10. Steek het netsnoer in de printer. Wikkel het snoer rond de
haak (zie figuur) en zet de printer aan.
Druk een statusvel af om te controleren of het optionele onderdeel
correct is geïnstalleerd. Zie "Statusvel afdrukken" op pagina 294
voor meer informatie.
Gebruikers van Windows:
Wanneer u Windows gebruikt en EPSON Status Monitor 3 niet is
geïnstalleerd, moet u de instellingen handmatig opgeven in de
printerdriver. Zie "Optionele instellingen opgeven" op pagina 89 voor
meer informatie.
Gebruikers van Macintosh:
Wanneer u optionele printeronderdelen hebt gemonteerd of verwijderd,
moet u de printer verwijderen met Print Setup Utility
(Printerconfiguratie) (Mac OS X 10.3), Print Center (Afdrukbeheer)
(Mac OS X 10.2 en lager) of de Chooser (Kiezer) (Mac OS 9).
Vervolgens moet u de printer opnieuw registreren.
De optionele papierlade verwijderen
Volg de onderstaande instructies om de optionele papierlade te
verwijderen.
1. Schakel de printer uit en trek de stekker uit het stopcontact.
2. Voer de installatieprocedure uit in omgekeerde volgorde.
Optionele onderdelen installeren
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
215