LET OP: Er moet antivries aan het
koelsysteem worden toegevoegd.
Anders zal het achtergebleven wa-
ter bevriezen. Voor deze bewerking
is een goede technische kennis van
het verloop van het koelsysteem
vereist. Als de vorstbescherming
niet correct wordt uitgevoerd kan
het water dat achterblijft in de mo-
tor/het uitlaatsysteem bevriezen en
ernstige schade veroorzaken. We
raden u met aandrang aan, dit werk
te laten uitvoeren door een erkend
Sea-Doo dealer.
OPMERKING: Voor deze procedure
heeft u ongeveer 4 l (4,2 U.S. qt.) an-
tivries nodig.
Voorbereiding
Sommige slangen moeten worden
afgedicht om leeglopen te voorko-
men, alvorens de koelmantels van het
koelsysteem met antivries te vullen.
Breng slangklemmen aan op de vol-
gende plaats.
smo2006-003-014_a
1. Watertoevoerslang
2. Motorcilinder-afvoerslang (komende
van onder de motor)
3. Waterafvoerslang onder tuned pipe
Slangen loskoppelen
Koppel de watertoevoerslang (ge-
markeerd met rode tape) los van de
T-fitting.
smo2006-003-015_a
1. Koppel watertoevoerslang los (gemarkeerd
met rode tape)
2. T-fitting
3. Rode tape
4. Vulslang brandstoftank
Breng een tijdelijke slang van onge-
veer 61 cm (2 voet) lang met een
binnendiameter van 12,7 mm (1/2 in.)
aan op de T-fitting (plaats van eerder
losgekoppelde slang).
Ontluchting motor
Steek een trechter in de tijdelijke
slang. Houd de trechter ongeveer
61 cm (2 voet) boven het dek wan-
neer u antivries toevoegt, zodat er
genoeg druk ontstaat voor een goede
doorstroming.
_____________________
91