SELECT
Fig. 4.17. De duiksimula-
tor [1 SIMDIVE].
m
QUIT
bar
DIVE
TIME
Fig. 4.18. De duik-simula-
tor is geselecteerd. Daal
af en stijg op door op
(TIME) ▲ en (PLAN) ▼
te drukken.
SELECT
Fig. 4.19. Duikplanner
[2 SIMPLAN].
50
In de duikhistorie worden maximaal 999 dui-
ken en 999 duikuren geteld. Wanneer u deze
maximum waarde bereikt wordt de teller weer
op 0 gezet.
Opmerking! De maximum diepte die ooit be-
reikt is kan met de optionele PC-Interface en
de SUUNTO Dive Manager software weer op
0.0 m gezet worden.
4.1.3. Gegevensoverdracht en
PC-Interface
Deze duikcomputer kan op een PC aange-
sloten worden met behulp van een optionele
PC-Interface en de bijbehorende software. Met
deze interface kunt u alle duikgegevens naar
de PC overbrengen en een aantal instellingen
wijzigen. De PC-Interface kan gebruikt worden
als leerhulpmiddel, lesmateriaal, voor demon-
stratiedoeleinden, het plannen van duiken en
het bijhouden van een uiterst gedetailleerd
logboek van al uw duiken met de Vytec DS.
Vanuit de software kunt u eenvoudig afdrukken
maken van alle gewenste informatie, inclusief
de logboekbladen.
De gegevens worden via de connector onder
op de computer overgebracht. De volgende
informatie wordt naar de PC gezonden:
•
het duikprofi el van de duik
•
de duiktijd
•
de oppervlakte-interval tussen de
duiken
•
het duiknummer
•
hoogte- en persoonlijke instellingen
•
ingestelde zuurstofpercentages en de
maximale OLF (in de Nitrox modus)
•
weefselverzadigingswaarden
•
de temperatuur op de maximum diep-
te, aan het begin en aan het einde van
de duik
•
de tijd en datum waarop de duiken zijn
gestart