landen kunt u een abonnement nemen op flitspaalinformatie.
Het abonnement omvat de locatie van honderden flitspalen. Het
toestel waarschuwt u wanneer u een flitspaal nadert en kan u
waarschuwen wanneer u te hard rijdt. De gegevens worden ten
minste eenmaal per week bijgewerkt, dus u kunt uw toestel
regelmatig bijwerken met de meest actuele gegevens.
U kunt op elk gewenst moment de gegevens van een nieuwe
regio aanschaffen of een bestaand abonnement uitbreiden. De
gegevens van elke regio die u koopt, hebben hun eigen
vervaldatum.
Eigen nuttige punten
Eigen nuttige punten zijn punten die u zelf hebt ingesteld op de
kaart. Dit kunnen waarschuwingen zijn dat u zich dicht bij een
aangewezen punt bevindt of bijvoorbeeld sneller gaat dan een
bepaalde snelheid.
POI Loader installeren
U kunt eigen lijsten met nuttige punten maken of op uw
computer downloaden en die op uw toestel installeren met
behulp van de POI Loader-software.
1
Ga naar www.garmin.com/poiloader.
2
Volg de instructies op het scherm.
De Help-bestanden van de POI Loader gebruiken
Raadpleeg het Help-bestand voor meer informatie over de POI
Loader.
Open de POI Loader en klik op Help.
Eigen nuttige punten zoeken
Voordat u eigen nuttige punten kunt zoeken, moet u eigen
nuttige punten op uw toestel laden met behulp van de POI
Loader-software
(POI Loader
1
Selecteer Waarheen? > Categorieën.
2
Schuif naar de sectie Andere categorieën en selecteer een
categorie.
Accessoires aanschaffen
Ga naar http://buy.garmin.com.
Problemen oplossen
Mijn toestel ontvangt geen satellietsignalen.
• Controleer of de GPS-simulator is uitgeschakeld.
• Neem uw toestel mee naar een open plek, buiten
parkeergarages en uit de buurt van hoge gebouwen en
bomen.
• Blijf enkele minuten stilstaan.
Het toestel wordt niet opgeladen in mijn auto
• Controleer de zekering in de voertuigvoedingskabel.
• Het voertuig moet zijn ingeschakeld om stroom aan de
stroomvoorziening te kunnen leveren.
• Controleer of de binnentemperatuur in het voertuig tussen 0°
en 45°C (tussen 32° en 113°F) ligt.
• Controleer of de zekering van de voertuigvoeding niet kapot
is.
Het aanraakscherm reageert niet op mijn
tikken
1
Schakel het toestel uit.
2
Houd uw vinger in de linkerbovenhoek van het scherm.
Het kalibratiescherm wordt weergegeven.
3
Volg de instructies op het scherm.
Problemen oplossen
installeren).
De zuignap blijft niet op de voorruit zitten
1
Reinig de zuignap en de voorruit met schoonmaakalcohol.
2
Droog af met een schone, droge doek.
3
Bevestig de zuignap.
De batterij blijft niet erg lang opgeladen
• Verminder de helderheid van het scherm.
• Verkort de time-out voor het scherm.
• Schakel de draadloze Bluetooth technologie uit
uitschakelen).
• Zet het toestel in de slaapstand als het niet wordt gebruikt
(Slaapstand
inschakelen).
• Stel uw toestel niet bloot aan sterke
temperatuurschommelingen.
• Laat het toestel niet in direct zonlicht liggen.
De batterijmeter lijkt niet nauwkeurig te zijn
1
Ontlaad het toestel volledig.
2
Laad het toestel volledig op zonder de oplaadcyclus te
onderbreken.
Het toestel verschijnt niet als verwisselbaar
station op mijn computer
Op de meeste Windows-computers maakt het toestel verbinding
via het Media Transfer Protocol (MTP). In de MTP-modus wordt
het toestel weergegeven als draagbaar toestel, en niet als een
verwisselbaar station. De MTP-modus wordt ondersteund door
Windows 7, Windows Vista
Windows Media Player 10.
Het toestel verschijnt niet als draagbaar
toestel op mijn computer
Op Mac-computers en sommige Windows-computers wordt het
toestel verbonden via de USB-massaopslagmodus. In de USB-
massaopslagmodus wordt het toestel weergegeven als een
verwisselbaar station of volume, en niet als een draagbaar
toestel. Windows versies ouder dan Windows XP Service Pack
3 maken gebruik van de USB-massaopslagmodus.
Het toestel verschijnt niet als een draagbaar
toestel of als een verwisselbaar station of
volume op mijn computer
1
Koppel de USB-kabel los van de computer.
2
Schakel het toestel uit.
3
Sluit de USB-kabel aan op een USB-poort van uw computer
en op het toestel.
TIP: Uw toestel moet rechtstreeks op een USB-poort van uw
computer worden aangesloten, en niet op een USB-hub.
Het toestel wordt automatisch ingeschakeld en schakelt over
naar de MTP-modus of de USB-massaopslagmodus.
Vervolgens verschijnt er een afbeelding van het toestel dat op
een computer is aangesloten op het scherm van het toestel.
Ik kan mijn telefoon niet koppelen met het
toestel
• Selecteer Instellingen > Bluetooth.
Het veld Bluetooth moet zijn ingesteld op Ingeschakeld.
• Schakel draadloze Bluetooth technologie op uw telefoon in
en houd uw telefoon op minder dan 10 meter (33 ft.) afstand
van het toestel.
• Ga naar
www.garmin.com/bluetooth
(Bluetooth
en Windows XP Service Pack 3 met
®
voor meer informatie.
15