ZELFAANDRIJVENDE HOOGWERKER LIGHTLIFT 2010
parator. Zoals de afbeelding toont, is het noodzakelijk te controleren of het contour van
de comparator overeenstemt met de bodem van de gleuf.
6. Controleer of de katrollen geen tekenen van ovaalvorming, slijtage of ieder ander
soort vervorming vertonen.
7.20 D
RIEMAANDELIJKSE INSPECTIE
• Verwijder alle beschermcarters van de derde arm en van de twee uitschuifelementen.
Gebruik een elektrische zaklantaarn en verricht een visuele controle van de staat van de
koorden en van de katrollen van de uitschuifelementen.
• Controleer de correcte mate van spanning van de koorden door te proberen ze met de
hand te laten doorbuigen. Als de koorden correct gespannen zijn, geven ze niet meer mee
dan enkele millimeters.
• Controleer of de koorden voor de intrekking tijdens de fase van uitschuiving van de uit‑
schuifarmen voldoende gespannen zijn zodat aanraking met de derde arm niet mogelijk is.
• Controleer vice versa of de koorden voor de uitschuiving tijdens de fase van intrekking vol‑
doende gespannen zijn zodat contact met de tweede arm of de cilinder niet mogelijk is.
• Controleer met een dynamometrische sleutel het correcte aanhaalmoment van alle borg‑
moeren van de koorden en van de respectievelijke balansregelaars. Aanbevolen aanhaal‑
momenten voor de controle: 10 Nm.
Als de spanning van de koorden niet adequaat is, moeten de gebruiksvoorwaarden hersteld
worden door de procedure voor de Regeling van de Spanning van de Koorden, die hierna
vermeld wordt, strikt uit te voeren.
Procedure voor Regeling Spanning Koorden
1. Stabiliseer de machine op een vlakke ondergrond.
2. Verwijder het deksel van de achterkant van de derde arm.
3. Draai de contramoeren van de registers een paar slagen los zodat u bij de registermoe‑
ren kunt om deze af te stellen.
(2 moeren met bijbehorende contramoer voor uitgaande koorden en een moer met bij‑
behorende contramoer voor balansjuk terugkerende koorden).
4. Laat beide uitschuifarmen volledig intrekken en laat ze vervolgens circa 30‑40 cm naar
buiten komen.
5. Span de moer voor de tractie van het balansjuk dat ter bevestiging van de terugkerende
koorden dient, met een aanhaalmoment van 10Nm.
MULL201060113
HINOWA
NO
OK
131