nl Braadthermometer
11.3 Braadthermometer instellen
De braadthermometer meet de temperatuur in het bin-
nenste van het product tussen 30°C en 99°C.
Vereisten
¡ Het product met de braadthermometer staat in de
binnenruimte.
¡ De braadthermometer is in de binnenruimte gesto-
ken.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
1.
a De temperatuur van de binnenruimte is wit gemar-
keerd.
De temperatuur van de binnenruimte met de bedie-
2.
ningsring instellen.
De temperatuur van de binnenruimte minstens 10°C
hoger instellen dan de kerntemperatuur.
De temperatuur van de binnenruimte niet hoger in-
stellen dan 250°C.
Op "Kerntemperatuur" drukken.
3.
a De kerntemperatuur is wit gemarkeerd.
De kerntemperatuur met de bedieningsring instellen.
4.
In werking stellen met .
5.
a Het apparaat begint op te warmen.
a Op het display staat de tijd, hoelang het programma
al loopt en de kerntemperatuur.
a Links staat de actuele kerntemperatuur in het pro-
duct, rechts staat de ingestelde, bijv. 15°C|75°C.
De actuele kerntemperatuur verschijnt pas vanaf ca.
10°C. De opwarmlijn geeft ook de kerntemperatuur
aan.
a Als het gerecht klaar is, weerklinkt een signaal. Het
apparaat warmt niet meer op. Op het display is de
actuele kerntemperatuur gelijk aan de ingestelde
kerntemperatuur, bijv. 75°C|75°C.
6.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
De binnenruimte, accessoires en braadthermometer
worden zeer heet.
Neem hete accessoires en de braadthermometer
▶
altijd met behulp van een pannenlap uit de bin-
nenruimte.
Als de kerntemperatuur is bereikt:
Het apparaat uitschakelen met
‒
Neem de braadthermometer uit de aansluiting in
‒
de binnenruimte.
Neem de braadthermometer uit het product en
‒
uit de binnenruimte.
Temperatuur wijzigen
Na het starten van de werking is de kerntempera-
1.
tuur wit gemarkeerd. U kunt de kerntemperatuur di-
rect met de bedieningsring wijzigen.
Om de temperatuur van de binnenruimte te veran-
2.
deren, op "Temperatuur" drukken en de temperatuur
van de binnenruimte wijzigen met de bedienings-
ring.
Verwarmingsmethode wijzigen
Verandert u de verwarmingsmethode, dan worden ook
de andere instellingen teruggezet.
De werking met onderbreken.
1.
2.
Op "Verwarmingsmethoden" drukken.
16
3.
a Op het display verschijnt de bijbehorende voorge-
11.4 Kerntemperatuur van verschillende
levensmiddelen
Hier vindt u richtwaarden voor kerntemperaturen van
verschillende levensmiddelen.
De richtwaarden hangen af van de kwaliteit en de soort
levensmiddelen. Gebruik geen diepvriesproducten.
.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
stelde temperatuur.
Gevogelte
Kip
Kipfilet
Eend
Eendenborst, rosé
Kalkoen
Kalkoenfilet
Gans
Varkensvlees
Varkensnek
Varkensfilet, rosé
Varkensrug, doorbakken
Rundvlees
Rosbief of rundvlees, kort gebak-
ken
Rosbief of runderfilet, rosé
Runderfilet of rosbief, doorbakken 65 - 75
Kalfsvlees
Gebraden kalfsvlees of schouder-
stuk, mager
Gebraden kalfsvlees, schouder
Kalfsschenkel
Lamsvlees
Lamsbout, rosé
Lamsbout, doorbakken
Lamsrug, rosé
Vis
Vis, heel
Visfilet
Diversen
Gebraden gehakt, alle vleessoor-
ten
Kerntemperatuur
in °C
80 - 85
75 - 80
80 - 85
55 - 60
80 - 85
80 - 85
80 - 90
Kerntemperatuur
in °C
85 - 90
62 - 70
72 - 80
Kerntemperatuur
in °C
45 - 52
55 - 62
Kerntemperatuur
in °C
75 - 80
75 - 80
85 - 90
Kerntemperatuur
in °C
60 - 65
70 - 80
55 - 60
Kerntemperatuur
in °C
65 - 70
60 - 65
Kerntemperatuur
in °C
80 - 90