Inhoudsopgave
Advertenties
Transmitterserie PR 5211
Minebea Intec
4 mA
Bij een gewichtswaarde boven SKE schakelt de analoge uitgang over
op 4 mA.
20 mA
Bij een gewichtswaarde boven SKE schakelt de analoge uitgang over
op 20 mA.
[Analogwert (Analoge waarde)]
De analoge uitgang kan op een vaste analoge waarde worden ingesteld. De analoge
modus moet daarvoor op [transparent] (transparant) worden ingesteld.
Als de PLC de analoge waarde heeft geschreven, wordt deze in het masker [Parameter]
Tool weergegeven.
[Gewichtswert bei 0/4 mA (Gewichtswaarde bij 0/4 mA)]
Invoer van de gewichtswaarde waarbij de analoge uitgang 0 mA is (of 4 mA, als het
analoge bereik op 4 ... 20 mA is ingesteld).
[Gewichtswert bei 20 mA (Gewichtswaarde bij 20 mA)]
Invoer van de gewichtswaarde waarbij het analoge uitgangssignaal 20 mA bedraagt.
[ProfiBus Adresse (ProfiBus-adres)]
Hier wordt het adres op de ProfiBus vastgelegd, geldige adressen liggen in het bereik 1,
2 ... 126, voorinstelling: 10.
[Busbreite (Busbreedte)]
De normale busbreedte bedraagt 8 bytes.
Een busbreedte van 10 bytes is nodig voor een gecodeerde overdracht.
Voorinstelling: 8.
[Kommunikation (Communicatie)]
De seriële interface kan worden gebruikt voor de datacommunicatie met een extern
display (bijv. PR 5110, PR 1627 of PR 1628) of met een SMA-dataprotocol.
Voorinstelling: 'aus' (uit), zie ook hoofdstuk 4.4.2.
[Übertragungsrate (Overdrachtssnelheid)]
De overdrachtssnelheid kan tussen 300, 600 en ... 19.200 worden gekozen. Er moet op
worden gelet dat op het display/de terminal dezelfde overdrachtssnelheid is ingesteld.
De voorinstelling is 9600, zie hoofdstuk 4.4.2.
[Zugangscode (Toegangscode)]
De toegangscode (access code) kan maximaal 9 decimalen hebben. Als de toegangscode
op 0 is ingesteld, vindt er geen controle plaats. Als er een toegangscode is ingevoerd
(voor de veiligheid wordt er twee keer om de code gevraagd), kunt u zonder deze code
geen gegevens/parameters meer wijzigen. Zolang u toegang hebt, kan ook de code
worden gewijzigd.
Voorinstelling: 0.
[Ausgänge (Uitgangen)]
Voor elk van de drie digitale uitgangen zijn de volgende instellingen mogelijk:
Transparent
De PLC bestuurt de uitgang.
(Transparant)
ADU Fehler
De uitgang wordt ingesteld als de ADU een foutstatus heeft.
(ADU fout)
5 Inbedrijfstelling
NL-52
Advertenties
Inhoudsopgave
