummer ........367 troleren ..........313 Navigatie Starten (digitale voertuigsleutel-stic‐...
  • Pagina 478 Trefwoordenregister 475 Noodprogramma Onderstel Opbergvak ..........117 Auto starten ......... 161 Dempingskarakteristiek ....... 219 Armsteun ..........117 DYNAMIC BODY CONTROL ....219 Dashboardkastje ........117 Noodremming .......... 190 Onderstelniveau instellen (AIR BODY Middenconsole ........117 Noodremming CONTROL) ........... 220 Portier ..........117 Zie BAS (Brake Assist System) Onderstel Opbergvakken...
  • Pagina 479 476 Trefwoordenregister Parkeerstand Portier Automatisch inschakelen ..... 175 Extra portiervergrendeling ..... 76 Panoramaschuifdak Inschakelen .......... 175 Kinderslot (achterportier) ...... 70 Zie Schuifdak Ontgrendelen (noodsleutel) ....80 Parkeren Paravan Ontgrendelen (van binnenuit) ....77 Zie Elektrische parkeerrem Zie Lucht-waterkanaal Openen (van binnenuit) ......77 PARKTRONIC-parkeerassistent ....
  • Pagina 480 Trefwoordenregister 477 Preventief inzittendenbeschermings‐ Radio Beperkte remwerking (met zout systeem Overzicht functies en symbolen ..304 gestrooide wegen) ....... 164 ® EBD (Electronic Brakeforce Distribu‐ Zie PRE-SAFE (preventieve inzitten‐ Radiografische onderdelen van de tion) ............. 197 denbescherming) auto HOLD-functie ........218 Conformiteitsverklaring ......
  • Pagina 481 478 Trefwoordenregister Rijstand Rijtips Restwarmte ..........150 Inschakelen .......... 175 Algemene rijtips ........164 Richtingaanwijzers ........132 Buitenlandse reis (symmetrisch dim‐ Rijstrookherkenning (automatisch) Rijden in de winter licht) ............ 130 Zie Actieve spoorassistent Sneeuwkettingen ......... 346 Inrij-aanwijzingen ......... 162 Rijsysteem Rijden met een aanhangwagen Rijveiligheidssysteem ......
  • Pagina 482 Trefwoordenregister 479 Route ............281 Verzorging ........... 320 Probleem ..........93 Berekenen ........... 281 Regensluiting ......... 93 Ruitenwissers Opties selecteren ........ 281 Sluiten ........... 90 In- en uitschakelen ......140 Sluiten met de sleutel ......89 Routebegeleiding met augmented Ruitenwisserbladen vervangen .... 140 reality Sensoren (verzorging) ......
  • Pagina 483 480 Trefwoordenregister Snelheid begrenzen Standverwarming of -ventilatie Sleutel ............73 Zie Limiter Batterij vervangen (afstandsbedie‐ Accu ............75 Akoestisch sluitsignaal ......74 ning) ............ 155 Snelheid instellen Displaymeldingen (afstandsbedie‐ Functies ..........73 Zie TEMPOMAT Noodsleutel ........... 75 ning) ............ 154 Snelheidsbegrenzing winterbanden In- en uitschakelen (bedieningseen‐...
  • Pagina 484 Trefwoordenregister 481 Starthulp Viervoudig verstelbare lendensteun ..103 Stuurwielschakelpaddles ....... 175 Zie Starthulpaansluiting Vlakkenverwarming ......109 Stuurwielverwarming Workoutprogramma overzicht ....107 Starthulpaansluiting ....... 336 In- en uitschakelen ....... 111 Algemene aanwijzingen ....... 334 Stoelhoes (verzorging) ......322 Surround View Statusindicatie PASSENGER AIR BAG Stoelontgrendeling Zie 360°-camera Zie Automatische passagiersairba‐...
