Papier bijvullen
Informatie over papier
• Plaats papier met het juiste formaat, gewicht en in de aanbevolen hoeveelheid (zie pag. 24, 68).
• Bewaar al het papier in de verpakking op een plat oppervlak totdat u het papier gaat gebruiken. Bewaar geopende
pakken papier in het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal op een koele, droge plaats.
• Bewaar papier bij een temperatuur van 18º–24ºC en een relatieve luchtvochtigheid van 40%–60%.
• Probeer niet af te drukken op vochtig, gekruld, gekreukt of gescheurd papier. Dergelijk papier kan papierstoringen
veroorzaken en geeft een slechte afdrukkwaliteit.
• Gebruik uitsluitend losbladig papier en geen papier op een rol.
• Druk uitsluitend af op papier met een dikte tussen 0,09 en 0,13 mm. Dik papier kan de afdrukkop van de BJ-
cartridge beschadigen.
• Plaats niet meer papier dan het vullimietsymbool (
papier vastlopen. Zorg ook dat aan beide zijden van de papierstapel geen openingen aanwezig zijn.
Vulindicator
Nokje
Hier geen openingen
• Vul papier op het MP-blad alleen bij als het MP-blad leeg is. Voorkom dat nieuw papier wordt vermengd met
papier dat al was bijgevuld.
• Laat papier niet gedurende lange tijd op het MP-blad liggen, omdat het papier kan omkrullen en daardoor storingen
kan veroorzaken.
• Bepaalde omgevingsomstandigheden, zoals uitzonderlijke temperaturen of luchtvochtigheid, kunnen
papierinvoerstoringen op het MP-blad veroorzaken. Voer bij problemen slechts één vel papier tegelijk in.
• Inkt heeft een bepaalde tijd nodig om te drogen. Hoe lang dit duurt is afhankelijk van de dichtheid van de bedrukte
pagina's. Binnen twee of drie seconden is de inkt veegvast. Na enkele minuten is de inkt waterbestendig.
• Als de bedrukte pagina's veel afbeeldingen bevatten, kan de inkt nog vochtig zijn. Dit komt door de
afdrukdichtheid. Laat de pagina 30 tot 60 seconden liggen zodat de inkt kan opdrogen. Verwijder daarna
voorzichtig de pagina zonder het oppervlak aan te raken.
• Papier dat na het afdrukken omkrult, dient u direct te verwijderen; anders kan het papier vastlopen.
• Er kan inkt op de plaat (een rol in het faxapparaat) komen als u gegevens buiten de breedte van de pagina probeert
af te drukken. Als dit gebeurt, dient u de binnenkant van het faxapparaat te reinigen (zie pag. 56).
) op de papiergeleider. Als u meer papier plaatst, kan het
1
9