18.7. IP-netwerk
Als in de draadloze centrale een ethernetmodule aangebracht is, is het mogelijk dat de
downloader gebruik makende van het internetprotocol met de draadloze centrale
communiceert. Dit menu maakt het u mogelijk om twee IP-adressen op te slaan die de
draadloze centrale kan „oproepen" om een downloadprocedure te starten. De
gebruiker begint de oproep door één van beide IP-adressen te kiezen. De beschikbare
opties zijn de volgende:
IP-adres 1
Geef het door de downloader gebruikte IP-adres op. Het IP-adres bestaat uit vier
groepen. Elke groep bestaat uit drie tekens en wordt van de volgende groep met een
„punt" gescheiden, bijv. „192.168.000.001". Druk op „*" om het punt in te voeren.
IP-poort 1
Geef het poortnummer van het IP-adres 1 in, dat aan de downloader aan de remote pc
toebehoort.
IP-adres 2
Geef een door de downloader gebruikt alternatief IP-adres op.
IP-poort 2
Geef het poortnummer op dat door het alternatieve IP-adres gebruikt wordt.
18.8. Veilig terugbellen
Kies het menupunt Terugbeloptie.
Kies of de centrale een „derde" telefoonnummer van de pc voor het onderhoud op
afstand meegedeeld krijgt. Als de downloader verbonden is, geeft hij het nummer aan
de centrale door. De centrale gebruikt dan dit nummer om vanaf de
onderhoudscomputer op afstand een verbinding op te zetten. In dat geval is het
terugbelnummer niet voor de gebruiker te zien. Het terugbelnummer kan daarbij in
ieder geval door de PC voor het onderhoud op afstand worden gewijzigd.
18.9. Modemsnelheid
Kies met welke baud rate (bps) de datacommunicatie loopt. Kies de instelling Auto, als
u niet zeker weet, met welke baud rate uw modem werkt. De centrale stelt de baud
rate zelf in. Is de verbinding niet goed, dan is echter de instelling van een lagere baud
rate aan te bevelen. Zet dan de waarde op 300.
19. Communicatie
Kies de betreffende functie. Een overzicht van de verschillende functies en hun
eigenschap vindt u in de tabel.
Functie
Betekenis
ALARMEN
Instellingen voor de overdracht van protocollen aan een
NSL.
Noodoproep
Instellingen voor het doorgeven van de noodoproep
SPRAAK KIEZER
Instellingen voor het doorgeven van gesproken berichten
(spraakkiezer).
SMS
Instellingen voor het doorgeven van SMS-berichten.
Telefoonstoring
Instellingen voor het doorgeven van een telefoonstoring.
76