Tabel 27 Triptoestand
Triptoestand
2
I
t waarde wordt overschreden:
Overstroom
-
2
"I
t"
Temperatuur koellichaam overschreden
80°C (waarschuwing bij 75°C):
-
Overtemperatuur
"OT"
-
-
-
Faseverlies of te grote onbalans tussen de
Motor los
motorfasen.
Externe ingang (DigIn 1-8) actief:
Ext. trip
-
Interne trip
Fout in het microprocessor-systeem:
Koppelbegrenzing bij motorstilstand:
Rotor
geblokkeerd
-
Motor thermistor overschrijdt het maxi-
Motor
mum niveau:
temperatuur
Comm Fout
Fout in de seriële communicatie
(Interrupt [253])
Max Alarm Max alarm niveau (overbelas-
Max Alarm
ting) is bereikt. Zie § 5.9, pag. 59.
Min Alarm Min alarm niveau (onderbelas-
Min Alarm
ting) is bereikt. Zie § 5.9, pag. 59.
Mogelijke Oorzaak
Overbelasting op de motor volgens de
2
geprogrammeerde I
t instellingen. Zie
§ 5.4.41, pag. 47.
Te hoge omgevingstemperatuur van de
regelaar
Onvoldoende koeling
Te hoge stroom
Geblokkeerde of vol stof zittende
ventilatoren
Ingang is actief laag.
Mechanische blokkering van de rotor.
Oplossing
-
Controleer op mechanische overbelasting
op de motor of het tanddrijfmechanisme.
(lagers, tandwielkasten, kettingen, riemen,
snaren etc.)
-
Verander de Motor I
zie § 5.4.41, pag. 47.
-
Controleer de koeling van de frequentie-
regelaarkast. Zie ook § 8.2, pag. 75.
-
Controleer de functionaliteit van de inge-
bouwde ventilatoren. De ventilatoren
moeten automatisch aanslaan als de
temperatuur van de warmteopnemer de
60° C overschrijdt.
-
Controleer de specificaties van de rege-
laar en de motor.
-
Maak de ventilatoren schoon.
-
Controleer de motorspanning op alle fasen.
-
Controleer op losse of slechte motorkabel-
aansluitingen.
-
Als alle aansluitingen OK zijn, neem dan
contact op met uw leverancier.
-
Zet het Motor Los alarm uit. Zie
§ 5.4.39, pag. 46.
-
Controleer de apparatuur die de externe
ingang in werking stelt.
-
Controleer de programmering van de
digitale ingangen DigIn 1-8
§ 5.5.11, pag. 50.
-
Als de trip blijft, neem dan contact op met
uw leverancier.
-
Controleer op mechanische problemen bij
de motor of het aandrijfmechanisme dat op
de motor aangesloten is.
-
Zet het 'Rotor geblokkeerd' alarm UIT. Zie
§ 5.4.38, pag. 45.
-
Controleer de mechanische overbelasting
op de motor of het aandrijfmechanisme.
(lagers,tandwielkasten, kettingen, riemen,
snaren,etc.)
-
Controleer de motorkoeling.
-
Zelf-geventileerde motor bij laag toerental,
te zware belasting.
-
Controleer alle seriële aansluitingen en
connectoren.
-
Controleer alle instellingen met betrek-
king tot de seriele communicatie.
-
Herstart alle apparatuur inclusief de rege-
laar.
-
Controleer de belasting van de machine.
-
Controleer de monitorinstelling in
§ 5.9, pag. 59.
-
Controleer de belasting van de machine.
-
Controleer de monitorinstelling in
§ 5.9, pag. 59.
FOUTINDICATIE, DIAGNOSES EN ONDERHOUD
2
t Stroom instelling.
71