Parkeren :
NL
- Schakel de stroom uit door op de ON/OFF knop op het bedieningspaneel te
drukken.
- Vergrendel de batterij met de sleutel of verwijder hem en neem hem mee
wanneer het toestel niet in gebruik is.
- Het is raadzaam het toestel vast te zetten wanneer het niet in gebruik is om
diefstal te voorkomen.
- Parkeer het apparaat nooit buiten als het regent of sneeuwt. Geef de voor-
keur aan een garage die droog en goed geventileerd is. Breng het toestel na
een rit in regen of sneeuw naar een beschutte plaats en veeg eventueel vocht
af met een schone, droge handdoek.
Kilometerstand/Autonomie :
Veel factoren zijn van invloed op het stroomverbruik en de actieradius, zoals
uiteengezet in deel 4.
Om de actieradius van uw toestel te maximaliseren, is het belangrijk de
volgende punten in acht te nemen:
- Laad de batterij volledig op voor een lange reis.
- De geadverteerde autonomie wordt gemeten onder optimale gebruiksoms-
tandigheden. Het gewicht van de gebruiker, de rijsnelheid, ruwe wegen en
heuvelachtig terrein, de bandenspanning, tegenwind, veelvuldige veranderin-
gen in snelheid en remmen (in de stad) en de buitentemperatuur zijn allemaal
factoren die van invloed zijn op de actieradius van het toestel.
- Rijden met goed opgepompte banden en een schoon, goed gesmeerd toes-
tel bespaart energie.
- Controleer regelmatig de reminstellingen en zorg ervoor dat beide wielen
vrij bewegen (dat de remmen tijdens het rijden niet over het wiel wrijven).
- De accucapaciteit neemt af naarmate de accu ouder wordt.
3.9. SNELHEIDSBEPERKINGEN
Het product is ontworpen om te rijden met een maximale snelheid van
25 km/u.
Respecteer echter de beperkingen op het gebruik van uw product in
overeenstemming met de verkeersveiligheidsregels die in het land van
toepassing zijn.
17