Spanningsvrije aansluiting
Indien de ingang die de activering van de reserve-energiebron regelt spanningsvrij is (d.w.z. ingang van de
kamerthermostaat, ingang van het telefoonrelais, enz.), moet de onder spanning staande uitgang van de
warmtepomp (E1) worden losgekoppeld van de spanningsloze ingang van de reserve-energiebron door er een
relais tussen te plaatsen. Om deze elektrische installatie correct uit te voeren, dient u onderstaand schema
nauwkeurig te volgen:
OPMERKING:
Alvorens werkzaamheden aan de elektrische installatie van de warmtepomp uit te voeren, moet
deze van het elektriciteitsnet worden losgekoppeld.
6.6.5 Aansluiting van de omschakelklep voor warm water (G2)
Bij installatie van een warmwatertank in combinatie met de warmtepomp moet een gemotoriseerde 3-weg
schakelklep worden geïnstalleerd tussen de unit en het systeem. Via deze klep leidt de elektronische regelaar
van de warmtepomp het water naar de warmwatertank (in de warmwaterstand) of naar het verwarmings-
/koelcircuit (in de verwarmings- of koelstand).
De elektrische aansluiting van de klep geschiedt op de klemmen G2S en N (neutraal) van de
componentenaansluiting van de warmtepomp. De gemotoriseerde schakelklep moet zijn uitgerust met 2 draden
(met terugloopveer) of 3 draden met faseterugloop. In het laatste geval moet de fasedraad van de klepvoeding
(lijn) worden aangesloten op klem L van het klemmenblok. De volgende afbeeldingen beschrijven de aansluiting
van de gemotoriseerde klep:
L G2S G3S N
COM
NO: Normally OPEN (de motor wordt niet van stroom voorzien).
NC:
OPMERKING:
Alvorens werkzaamheden aan de elektrische installatie van de warmtepomp uit te voeren, moet deze
van het elektriciteitsnet worden losgekoppeld.
CH
Normally CLOSED (de motor wordt niet van stroom voorzien)
WARMT
E
WARMTEPOMP
HEET WATER
G2S
NC
V3V
GE
N
EN
29