7.3
Opblaasstanden
De pomp heeft drie hieronder beschreven opblaasstanden:
7.3.1 Sequentieel opblazen
1. De eerste manchetkamer wordt opgeblazen.
2. Wanneer de eerste kamer is gevuld met de juiste druk, wordt de tweede
kamer opgeblazen.
3. Deze volgorde gaat door voor alle 12 kamers.
N.B.:
In de Sequentieel-stand blijven alle kamer opgeblazen
terwijl daaropvolgende kamers worden opgeblazen.
4. Nadat de laatste kamer is opgeblazen, lopen alle kamers gelijktijdig leeg.
5. De druk in elke kamer is minder dan de druk in de voorgaande kamer en de
druk in de laatste kamer wordt ingesteld op 60% van de druk in de eerste
kamer.
7.3.2 Golf-instelling
1. De eerste manchetkamer wordt opgeblazen.
2. Wanneer de eerste kamer is gevuld met de juiste druk, loopt de tweede
kamer leeg.
3. Wanneer de tweede kamer is gevuld met de juiste druk, loopt de eerste
kamer leeg en wordt de derde kamer opgeblazen.
N.B.:
Dit kan de patiënt het gevoel geven dat meer dan één
kamer gelijktijdig wordt opgeblazen.
4. Deze volgorde geldt voor alle 12 kamers.
5. De druk in elke kamer is minder dan de druk in de voorgaande kamer en de
druk in de laatste kamer wordt ingesteld op 60% van de druk in de eerste
kamer..
Druk
100%
60%
Sequentieel opblazen cyclus
N.B.:
Opblazen in de golf-volgorde wordt ook "peristaltisch"
opblazen genoemd.
Kamer
Druk
100%
60%
Kamer
Golf-opblazen cyclus
18