• De helderheid van het geprojecteerde beeld verandert tijdens het schakelen tussen de verschillende
ingangssignalen.
• Voor de beste beeldresultaten, kiest u een ingangssignaal dat ook gebruik maakt van de eigenresolutie van de
projector. Andere resoluties worden door de projector aangepast, afhankelijk van de instelling "beeldverhouding",
waardoor enige beeldvervorming of verlies van beeldkwaliteit kan optreden. Zie
De projector uitschakelen
1. Druk op
en er verschijnt een melding die u om een
bevestiging vraagt. Wanneer u niet binnen enkele
seconden reageert, verdwijnt het bericht.
2. Druk nogmaals op
knippert oranje en de lichtbron van de projector wordt
uitgeschakeld.
3. Zodra het afkoelen klaar is, brandt POWER
(Power-lampje) oranje en stoppen de ventilatoren.
Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
• Ter bescherming van de lichtbron reageert de projector niet op opdrachten tijdens het afkoelen.
• Druk nogmaals op
. De POWER (Power-lampje)
om de projector te starten nadat de POWER (Power-lampje) oranje wordt.
Beeldverhouding op pagina
Bediening
36.
25