18
2.4 Bijwerkingen
De volgende ongewenste bijwerkingen kunnen optreden bij het
gebruik van de CardiAid:
•
Verbrandingen van het huidoppervlak
•
Rode plekken op de huid
•
Bij patiënten met een geïmplanteerde pacemaker of
eventueel andere elektronisch aangestuurde implantaten
kan de werking van deze apparaten door een Electro
schok verstoord worden
•
Hartkamer fibrillatie bij het schokken van een niet
schokbaar ritme