OPMERKING: In deze modus worden, zelfs als de scanner is geconfigureerd om verbinding te
maken met een Gateway-server, geen patiëntgegevens in de scanner opgeslagen of geüpload.
OPMERKING: Afzonderlijke SEM en SEM∆ moeten worden vermeld in het fysieke of
elektronische medische dossier van de patiënt volgens het beleid en de procedures van
uw instelling.
4.6.4 Handmatig patiënt-ID invoeren
Afbeelding 18 toont het scherm om handmatig een patiëntidentificatie in te voeren.
Afbeelding 18 Scherm Handmatig patiënt-ID invoeren
Voer met behulp van de gedragen patiënt of kaartbarcode-ID alle tekens van de ID in.
Gebruik de toets verwijderen (<) om fouten te wissen.
Voor toegang tot nummers drukt u op de cijfertoets (#).
Wanneer u klaar bent, drukt u op de OK-toets (OK) om door te gaan met de selectie van de
lichaamslocatie.
Als u de handmatige ID-invoer wilt verlaten en opnieuw wilt beginnen, drukt u op de terugtoets
(Terug).
4.7
Lichaamslocatie selecteren
In de modi Barcodescannen en Handmatige in kaart brengen wordt het scherm Selectie
Lichaamslocatie weergegeven (Afbeelding 19). Dit scherm biedt de mogelijkheid om het
heiligbeen, de linkerhiel en de rechterhiel te scannen en de uiteindelijke SEM∆-waarden
voor elk gebied weer te geven.
Bladzijde 25 van 50
NEDERLANDS
OTH-SEM-IFU-US-0359 Rev C