  • Pagina 485 482 Trefwoordenregister Technische gegevens Mobiele telefoon verbinden (Secure Gebruiken ..........328 Aanhangwagengewicht (rijden met Simple Pairing) ........287 Opbergplaats ........328 aanhangwagen) ........380 Overzicht telefoonmenu ...... 286 Toegestaan totaalgewicht ....... 367 Aanwijzingen (aanhangwagenvoorzie‐ Telefoonfuncties Toegestane asbelasting ......367 ning) ............ 380 Autotelefoon ........
  • Pagina 486 Trefwoordenregister 483 TuneIn ............306 Waarschuwingslampje ......40 Oproepen ..........306 Veiligheidsgordel achterin Veiligheid voor inzittenden Statusindicatie ........40 Zie Airbag Informatie ..........303 Zie Automatische passagiersairba‐ Veiligheidssysteem ........34 Typegoedkeuringsnummer (EG) ..... 367 guitschakeling Algemene aanwijzingen voor kinderen ... 50 Zie Huisdieren in de auto Bedrijfsklare status .......
  • Pagina 487 484 Trefwoordenregister Verlichtingsschakelaar Digitale voertuigsleutel-sticker ....78 Dimlicht ..........130 Extra portiervergrendeling ..... 76 Dimlicht instellen ......... 138 Overzicht ..........130 KEYLESS-GO .......... 79 Grootlicht ..........132 Vermoeidheidsherkenning Noodsleutel ........... 80 Intelligent Light System ....... 133 Zie ATTENTION ASSIST Portieren van binnenuit ontgrendelen Knipperlichten ........
  • Pagina 488 Trefwoordenregister 485 Vestiging Achteruitrijcamera ....... 320 Voertuigtypeplaatje ........ 367 Decorfolie ..........319 Zie Gekwalificeerde werkplaats EG-typegoedkeuringsnummer ..... 367 Display ..........322 FIN ............367 Vierwielaandrijving EASY-PACK-bagageruimte-comfort‐ Lakcode ..........367 Zie 4MATIC box ............322 Toegestaan totaalgewicht ....367 Vlakkenverwarming Echt hout/sierdelen ......322 Toegestane asbelasting .......
  • Pagina 489 486 Trefwoordenregister 8 Waarschuwingslampje brand‐ ü Waarschuwingslampje veilig‐ stofreserve brandt ....... 445 heidsgordel brandt ......441 Waarschuwings- en controlelampje ..438 Overzicht ..........438 # Waarschuwingslampje elektri‐ ü Waarschuwingslampje veilig‐ PASSENGER AIR BAG ......46 sche storing ........445 heidsgordel knippert ......440 Waarschuwings-/controlelampje ®...
  • Pagina 490 Trefwoordenregister 487 Wegrijden Winterbanden Bandenspanningstabel ......348 Zie Aanwijzingen Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Permanente snelheidsbegrenzing teem (werking) ........351 instellen ..........206 Wegrijhulp Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Workoutprogramma Zie Wegrijhulp voor op hellingen teem opnieuw starten ......351 Overzicht ..........107 Wegrijhulp voor op hellingen ....218 Bandentemperatuur controleren Wrappen Wegrolbeveiliging...
  • Pagina 491 488 Trefwoordenregister Voorruitverwarming ......152 Zijruiten ............86 Automatische functie ......88 Comfortopening ........88 Comfortsluiting ........89 Kinderslot achterin ........ 71 Met sleutel openen ........ 88 Openen ..........86 Probleem ..........89 Regensluiting ......... 88 Rolzonnescherm ........94 Sluiten ........... 86 Sluiten met de sleutel ......
  • Pagina 492 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-voertuigen en over Mercedes‑Benz AG vindt u op internet onder: https://www.mercedes-benz.com https://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Mercedes‑Benz AG, HPC: CAC, Customer Service, 70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 493 De inhoud van de handleiding Hier vindt u alle informatie over U vindt de handleiding op uw De Mercedes-Benz Guides app is direct in het multimediasysteem de bediening, de serviceverlenin‐ Mercedes-Benz homepage. gratis beschikbaar in de gang‐...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

W463 g-klasse 2020

Inhoudsopgave