Gebruiksaanwijzing
Dagelijks gebruik
2.4 Dagelijkse controle vóór de start
Loop om het voertuig heen en controleer:
• De toestand van de banden en velgen aangezien
de wielen dikwijls zijn blootgesteld aan schokken
(trottoirs, randen,...).
• De bandenspanning. (Zie Hoofdstuk 1.4)
• De toestand van uw aanbouwdelen.
• De grond onder het voertuig om mogelijke lekkages
(diesel, olie, water...) op te sporen.
• De remefficiëntie. Voer voor het onderhoud van de
remmen dagelijks een opeenvolging van vijf abrupte
rembewegingen uit.
• Controleer het motoroliepeil. (Zie Hoofdstuk 3.2)
• Controleer het hydraulische oliepeil. (Zie Hoofdstuk
3.3)
• Controleer de lichten.
• Controleer of er iets bijzonders aan de hand is.
• Smeerpunten: zie 3.7 Smering, pagina 56, smering
minstens om de 50 uur aanbevolen.
Let op!
Schakel de machine niet in als een
van de bovenstaande controles niet
lukt. Raadpleeg een geautoriseerde
servicemonteur.
50
Gebruiksaanwijzing City Ranger 3070