Basisbediening
Modi
Alle functies en handelingen zijn in 'modi' gegroepeerd om
de bediening van de DTX900 zo eenvoudig en vlot
mogelijk te maken. Om de gewenste modus te activeren
drukt u op de overeenkomstige modusknop.
De functie van elke modus is als volgt:
Modus
Drum Kit
Een drumkit selecteren/bewerken.
De metronoomgerelateerde parameters
Click
(automatisch klikgeluid) instellen en de
Groove Check-functie uitvoeren.
Bestanden en directory's (mappen)
File
beheren.
Chain
Een chainsequentie programmeren.
Song
Een song selecteren/opnemen.
Trigger
Een triggerinstelling selecteren/bewerken.
De systeemgerelateerde parameters
Utility
instellen.
Audiosignalen opnemen om een
Sampling
gebruikersvoice te creëren.
Edit-indicator
U kunt verschillende parameters in elke modus aanpassen
of instellen met behulp van de datadraaiknop, de [INC/
YES]-knop en de [DEC/NO]-knop. Als u de waarde van de
parameter wijzigt in deze modi, wordt de [E]-indicator
(Edit) weergegeven in de linkerbovenhoek van de LCD-
display. Hiermee wordt aangegeven dat het huidige
programma (Drum Kit, enzovoort) is gewijzigd, maar nog
niet is opgeslagen. Als u de status die of het geluid dat is
verkregen door de bewerking, wilt opslaan, moet u het
huidige programma met behulp van de [ENTER/STORE]-
knop opslaan in het interne gebruikersgeheugen voordat
u een ander programma selecteert.
Als de Edit-indicator wordt weergegeven...
14
DTX900 Gebruikershandleiding
Functie
Pagina
78
104
112
132
98
108
124
135
Een getal rechtstreeks invoeren
Voor parameters met een groot waardebereik kunt u de
waarde ook rechtstreeks invoeren door de knoppen onder
de LCD-display als numeriek toetsenblok te gebruiken.
Wanneer de cursor zich op een dergelijke parameter
bevindt, verschijnt het pictogram [NUM] in de
rechterbenedenhoek van de LCD-display. Wanneer u in
deze modus op de [SF6] NUM-knop drukt, wordt op de
onderstaande manier een cijfer (1 – 9, 0) toegewezen aan
de knoppen [SF1] – [SF5] en [F1] – [F5], zodat u
rechtstreeks getallen kunt invoeren met behulp van
deze knoppen.
Nadat het volledige getal is opgegeven, drukt u op de
[ENTER/STORE]-knop om het getal daadwerkelijk
in te voeren.
Let op: de cursormarkering kan naar het momenteel
bewerkte getal worden verplaatst met een druk op de
[F6] CURSOR-knop, en vervolgens tussen de cijfers
worden verplaatst met behulp van de [N]- en [M]-
cursorknoppen. Dit is handig als u slechts één specifiek
cijfer rechtstreeks wilt wijzigen. De cursor verdwijnt
wanneer u nogmaals op de [F6]-knop drukt.
Numeriek
toetsen-
blok