Opnamen voorzien van een kader (Beeldkaders)
Bij deze functie kunt u opnamen maken met de kaders die in de camera
zijn opgeslagen.
1
Druk in de stand A op de vierwegbesturing (3).
Het opnamestandpalet verschijnt.
2
Selecteer Y (Beeldkaders) met
de vierwegbesturing (2345).
3
Druk op de knop 4.
Het scherm voor selectie van het kader verschijnt,
waarin 9 kaders zijn weergegeven.
4
Kies het gewenste kader met
de vierwegbesturing (2345).
5
Druk op de knop 4.
Het geselecteerde kader verschijnt in
de enkelbeeldweergave. U kunt op een van
de volgende manieren een ander kader kiezen.
• Kies met de vierwegbesturing (45)
een ander kader.
• Druk op de knop 3 of f op de Zoom/f/
knop om terug te gaan naar de weergave
y
van 9 kaders op het kaderselectiescherm
en voer stap 4 uit om een ander kader te kiezen.
6
Druk op de knop 4.
Het kader verschijnt op het scherm.
7
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het scherpstelkader op de LCD-monitor wordt groen als het onderwerp
is scherpgesteld.
8
Druk de ontspanknop helemaal in.
De opname wordt gemaakt.
7, 8
1, 2, 4
3, 5, 6
MENU
MENU
Y
4
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
67