Montage
5.4 Koelwatervoorziening bij machines met waterkoeling
1. De materialen voor de leidingen dienen zo te worden gekozen dat zij over de nodige
2. Leg en steun waterleidingen zo dat er bij de aansluitflenzen geen ongeoorloofde
3. Spoel de waterkringloop voor u de koelwatertoevoer aan de motor aansluit. Daardoor
4. Indien er vuil of vreemde bestanddelen in het koelwater aanwezig kunnen zijn, dienen in
5. Sluit de koelkring op de machine aan.
Koelkring vullen
1. Vul de koelkring met water tot de lucht volledig uit de koelkring verdrongen is.
2. Controleer met een drukproef of de koelwatertoevoer dicht is. Daarbij mag de maximale
Indien de machine hierna niet in bedrijf wordt gesteld, neem dan de maatregelen die nodig
zijn bij bedrijfsonderbrekingen.
LET OP
Koelkanalen ontluchten
Als de koelkanalen niet volledig met water zijn gevuld, dan is de toereikende koeling van de
machine niet gewaarborgd en kan de machine oververhitten.
Let erop dat de koelkanalen bij het vullen ontlucht worden en dat de koelkanalen volledig met
water zijn gevuld.
54
chemische duurzaamheid voor de betrokken waterverhoudingen beschikken. Bovendien
dient u de drukbelasting en de verdraagzaamheid met de koelermaterialen in acht te
nemen.
belastingen en trillingen ontstaan.
verwijdert u afzettingen en vreemde voorwerpen, zodat deze niet in de koelkring
geraken.
de toevoerleiding van het koelwater geschikte filters te worden geplaatst.
proefdruk niet worden overschreden. De maximaal toegelaten druk vindt u op het
vermogensplaatje.
LOHER CHEMSTAR 1PS4/1PS5
Bedieningshandleiding 05/2015