WERKWIJZE VOOR HET WERKEN MET VACUÜM AFDICHTEN
Opmerkingen : Vacuümzakken, gestreept, minder dan 30 cm breed kunnen met dit apparaat worden
gebruikt. Gebruik vacuümzakken van goede kwaliteit voor een beter afdichtingsresultaat.
Gebruik in alle gevallen gestreepte vacuümzakken.
GEBRUIK
1. Plaats het voedsel in een vacuümzak (de andere kant van de opening moet worden afgesloten).
2. Open de bovenklep.
3. Plaats de zak in de vacuümkamer en zorg ervoor dat de opening van de zak is afgeplat.
Opmerking: de openingszijde/bovenkant van de zak moet aan de binnenkant van de vacuümkamer
de twee verticale pinnen raken (zie hieronder).
4. Sluit de bovenklep en druk aan beide zijden totdat u een "klik" hoort die ervoor zorgt
dat de bovenklep volledig op de basis is vergrendeld.
5. Houd de knop Ontgrendelen (Stop) 2 seconden ingedrukt totdat het pictogram van de
ontgrendelknop oplicht.
6. Druk op de toets vacuüm + seal
(Vide+Sceller) om het vacumeren te starten.
Opmerkingen: De zak wordt automatisch gesloten zodra het vacuümniveau is bereikt. Als het
apparaat lucht blijft ledigen, komt dat doordat het apparaat niet hermetisch is afgesloten. Druk in dat
geval met uw hand op de bovenklep om de druk tussen de 2 delen van het apparaat te vergroten.
7. Wanneer het sealproces is voltooid, gaat de indicator uit.
Let op:
Laat minimaal 5 cm tussen
rand van de zak en voedsel om te kunnen
sealen.