BELANGRIJK
• Bescherm de lens door deze gesloten te houden als u geen films
opneemt en wanneer u de camcorder niet gebruikt.
• Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESS-
indicator brandt of knippert. Als u zich daar niet aan houdt, kunt u uw
gegevens voorgoed kwijtraken of raakt het geheugen mogelijk
beschadigd.
- Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet.
- Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit.
- Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet.
• Zorg ervoor dat u regelmatig een backup van uw opnamen maakt
(A 126), vooral na et maken van belangrijke opnamen. Canon is niet
aansprakelijk voor verlies of beschadiging van gegevens.
• Opnamen die zijn gemaakt op een Eye-Fi-kaart, worden automatisch
geüpload nadat de camcorder in de afspeelstand is gezet als u binnen
het bereik bent van een geconfigureerd netwerk. Controleer altijd of
Eye-Fi-kaarten goedgekeurd zijn in het land of de regio waar u de kaart
gebruikt. Raadpleeg ook Gebruik van een Eye-Fi-kaart (A 145).
OPMERKINGEN
• De zoom, snelstartfunctie, spaarstanden etc. werken in de stand
hetzelfde als in de stand
bijzonderheden.
• U kunt geen foto's maken terwijl de digitale zoom is geactiveerd
(lichtblauwe gebied op de zoombalk) of terwijl u een scène begint of
eindigt met infaden of uitfaden.
De laatst opgenomen scène bekijken
U kunt, zonder over te schakelen naar de afspeelstand, de laatste
4 seconden bekijken van de opname die u als laatste met de
camcorder hebt opgenomen. Terwijl u de laatste scène bekijkt, wordt
het beeld zonder geluid afgespeeld.
Bedieningsstanden:
[FUNC.]
90
Video
>
v
[
Opname bekijken]
. Raadpleeg AUTO-stand (A 43) voor