Elektrische aansluiting
20
6
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
L
Instrument staat onder spanning!
Verkeerde aansluiting kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben!
‣
De elektrische aansluiting mag alleen worden uitgevoerd door een elektrotechnicus.
‣
De elektrotechnicus moet deze beknopte handleiding hebben gelezen en begrepen en
de instructies daarin opgenomen opvolgen.
‣
Voor het uitvoeren van de aansluitwerkzaamheden, moet worden gewaarborgd dat op
geen enkele kabel nog spanning staat.
6.1
Aansluitinstructies
WAARSCHUWING
L
Instrument staat onder spanning
Risico van elektrische schokken! De lijnfilter, de overspanningsmodule en de
hoofdschakelaar zijn verbonden met de voedingsspanning, zelfs wanneer de
hoofdschakelaar is uitgeschakeld!
‣
Maak het instrument los van de voedingsspanning (trek de voedingsstekker uit de
contactdoos).
‣
Waarborg voor het aansluiten, dat de voedingsspanning overeenkomt met de spanning
die is vermeld op de typeplaat.
‣
Waarborg dat de analyzer voldoende is geaard via de voedingsaansluiting.
De analyzer is leverbaar voor de volgende voedingsspanningen:
• 115 V AC 50 Hz
• 115 V AC 60 Hz
• 230 V AC 50 Hz
• 230 V AC 60 Hz
Voor de aarding van de analyzer via de netspanningsaansluiting geldt de volgende
voorwaarde:
50 V < R*I
max
Imax= maximale stroom waarbij de aardlekschakelaar nog niet aanspreekt
R = weerstand tussen de randaarde en de instrumentaarde
Wanneer deze voorwaarde niet kan worden gegarandeerd, moet het instrument lokaal
worden geaard.
De signaalverbindingen bevinden zich in de EMC-beschermkast aan de rechterzijde van de
kast. De aansluiting voor de externe aarde bevindt zich aan de linkerkant van de kast aan
de onderkant.
Voer de volgende aansluitingen uit:
1. Sluit analoge uitgangen 0/4 tot 20 mA aan.
2. Sluit binaire ingangen en uitgangen aan.
3. Sluit de RS-232 interface aan.
4. Voer de externe aarde uit indien nodig.
5. Sluit de voedingsspanning aan via de netvoedingsstekker.
TOCII CA72TOC
Endress+Hauser