4.
Verwijder de stofkap van de naaf
Figuur 31
1. Borgpen
2. As
3. Borgplaatje
5.
Verwijder de borgpen en de moerzekering van
de as en de asmoer
6.
Verwijder de asmoer van de as, en verwijder de
naaf en de rotor van de as
32).
Figuur 32
1. As
7.
Maak de as schoon met een doek.
8.
Herhaal stap
1
tot en met
rotor aan de andere kant van de machine.
(Figuur
31).
4. Asmoer
5. Moerzekering
6. Stofkap
(Figuur
31).
(Figuur 31
en
Figuur
2. Naaf en rotor
7
voor de naaf en de
De lagers in de wielen smeren
1.
Verwijder het buitenste lager en de loopring van
het lager van de naaf
g192346
1. Afdichting
2. Binnenste lager
3. Loopring van het
binnenste lager
2.
Verwijder de afdichting en het binnenste lager
van de naaf
3.
Maak de afdichting schoon en controleer op
slijtage en beschadiging.
Opmerking:
om de afdichting schoon te maken. Vervang de
afdichting als deze versleten of beschadigd is.
4.
Maak de lagers en de loopringen schoon en
controleer deze onderdelen op slijtage en
beschadiging.
g192347
Opmerking:
beschadigde onderdelen. Controleer of de
lagers en loopringen schoon en droog zijn.
5.
Verwijder alle vuil en vet uit de holte van de naaf
(Figuur
33).
6.
Smeer de lagers met het aanbevolen
smeermiddel.
7.
Vul de holte van de naaf voor 50 tot 80% met
het aanbevolen smeermiddel
8.
Monteer het binnenste lager op de loopring
aan de binnenkant van de naaf en monteer de
afdichting
9.
Herhaal stap
de andere naaf.
33
(Figuur
33).
Figuur 33
4. Holte voor lager (naaf)
5. Loopring van het buitenste
lager
6. Buitenste lager
(Figuur
33).
Gebruik geen reinigingsmiddel
Vervang versleten of
(Figuur
(Figuur
33).
1
tot en met
8
voor de lagers van
g033050
33).