Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Geavanceerde Wlan-Instellingen; Beveiligingsinstellingen Voor Toegangspunten Voor Draadloze Lan-Netwerken - Nokia E65 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

I n s t e l l .

Geavanceerde WLAN-instellingen

Selecteer
Menu
Instrum.
>
instellingen voor draadloze LAN-netwerken worden gewoonlijk automatisch gedefinieerd en het wordt niet aangeraden deze
instellingen te wijzigen.
Als u de instellingen handmatig wilt bewerken, selecteert u
instellingen:
Lange probeerlimiet
— Het maximum aantal verzendpogingen invoeren als er geen ontvangstbevestiging van het netwerk
wordt ontvangen.
Korte probeerlimiet
— Het maximum aantal verzendpogingen invoeren als er geen gereedmelding voor verzenden van het
netwerk wordt ontvangen.
RTS-drempel
— Selecteer de packetgrootte voor gegevens waarbij het toegangspunt voor het draadloze LAN-netwerk een
verzoek indient om de gegevens te verzenden voordat het verzenden plaatsvindt.
Energieniv. transmis.
— Selecteer het energieniveau van uw apparaat bij het verzenden van gegevens.
Radiometingen
— Schakel de radiometingen in of uit.
Energiespaarstand
— Geef aan of energie moet worden bespaard.
Als u alle oorspronkelijke instellingen wilt herstellen, selecteert u

Beveiligingsinstellingen voor toegangspunten voor draadloze LAN-netwerken

Selecteer
Menu
Instrum.
>
toegangspunt voor draadloze LAN-netwerken of selecteer een toegangspunt voor draadloze LAN-netwerken en kies
Bewerken.
WEP-beveiligingsinstellingen
Selecteer
WLAN-beveil.modus
Met de coderingsmethode WEP (Wired Equivalent Privacy) worden gegevens voor verzending gecodeerd. Gebruikers die niet
over de vereiste WEP-sleutels beschikken, krijgen geen toegang tot het netwerk. Wanneer de WEP-beveiligingsmodus wordt
gebruikt en op uw apparaat packet-gegevens worden ontvangen die niet met de WEP-sleutels zijn gecodeerd, worden de
gegevens genegeerd.
In een
Ad-hoc
netwerk moet op alle apparaten dezelfde WEP-sleutel worden gebruikt.
Selecteer
WLAN-beveil.instell.
WEP-sleutel in gebr.
— Selecteer de gewenste WEP-sleutel.
Verificatietype
— Selecteer
Instell. WEP-sleutel
— Bewerk de instellingen voor de WEP-sleutel.
WEP-sleutelinstellingen
Selecteer
WLAN-beveil.modus
In een
Ad-hoc
netwerk moet op alle apparaten dezelfde WEP-sleutel worden gebruikt.
Selecteer
WLAN-beveil.instell.
WEP-codering
— Selecteer de gewenste lengte van de WEP-sleutel.
Indeling WEP-sleutel
— Geef aan of u de WEP-sleutelgegevens wilt invoeren in de indeling
WEP-sleutel
— Voer de WEP-sleutelgegevens in.
802.1x-beveiligingsinstellingen
Selecteer
WLAN-beveil.modus
Met
802.1x
worden apparaten in een draadloos netwerk geverifieerd en geautoriseerd. Als het autorisatieproces voor een
apparaat mislukt, krijgt het desbetreffende apparaat geen toegang tot het netwerk.
Selecteer
WLAN-beveil.instell.
WPA-modus
— Selecteer
apparaatidentificatie).
Instell. EAP-plug-in
— Als u
toegangspunt moeten worden gebruikt.
Vooraf ged. sleutel
— Als u
de hand waarvan uw apparaat kan worden geïdentificeerd in het draadloze LAN-netwerk waarmee u verbinding maakt.
De instellingen die gewijzigd kunnen worden, kunnen verschillen.
WPA-beveiligingsinstellingen
Selecteer
WLAN-beveil.modus
Selecteer
WLAN-beveil.instell.
WPA-modus
— Selecteer
apparaatidentificatie).
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Instell.
Verbinding
>
>
Instell.
Verbinding
> Toegangspunten. Selecteer
>
>
WEP
in de toegangspuntinstellingen.
>
en maak een keuze uit de volgende opties:
Open
of Gedeeld.
WEP
in de toegangspuntinstellingen.
>
Instell. WEP-sleutel
en maak een keuze uit de volgende opties:
>
802.1x
in de toegangspuntinstellingen.
>
en maak een keuze uit de volgende opties:
EAP
(Extensible Authentication Protocol) of
WPA-modus
EAP
hebt geselecteerd, geeft u aan welke EAP-plug-ins op uw apparaat voor het
>
WPA-modus
Vooraf ged. sleutel
>
WPA/WPA2
in de toegangspuntinstellingen.
>
en maak een keuze uit de volgende opties:
EAP
(Extensible Authentication Protocol) of
Wireless LAN
Opties
>
>
Automat. configuratie
Opties
Std.inst.
>
Vooraf ged. sleutel
hebt geselecteerd, typt u de gedeelde persoonlijke sleutel aan
Vooraf ged. sleutel
91
Geavan.
instellingen. De geavanceerde
>
Uitgeschakeld
en definieert u de volgende
>
herstellen.
Opties
Nieuw toegangspunt
>
ASCII
of Hexadecimaal.
(een geheime sleutel voor
(een geheime sleutel voor
en maak een
Opties
>

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave