Uitlaatfilter
Het uitlaatfilter verwijdert fijnstof (PM) dat aanwezig is in
het uitlaatgas. Het uitlaatfilter vangt de PM op en wordt
automatisch geregenereerd door verbranding van de
PM, wanneer de ingestelde hoeveelheid PM in het filter is
verzameld. Volg onderstaande instructies om te voorkomen
dat het uitlaatfilter beschadigd raakt.
d
WAARSCHUWING:
Uitlaatgas uit het uitlaatfilter, uitlaatpijpen en de
achterste uitlaatpijp zijn heet tijdens en direct
na het draaien van de motor en filterregeneratie
(het verbranden van de PM). Laat uw huid niet in
aanraking komen met heet gas uit de uitlaatpijpen.
Het kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Als zich ontvlambare voorwerpen, zoals dode
bladeren of stukjes papier, rond de het uitlaatfilter
bevinden, kan dit brand veroorzaken.
Zet, om brandwonden te voorkomen, voorafgaand
aan onderhoud aan de machine, de motor uit en zorg
ervoor dat de motor voldoende is afgekoeld.
Zorg ervoor dat u brandstof gebruikt die voldoet
aan JIS K-2204, EN-590 en ASTM D-975 met een
zwavelgehalte van 15 ppm of lager. Als er brandstof
wordt gebruikt die niet aan het bovenstaande
voldoet, kan uitlaatgas dat de voorgeschreven
waarden overschrijdt worden uitgestoten en kunnen
zich ernstige problemen voordoen aan de motor.
Gebruik uitsluitend originele motorolie van Hitachi.
Als u andere motorolie dan originele Hitachi
motorolie gebruikt, kan het reinigingsinterval
van het uitlaatfilter worden verkort en het
brandstofverbruik stijgen.
Daarnaast kan gebruik van een slechte kwaliteit
brandstof, aftapmiddel, brandstofadditieven,
benzine, kerosine of alcohol, bijgevuld of gemengd
met voorgeschreven brandstof de prestaties van de
brandstoffilters verslechteren en een glijprobleem
veroorzaken in gesmeerde contacten in de
injectoren. Ook motoronderdelen kunnen aangetast
worden, waardoor storingen kunnen ontstaan.
CABINE
1-3