Inhoudsopgave
Advertenties
OPMERKING
De ligatuur rond de fixatiehuls moet strak genoeg zijn om de elektrode vast te houden, maar niet zo strak dat de isolatie of
de geleider wordt beschadigd.
VOORZICHTIG
Als er een fixatiehuls als accessoire wordt gebruikt, mag deze alleen worden gebruikt ter vervanging van de
bestaande fixatiehuls op de elektrode, niet in combinatie met deze bestaande fixatiehuls. Het gebruik van
meerdere fixatiehulzen om de elektrode vast te zetten wordt niet aanbevolen, aangezien dit kan resulteren in
schade aan de elektrode.
Vasthechten van de elektrode
Figuur 7. Vasthechten van de elektrode
1.
Ader
2.
Fascia
3.
Elektrodelichaam
Aansluiten op de pulsgenerator
Zodra de elektrode is gefixeerd, kunt u deze aansluiten op de pulsgenerator aan de hand van de instructies in de handleiding van de
pulsgenerator.
VOORZICHTIG
Pak de elektrodeconnector zo dicht mogelijk bij de connectorpin vast terwijl de elektrodeconnector recht in de
uitgang van de pulsgenerator wordt gestoken. Indien nodig pakt u de elektrode opnieuw vast en blijft u de
elektrodeconnector inbrengen tot deze volledig vastzit in de uitgang van de pulsgenerator.
Positioneer de overtollige elektrodedraad en pulsgenerator zodanig dat de kans op beschadiging van de isolatie
tengevolge van wisselwerking tussen twee elektroden of tussen pulsgenerator en elektrode tot een minimum
beperkt wordt. Beperk bijvoorbeeld de kans dat elektroden boven op elkaar onder de pulsgenerator liggen en
zorg ervoor dat er geen scherpe knikken voorkomen in de elektrode. Door beschadiging van de elektrode-
isolatie kan een alternatief stroompad ontstaan, wat kan leiden tot verminderde stroomafgifte aan het myocard.
Verwijderen van de elektrode
Infectie van het pulsgeneratorsysteem, met name sepsis, maakt het gewoonlijk noodzakelijk de pulsgenerator en de elektrode(n) te
verwijderen.
VOORZICHTIG
Het verwijderen van de elektrode brengt een klinisch risico met zich mee. Als een elektrode verwijderd moet
worden, moet u zeer voorzichtig te werk gaan.
Een geëxplanteerde elektrode mag nooit in een andere patiënt geïmplanteerd worden.
Wanneer het noodzakelijk is om een geïmplanteerde elektrode in het lichaam te laten, verwijder dan de connectorpin uit de
pulsgenerator en sluit de elektrode af met behulp van het standaard afdopkapje van de fabrikant van de elektrode. Het doorsnijden
van een geimplanteerde elektrode wordt niet aanbevolen; dit kan namelijk tot gevolg hebben dat de isolatie loslaat van de
geleiderspoel en dat er een onbedekte draad in het lichaam achterblijft.
Explantatie
Wanneer de elektrode of een deel daarvan wordt geëxplanteerd, moet deze overeenkomstig de plaatselijke voorschriften worden
behandeld. Reinig het geëxplanteerde apparaat met een desinfecterend middel en stuur het vervolgens naar St. Jude Medical voor
onderzoek en veilige afvoer. Uit veiligheidsoverwegingen raden wij u aan alle gebruikte elektroden te verpakken in een
beschermende verpakking.
Technische ondersteuning
St. Jude Medical beschikt over een telefoondienst die 24 uur per dag bereikbaar is voor vragen van technische aard en
ondersteuning:
+1 818 362 6822
+1 800 722 3774 (gratis in Noord-Amerika)
+46 8 474 4147 (Zweden)
Neem voor verdere hulp contact op met uw plaatselijke St. Jude Medical-vertegenwoordiger.
10
Advertenties
Inhoudsopgave
