Het bedieningspaneel
1) Aanraakscherm
2) Controleren
3) Modusselectie
4) Help
5) Numeriek toetsenblok
6) Afbreken
7) Proefafdruk
8) Timer
U kunt met het bedieningspaneel toegang krijgen tot de volgende functies:
NLWW
Controleren (2): hiermee geeft u een scherm weer waarin de geselecteerde instellingen
voor de huidige taak worden weergegeven.
Modusselectie (3): hiermee kunt u de bedieningsmodus van het apparaat wijzigen:
kopiëren, scannen/faxen of afdrukken.
Help (4): hiermee geeft u een scherm weer met de Help voor de huidige geselecteerde
functie of krijgt u toegang tot het scherm Keyoperatormodus. Niet elke functie heeft een
bijbehorende Help.
Numeriek toetsenblok (5): hiermee kunt u numerieke waarden invoeren.
Afbreken (6): hiermee stopt u de kopieertaak die wordt uitgevoerd waarna u vanaf de
glasplaat kunt kopiëren.
Proefafdruk (7): hiermee kunt u één set kopieën uitvoeren om te controleren of de huidige
instellingen juist zijn geselecteerd.
Timer (8): dit lampje gaat branden wanneer de functie voor de wekelijkse timer is geactiveerd.
Met deze functie kan de MFP op bepaalde tijden automatisch worden uitgeschakeld
(gedurende maximaal één week).
Slaapstand aan/uit (9): hiermee wordt de energiebesparende modus geactiveerd
wanneer de MFP niet actief is of wordt de modus voor het onderbreken van de timer
geactiveerd wanneer de functie voor de wekelijkse timer actief is.
Stoppen (10): hiermee kunt u het kopiëren stoppen en het opgeslagen geheugen wissen.
Starten (11): hiermee start u het kopiëren of het scannen.
Wissen (12): hiermee kunt u het aantal exemplaren opnieuw instellen.
Teller (13): hiermee geeft u het tellerscherm weer of krijgt u toegang tot de programmeermodi
voor het instellen van speciale functies.
9) Slaapstand aan/uit
10) Stoppen
11) Starten
12) Wissen
13) Teller
14) Herstel
15) Jobgeheugen
MFP-onderdelen 3