Wagentoestand
›
Op de toets
drukken en vervolgens de functietoets → Wagenstatus
aantippen.
Op het beeldscherm wordt informatie over de wagentoestand of de werking
van de bandenspanningscontrole getoond.
›
Met behulp van de functietoetsen het menupunt Wagenstatus kiezen.
Functietoetsen en beeldschermweergave
Wagenweergave (gekleurd weergegeven wagengedeelten duiden op
A
waarschuwingsmeldingen met betrekking tot deze wagengedeelten,
nadat de "wagen" is aangetipt worden waarschuwingsteksten weerge-
geven)
Geen melding / waarschuwingsmeldingen over de wagentoestand en
het aantal (indien er sprake is van slechts één melding wordt er alleen
een waarschuwingstekst weergegeven)
Weergave van informatie over de toestand van het START-STOP-sys-
teem
Personalisering - Weergave/verandering van het gebruiksaccount
ESC- en ASR-systemen
›
Op de toets
drukken en vervolgens de functietoets → ESC-systeem:
aantippen.
Ingeschakeld - Inschakelen van alle componenten van het ESC-systeem
■
■
ASR uit - Deactivering van het ASR-systeem
28
Wagensystemen
Afb. 22
Wagentoestand
» afb. 22
Banden
›
Op de toets
drukken en vervolgens de functietoets → Banden aantip-
pen.
Bandenspanningscontrole - Functie van de bandenspanningscontrole
■
■
SET - Opslaan van de bandenspanningswaarden
Winterbanden - Instelling van een waarschuwing bij het bereiken van de
■
snelheidsbegrenzing voor winterbanden
Snelheidswaarschuwing - In-/uitschakelen van de functie Winterbanden
■
Waarschuwing bij - Instelling van de snelheid voor de waarschuwing
■
Bestuurdersprofielen (personalisering)
›
Op de toets
drukken en vervolgens de functietoets → Bestuurdersac-
counts aantippen.
Beschrijving van de personaliseringsinstelling
gen.
Hulpsystemen
›
Op de toets
drukken en vervolgens de functietoets → Bestuurdershulp-
systeem aantippen.
ACC (afstandsregeling) - Instelling van de adaptatieve snelheidsregeling
■
Rijprogramma: - Instelling van de acceleratie bij ingeschakelde automatische
■
afstandsregeling
Eco - Zuinig
■
Normaal - Normaal
■
Sport - Sportief
■
■
Laatstgekozen afstand - In-/uitschakelen van de laatstgekozen afstand
Afstand: - Instelling van de afstandsbewaking t.o.v. vooruitrijdende voertui-
■
gen
■
Zeer klein - Zeer kleine afstand
Klein - Kleine afstand
■
Middel - Gemiddelde afstand
■
■
Ver - Grote afstand
Zeer ver - Zeer grote afstand
■
»
Instructieboekje van de wa-