Overbelastingsbescherming
De machine is voor de bescherming van de gebruiker, motor en gereedschap met een
mechanische, elektronisch en thermische overbelastingsbescherming uitgerust.
Mechanisch:
Bij het plotseling tot stilstand komen van de machine wordt door middel
van een slipkoppeling de aandrijfas van de motor losgekoppeld.
Elektronisch:
Bij een overbelasting ten gevolge van een te grote druk reageert het
elektronisch deel door middel van het uitschakelen van de machine. Na
het ontlasten en het uit- en weer inschakelen van de aan-/uitschakelaar
kan normaal verder gewerkt worden.
Thermisch:
Door middel van een thermische beveiliging wordt de motor bij
voortdurende overbelasting voor doorbranden beschermd. De machine
schakelt in dit geval zelfstandig uit en kan een afkoelperiode (ca. 2 min.)
weer in gebruik genomen worden. De afkoelperiode is afhankelijk van
de opwarming van de motorwikkeling en de omgevingstemperatuur.
Aanbevelingen
Sluit de stroomtoevoer af voordat u van gereedschap wisselt bij de
machine!
Gebruik alleen oorspronkelijke en passende gereedschappen en vermijdt belasting van
de machine tot aan stilstand.
• Gereedschappen met een MK3 aansluiting kunnen direct in de boorkop gezet
worden.
• Bij gereedschappen met een MK2 aansluiting een reduceerhuls toe te passen.
Let op!
Gereedschappen nooit met geweld in aansluiting drukken/slaan.
Morsekegel en –conus moeten vrij van vet en vuil zijn.
Verwijderen van gereedschappen
Zet de uitdrijfspie in de sleufopening van de aandrijfhals.
Als de uitdrijfspie zich niet door de sleuf laat steken, moet de as licht gedraaid worden.
Los het gereedschap met een lichte slag op de uitdrijfspie uit de aandrijfas.
10.