Ingebruikneming van het apparaat
Bonensoorten toewijzen
De gekozen koffiedranken worden met
gemarkeerd.
Kies een bonensoort.
Kies nu de koffiedrank, die u met de-
ze bonensoort bereiden wilt.
Kies de volgende bonensoort en wijs
deze aan andere koffiedranken toe.
Alle overige, niet gekozen koffiedranken
worden aan de derde bonensoort toe-
gewezen.
U heeft het bonensysteem geïnstalleerd
en u kunt de dranken nu bereiden.
Gooi de eerste 2 koffiedranken na de
ingebruikneming weg, zodat alle kof-
fierestanten van de fabriekscontrole
uit het filtersysteem worden verwij-
derd.
32