Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Drivelock-Beveiliging Verwijderen; Beveiligingsvoorzieningen Van Computer Setup (Computerinstellingen) Gebruiken; Systeemapparaten Beveiligen - HP ProBook Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor ProBook:
Inhoudsopgave

Advertenties

3.
Selecteer met de pijltoeten de locatie van de interne vaste schijf en druk vervolgens op f10.
4.
Selecteer met de pijltoetsen het veld van het wachtwoord dat u wilt wijzigen. Typ uw huidige
wachtwoord in het veld Old password (Oude wachtwoord) en typ vervolgens het nieuwe
wachtwoord in de velden New password (Nieuwe wachtwoord) en Verify new password (Nieuwe
wachtwoord controleren). Druk vervolgens op f10.
5.
Selecteer met de pijltoetsen File (Bestand) > Save Changes and Exit (Afsluiten en wijzigingen
opslaan) om uw voorkeuren op te slaan. Volg vervolgens de instructies op het scherm.
Uw voorkeuren worden van kracht nadat u de computer opnieuw hebt opgestart.

DriveLock-beveiliging verwijderen

Ga als volgt te werk om de DriveLock-instellingen in Computer Setup (Computerinstellingen) te openen:
1.
Open Computer Setup (Computerinstellingen) door de computer in te schakelen of opnieuw te
starten. Druk vervolgens terwijl het bericht "F10 = ROM Based Setup" (F10 = op ROM gebaseerd
instellen) linksonder in het scherm wordt weergegeven op f10.
2.
Selecteer met de pijltoetsen Security (Beveiliging) > DriveLock passwords (DriveLock-
wachtwoorden) en druk vervolgens op enter.
3.
Selecteer met de pijltoeten de locatie van de interne vaste schijf en druk vervolgens op f10.
4.
Selecteer met de pijltoetsen Disable (Deactiveren) in het veld Protection (Beveiliging) en druk
vervolgens op f10.
5.
Typ uw hoofdwachtwoord in het veld Old password (Oude wachtwoord). Druk vervolgens op
f10.
6.
Selecteer met de pijltoetsen File (Bestand) > Save Changes and Exit (Afsluiten en wijzigingen
opslaan) om uw voorkeuren op te slaan. Volg vervolgens de instructies op het scherm.
Uw voorkeuren worden van kracht nadat u de computer opnieuw hebt opgestart.
Beveiligingsvoorzieningen van Computer Setup
(Computerinstellingen) gebruiken

Systeemapparaten beveiligen

U kunt in de menu's Boot Options (Opstartopties) of Port Options (Poortopties) in Computer Setup
(Computerinstellingen) systeemapparaten activeren of deactiveren.
U kunt als volgt systeemapparaten uit- en weer inschakelen in Computer Setup (Computerinstellingen):
1.
Open Computer Setup (Computerinstellingen) door de computer in te schakelen of opnieuw te
starten. Druk vervolgens terwijl het bericht "F10 = ROM Based Setup" (F10 = op ROM gebaseerd
instellen) linksonder in het scherm wordt weergegeven op f10.
2.
Selecteer met de pijltoetsen System Configuration (Systeemconfiguratie) > Boot options
(Opstartopties) of System Configuration > (Systeemconfiguratie) Port options (Poortopties).
Druk vervolgens op
3.
Druk op
4.
Selecteer met de pijltoetsen File (Bestand) > Save Changes and Exit (Afsluiten en wijzigingen
opslaan) om uw voorkeuren op te slaan. Volg vervolgens de instructies op het scherm.
Uw voorkeuren worden van kracht nadat u de computer opnieuw hebt opgestart.
enter
en selecteer met de pijltoetsen de door u gewenste opties.
f10
om uw voorkeuren te bevestigen.

Beveiligingsvoorzieningen van Computer Setup (Computerinstellingen) gebruiken

85

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave