FUNCTIE
Ondertitelinstellingen
Instelling Seriële poort
Lan-instellingen
Instellingen herstellen
Huidige systeemstatus
BESCHRIJVING
Ondertitelinstellingen
Activeer de functie door Aan te kiezen als het
geselecteerde ingangssignaal ondertitels bevat.
•
Ondertitels: Plaatst de dialoog, verhaallijn en
geluidseffecten van tv-programma's en video's, die
ondertiteling bevatten, op het scherm (in de TV-gids
wordt dit vaak aangegeven met "CC").
Wanneer de projector het OSD-menu of een
dialoogvenster toont, worden ondertitels niet
tegelijkertijd weergegeven.
Ondertitelkanaal
Selecteert een gewenste ondertitelmodus. Bekijk
ondertitels door OT1, OT2, OT3 of OT4 te kiezen (OT1
toont ondertitels in de primaire taal van uw regio).
Hiermee kunt u naar wens een controlepoort instellen: via
de RS232-poort (CONTROL-poort op de projector) of de
HDBaseT-poort (LAN/HDBaseT-invoeraansluiting op de
projector).
Wanneer u een LAN-kabel gebruikt voor de verbinding,
raadpleegt u
"Bewaken en controleren met de computer" op
pagina 53
voor meer details.
Als u de PJLink™-toepassing gebruikt, zie dan
projector besturen met de PJLink™-toepassing" op pagina
56
voor meer details.
Zet alle instellingen terug op de fabrieksinstellingen.
De volgende instellingen blijven behouden:
Gebruikersmodus 1, Gebruikersmodus 2, Taal
(Language), Beeld kantelen H/V, Hoogtemodus,
Beveiligingsins Tellingen, Lan-instellingen,
"Tools" (Hulpmiddelen)-menu in de webinterface,
PJLink-wachtwoord.
Invoer
Geeft de huidige signaalbron weer.
Beeldmodus
Geeft de geselecteerde modus in het menu BEELD weer.
Resolutie
Geeft de native resolutie van het ingangssignaal weer.
Kleurformaat
Geeft de indeling van het ingangsysteem aan.
Lamptijd
Geeft het aantal uren aan dat de lamp is gebruikt.
Filtertijd
Geeft het aantal uren aan dat het filter is gebruikt.
"De
67