Timer - Selecteren van de voorkeuzetijden waarop de wagen rijklaar moet zijn
■
Timer 1 - Voorkeuzetijd 1
■
Timer 2 - Voorkeuzetijd 2
■
Timer 3 - Voorkeuzetijd 3
■
Modus - Instelling van de bedrijfsfunctie
■
■
Verwarming - Verwarmingsfunctie
Ventilatie - Ventilatiefunctie
■
Timer uit - Uitschakelen van de voorkeuzetijd
■
■
Instellingen - Instelling van de dag en het tijdstip waarop de wagen rijklaar
moet zijn
Timer 1 - Instelling van voorkeuzetijd 1
■
■
Timer 2 - Instelling van voorkeuzetijd 2
Timer 3 - Instelling van voorkeuzetijd 3
■
Werkingsduur instellen - Instelling van de tijdsduur waarin het apparaat moet
■
draaien (10 - 60 minuten)
Na het instellen van de inschakeltijd op de toets
voorkeuzetijd wordt opgeslagen.
Let op
Er kan altijd maar één ingestelde voorkeuzetijd actief zijn. De geactiveerde
■
voorkeuzetijd wordt na het automatisch starten weer gedeactiveerd. Voor de vol-
gende start moet een van de voorkeuzetijden worden geactiveerd.
Bij het kiezen van de dag in de voorkeuzetijd is er tussen zondag en maandag
■
een positie waarbij geen dag wordt aangegeven. Als deze instelling wordt over-
genomen, zal de wagen op het gekozen tijdstip rijklaar zijn, ongeacht de dag.
Het geactiveerde systeem wordt na afloop van de inschakelduur uitgeschakeld
■
of kan eerder worden uitgeschakeld door het indrukken van de toets voor recht-
streeks in- of uitschakelen
op het Climatronic-bedieningsgedeelte resp. via de
radiografische afstandsbediening.
Als een andere tijd wordt ingesteld
■
wordt de geactiveerde voorkeuzetijd automatisch gedeactiveerd. De voorkeuze-
tijd moet opnieuw worden geactiveerd.
Rijhulpsystemen
›
Op de toets
→ Assistenten drukken.
CAR
16
Wagensystemen instellen
drukken, de ingestelde
BACK
» pagina
8, Instellingen apparaatsysteem,
Front Assist - Instelling van de assistent voor de afstandsbewaking t.o.v. voor-
■
uitrijdende voertuigen
Ingeschakeld - In-/uitschakelen van de assistent
■
Preventieve waarschuwing - In-/uitschakelen van de preventieve waarschu-
■
wing
■
Afstandswaarschuwing tonen - In-/uitschakelen van de afstandswaarschu-
wing
ACC (adaptieve afstandsregeling) - Instelling van het adaptieve snelheidsregel-
■
systeem
Afstand - Instelling van de afstandsbewaking t.o.v. vooruitrijdende voertuigen
■
Zeer klein - Zeer kleine afstand
■
■
Klein - Kleine afstand
Medium - Gemiddelde afstand
■
Groot - Grote afstand
■
■
Zeer klein - Zeer grote afstand
Laatstgekozen afstand - In-/uitschakelen van de laatst gekozen afstand
■
Rijprogramma - Instelling van de acceleratie bij ingeschakeld adaptief snel-
■
heidsregelsysteem
Normaal - Normaal
■
Sport - Sportief
■
■
Eco - Zuinig
Park Assist - Instelling van de parkeerassistent
■
Volume voorin - Instelling van het volume van de sensoren voor
■
■
Toonhoogte voorin - Instelling van de toonhoogte van de sensoren voor
Volume achterin - Instelling van het volume van de sensoren achter
■
Toonhoogte achterin - Instelling van de toonhoogte van de sensoren achter
■
Audiovolume lager - Volumeverlaging
■
Uit - Geen volumeverlaging
■
Laag - Geringe volumeverlaging
■
Medium - Gemiddelde volumeverlaging
■
■
Hoog - Sterke volumeverlaging
Proactieve bescherming inzittenden - In-/uitschakelen van de pro-actieve in-
■
zittendenbescherming
Ð
■
Vermoeidheidsherkenning - In-/uitschakelen van de vermoeidheidsherkenning
Licht
›
Op de toets
→ Licht drukken.
CAR
Ð
£