Het flexibel substraat is niet bevestigd aan de kern en/of as
Als de printer onvoldoende spanning detecteert bij de substraatcontrole na het laden, wordt u gevraagd de
draairichting te bevestigen.
Als de rol niet stevig is bevestigd tijdens het afdrukken, dan kunt u strepen op uw afdruk zien of metaalachtig
geluiden horen.
Als u tijdens het afdrukken een foutbericht ziet met het nummer 1041-0006-0184 of 1041-0006-0186, dan
betekent dit dat het substraat kan zijn losgeraakt van de achterste as of dat de kern slipt op de as. Dit kan
betekenen dat het einde van de rol is bereikt, of dat de as niet de juiste spanning heeft, of dat de
differentieelker van de twee rollen vergrendeld is. Als deze fout optreedt, wordt het substraat automatisch
verwijderd.
U kunt deze fout op de volgende manieren verhelpen:
●
Controleer of het einde van een rol is bereikt.
Controleer of de as de juiste spanning heeft.
●
Het substraat is niet plat
Als het substraat niet plat op de verlengtafel ligt, maar er ondiepe golven in zitten, kan de wagen botsen of kunt
u fouten zien in het afgedrukte beeld. Zorg ervoor dat het riemvacuüm voldoende is om het substraat tijdens het
laden plat op de riem te houden.
1.
Controleer of het substraattype dat u hebt geladen, overeenkomt met het substraattype dat u op de
Internal Print Server en in uw software hebt geselecteerd.
2.
Controleer of er geen defecten aanwezig zijn op de randen van het substraat.
Problemen met afdrukken
Er zitten fysieke vlekken op het substraat
Dit komt alleen voor als substraten die gevoelig zijn voor permanente vervorming worden gebruikt. Deze vlekken
zijn met name op geïsoleerde plekken te vinden en worden veroorzaakt door hoge hardingstemperaturen of
substraatspanningen.
Een aantal suggesties om het probleem op te lossen:
1.
Controleer of het substraat dat u gebruikt, hetzelfde is als het substraattype dat u in de HP Internal Print
Server hebt geselecteerd.
2.
Controleer of er geen defecten aan de randen van het substraat aanwezig zijn.
3.
Controleer of u de generieke substraatvoorinstellingen voor de substraatcategorie gebruikt. Het gebruik
van onjuiste waarden kan resulteren in afwijkend substraatgedrag.
244 Hoofdstuk 11 Problemen met substraat oplossen
NLWW