Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

ACV Solar Unit 200 Handboek pagina 58

Inhoudsopgave

Advertenties

Boiler beveiligingsstop
OSNO
Optie boiler beveiligingsstop
Instelbereik: ON, OFF
Fabrieksinstelling: OFF
Deze optie dient om de interne nooduitschakeling van de boiler ook voor een
boilersensor bovenaan te activeren. Wanneer de temperatuur bij de verwijzingssen-
sor hoger wordt dan 95 °C, wordt boiler 1 geblokkeerd en de opwarming gestopt,
totdat de temperatuur lager is dan 90 °C.
Aanwijzing
De referentiesensor in de installaties 1, 2, 3, 8, 9 en 10 is sensor S3 en
in installatie 6 en 7 is dit sensor S4. In installaties 4 en 5 is de optie niet
beschikbaar en in installaties 6 en 7 is deze alleen beschikbaar, wanneer de
warmteverbruiksmeting niet is geactiveerd.
Temperatuurlimiet collector
Nooduitschakeling collector
NOT / NOT1 / NOT2
Temperatuurlimiet collector
Instelbereik: 80 ... 200 °C [170 ... 390 °F]
Fabrieksinstelling: 130 °C [270 °F]
Als de collectortemperatuur de ingestelde temperatuurlimiet van de collector
overschrijdt, wordt de zonnepomp (R1 / R2) uitgeschakeld om een schadelijke over-
verhitting van de zonnecomponenten te voorkomen (nooduitschakeling collector).
Bij overschreden temperatuurlimiet van de collector knippert op het display ⚠.
Aanwijzing
Wanneer de optie drainback ODB is geactiveerd, vermindert het instel-
bereik van NOT naar 80 ... 120 °C [170 ... 250 °F]. De fabrieksinstelling is
in dat geval 95 °C [200 °F].
58
Koelfuncties
Onderstaand worden de 3 koelfuncties – collectorkoeling, systeemkoeling en
boilerkoeling – nader beschreven. De volgende aanwijzingen gelden voor alle 3
koelfuncties:
Aanwijzing
De koelfuncties worden niet actief, zolang een solaropwarming mogelijk
is.
Aanwijzing
In 2-Boilersystemen werken de koelfuncties alleen voor boiler 1, resp.
voor de onderste opslagzone).
Collectorkoeling
OKK / OKK1 / OKK2
Optie collectorkoeling
Instelbereik: OFF / ON
Fabrieksinstelling: OFF
De collectorkoelfunctie houdt de collectortemperatuur door geforceerde verwar-
ming van de boiler binnen het bedrijfsbereik, tot bij een boilertemperatuur van
95 °C [200 °F] de functie om veiligheidsredenen wordt uitgeschakeld.
Als de boilertemperatuur de ingestelde maximumtemperatuur van de boiler be-
reikt, wordt het zonne-energiesysteem uitgeschakeld. Als nu de collectortempe-
ratuur naar de ingestelde maximumtemperatuur van de collector stijgt, wordt de
zonnepomp zolang ingeschakeld tot de temperatuur weer onder deze limiet daalt.
Hierbij kan de boilertemperatuur verder stijgen (achtergestelde actieve maximum-
temperatuur van de boiler), echter alleen tot 95 °C [200 °F] (veiligheidsuitschakeling
van de boiler).
Wanneer de collectorkoelfunctie actief is, worden op het display ⓵ en ☼ (knippe-
rend) weergegeven.
Aanwijzing
Deze functie is alleen beschikbaar, wanneer de systeemkoeling (OSYK)
is gedeactiveerd.
KMX / KMX1 / KMX2
Maximumtemperatuur collector
Instelbereik: 70 ... 160 °C [150 ... 320 °F]
Fabrieksinstelling: 110 °C [230 °F]

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave