(1) Verander de TWEEDE CODENR. in "02", individuele instel-
ling, zodat de slave-unit apart kan worden ingesteld.
Tabel 8
Instelling
Functienr.
Groepsinstelling
11 (21)
Individuele instelling
(2) Maak de lokale instelling (Zie 11-1 tot en met 11-5) voor de
master.
(3) Zet de hoofdvoedingschakelaar uit nadat (2) is voltooid.
(4) De afstandsbediening verwijderen van de master-unit en
aansluiten op de slave-unit.
(5) De hoofdvoedingschakelaar opnieuw aanzetten en, zoals
in (1), de TWEEDE CODENR. wijzigen in "02", individuele
instelling.
(6) Maak de lokale instelling (Zie 11-1 tot en met 11-4) voor de
master.
(7) Zet de hoofdvoedingschakelaar uit nadat (6) is voltooid.
(8) Wanneer er meerdere slave-units in het systeem worden
gebruikt, herhaalt u de stappen (4) – (7).
(9) Na de instelling de afstandsbediening verwijderen van de
slave-unit en opnieuw aansluiten op de masterunit. de
instelling is nu voltooid.
* U hoeft de afstandsbediening van de master-unit niet
opnieuw te bedraden als de als optie verkrijgbare
afstandsbediening van de slave-unit wordt gebruikt.
(Maak echter wel de bedrading van het klemmenblok
voor de afstandsbediening van de master-unit los.) Na
instelling van de slave-unit verwijdert u de bedrading van
de afstandsbediening en bedraadt u de afstandsbedien-
ing van de master-unit opnieuw. (De binnenunit werkt
niet goed als er twee of meer afstandsbedieningen op de
unit zijn aangesloten in een simultaan werkend sys-
teem.)
( 3 ) ( 7 )
Aardleks-
Voeding
chakelaar
220 - 240V
~
50Hz
Buitenunit
1 2 3
OPMERKING)
OPMERKING)
1 2 3
1 2 3
P1 P2
P1 P2
Binnenunit
Binnenunit
(Master)
(Slave)
Afstandsbediening
P1 P2
( 1 )
( 2 )
Afb. 39
NOTE
OPMERKING
• De nummers van de aansluitklemmen van de binnen- en
buitenunits moeten overeenstemmen.
17
EERSTE
TWEEDE
CODENR.
CODENR.
01
1
02
Aardleks-
Voeding
chakelaar
220 - 240V
~
50Hz
Buitenunit
1 2 3
1 2 3
1 2 3
P1 P2
P1 P2
Binnenunit
Binnenunit
(Slave)
(Master)
( 4 )
P1 P2
( 9 )
Afstandsbediening
( 5 )
( 6 )
12. TESTEN
Voltooi alle "1. Items die moeten worden gecontroleerd
nadat het installatiewerk is voltooid" op pagina 3. Zie ook
de installatiehandleiding die bij de buitenunit wordt
geleverd.
(1) De instellingen van de draadgebonden afstandsbediening
moeten worden ingesteld in overeenstemming met de han-
dleiding van de afstandsbediening.
(2) De instellingen van de andere afstandsbediening moeten
worden ingesteld in overeenstemming met de volgende
procedure.
• Zorg dat de installatie voor de binnen- en buitenunits
volledig voltooid is.
• Zorg dat al de volgende items gesloten zijn: het deksel
van de regelkast van de binnenunit en het buitenste
bord en het kabeldeksel van de buitenunit.
• Reinig de binnenkant van de binnenunit en het frontpa-
neel nadat de koelmiddelleiding, afvoerleiding en elek-
trische bekabeling aangelegd zijn. Voer vervolgens een
werkingstest uit in overeenstemming met de installatie-
handleiding van de buitenunit om de unit te bescher-
men. (Het is aanbevolen dat de test wordt uitgevoerd in
aanwezigheid van een erkend elektricien of ingenieur.)
• Tijdens het testen moet worden gecontroleerd of de
richting van de luchtstroom en de ventilatorsnelheid
overeenkomstig de instellingen kunnen worden gere-
aliseerd.
• Als de binnenwerkzaamheden nog niet klaar zijn na uit-
voering van de test, leg dan uit aan de klant dat de air-
conditioner niet mag worden gebruikt tot die
werkzaamheden klaar zijn, met name om de bin-
nenunits te beschermen.
(Als de binnenunit onder deze omstandigheden wordt
gebruikt, zullen verf, lijm en andere afwerkingsmateri-
alen de binnenunit verontreinigen. Dit kan waterspat-
ten of lekken veroorzaken.)
• Als er een storing ontstaat en de unit werkt niet, raad-
pleeg dan "12-1 ZO STELT U DE OORZAAK VAN
EEN PROBLEEM VAST".
• Druk, nadat de test is uitgevoerd, eenmaal op de toets
Inspectie/testen om de binnenunit in de inspectiemo-
dus te schakelen en controleer of de storingscode "00"
(=normaal) wordt weergegeven.
Als er een andere code dan "00" wordt weergegeven,
raadpleeg dan "12-1 ZO STELT U DE OORZAAK VAN
EEN PROBLEEM VAST".
• Druk viermaal op de INSPECTIE/TESTEN toets om
terug te keren naar de normale werking.
[Omschakelen van de modus]
BRC1C, BRC1D,
Normale
Eenmaal
bedrijfsmodus
Eenmaal
(4 seconden
of langer
indrukken)
Eenmaal
Veldinstelling
"Foutcode"
* Na langer dan
display
10 seconden in
deze stand keert
de modus terug
naar de normale
bedrijfsmodus.
Draadloze afstandsbediening
Proefdra-
aimodus
Eenmaal
*
*
"Buitenunit-
"Binnenunit-
typecode"
typecode"
Eenmaal
Eenmaal
display
display
Inspectiemodus
Nederlands