Download Print deze pagina

Volvo S80 2013 Instructieboekje pagina 80

Advertenties

03 Bestuurdersmilieu
Instrumenten, schakelaars en bediening
Storing in remsysteem
Als het symbool oplicht, is het remvloeistof-
peil mogelijk te laag. Breng de auto op een
veilige plaats tot stilstand en controleer het
peil in het remvloeistofreservoir, zie
pagina 370.
03
Als de waarschuwingssymbolen voor het
remsysteem en ABS tegelijkertijd branden,
kan er een storing in de remkrachtverdeling
zijn opgetreden.
1. Breng de auto zo spoedig mogelijk tot
stilstand en zet de motor af.
2. Start de motor opnieuw.
Rijd verder als beide symbolen uit-
gaan.
Als de symbolen echter blijven bran-
den, moet u het peil in het remvloei-
stofreservoir controleren, zie
pagina 370. Als de symbolen blijven
branden ondanks dat het peil van de
remvloeistof in orde is, moet u de auto
uiterst voorzichtig naar een werkplaats
rijden om het remsysteem te laten con-
troleren. Volvo adviseert dat u daar-
voor een erkende Volvo-werkplaats
bezoekt.
Alleen auto's met alarm*.
6
*
78
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
WAARSCHUWING
Als de remvloeistof onder het MIN-
streepje van het reservoir staat, mag u niet
verder rijden voordat u remvloeistof hebt
bijgevuld.
Laat de oorzaak van het remvloeistofver-
lies controleren door een werkplaats.
Volvo adviseert dat u daarvoor contact
opneemt met een erkende Volvo-werk-
plaats.
WAARSCHUWING
Als de waarschuwingssymbolen voor het
remsysteem en ABS tegelijkertijd branden,
bestaat het gevaar dat de achtertrein bij
krachtig remmen gaat slippen.
Waarschuwing
Het rode waarschuwingssymbool gaat bran-
den, wanneer er een storing is geregistreerd
die van invloed kan zijn op de veiligheid en/of
de rijeigenschappen van de auto. Er ver-
schijnt tegelijkertijd een verklarende melding
op het informatiedisplay. Het waarschuwings-
symbool blijft branden totdat de storing is
verholpen, maar de melding kunt u verwijde-
ren met de knop OK, zie pagina 215. Het
waarschuwingssymbool kan ook gaan bran-
den in combinatie met andere symbolen.
Actie:
1. Stop zo spoedig mogelijk. Rijd niet verder
met de auto.
2. Lees de informatie op het informatiedis-
play. Voer de handeling uit die de melding
op het display u voorschrijft. Wis de mel-
ding met de knop OK.
Waarschuwing, portieren niet gesloten
Als een van de portieren niet goed dichtstaat,
gaat het informatie- of waarschuwingssym-
bool branden en verschijnt er een verklarende
afbeelding op het informatiedisplay. Breng de
auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en sluit
het portier dat openstaat.
Als de auto met een snelheid van
maximaal 7 km/h rijdt, gaat het infor-
matiesymbool branden.
Als de auto met een snelheid van
maximaal 7 km/h rijdt, gaat het waar-
schuwingssymbool branden.
Als de motorkap
6
niet goed dichtstaat, gaat
het waarschuwingssymbool branden en ver-
schijnt er een verklarende afbeelding op het
informatiedisplay. Breng de auto zo spoedig
mogelijk tot stilstand en sluit de motorkap.
Als het kofferdeksel niet goed dichtstaat, gaat
het informatiesymbool branden en verschijnt

Advertenties

loading