DNS
Hier stelt u de IP ADDRESS SETTING (IP-adresinstellingen) van de DNS-server in.
AUTO (Automatisch): Wijs automatisch een IP-adres toe van de DNS-server die aan de monitor is
verbonden.
MANUAL (Handmatig): Stel uw IP-adres in van de DNS-server die aan de monitor is verbonden.
DNS PRIMARY
Stel uw primaire DNS-instellingen in van het netwerk dat is aangesloten op het beeldscherm.
(DNS primair)
OPMERKING: Stel in als [0.0.0.0] om de instelling te verwijderen.
DNS SECONDARY
Stel uw secundaire DNS-instellingen in van het netwerk dat is aangesloten op het beeldscherm.
(DNS secundair)
OPMERKING: Stel in als [0.0.0.0] om de instelling te verwijderen.
MAC ADDRESS (MAC-adres) Het MAC-adres wordt weergegeven.
LAN POWER (LAN-stroom)
Hiermee selecteert u de LAN-bedrijfsmodus. Wanneer "ON" (Aan) is geselecteerd, wordt er voeding
aan het LAN geleverd tijdens de energiebesparende stand of stand-bymodus.
OPMERKING: Voor het inschakelen van "AUTO ID" (Automatische id) of "AUTO TILE MATRIX SETUP"
(Automatische instellingen tegelmatrix) moet deze functie de waarde ON (Aan) hebben.
DDC/CI
ENABLE/DISABLE (Inschakelen/Uitschakelen): Hiermee zet u de tweezijdige communicatie en
bediening van de monitor ON (Aan) of OFF (Uit).
PING
Bevestig de reactie door te communiceren met het vooraf ingestelde IP-adres.
IP ADDRESS RESET
Hiermee zet u IP ADDRESS SETTING (IP-adresinstelling) op de fabrieksinstellingen terug.
(Fabrieksinstellingen IP-adres)
RESET
Hiermee zet u voor de volgende instelling in het menu EXTERNAL CONTROL (Externe controle) de
(Fabrieksinstellingen)
fabrieksinstelling terug: DDC/CI.
ADVANCED OPTION1 (Geavanceerde optie1)
INPUT DETECT
Hiermee selecteert u de ingangsdetectiemethode die wordt gebruikt wanneer meer dan twee computers
(Ingangsdetectie)
op de monitor zijn aangesloten.
OPMERKING: Als in INPUT CHANGE (Ingangwijziging) de optie SUPER is geselecteerd, kan deze
functie niet worden gewijzigd.
NONE (Geen)
Er wordt niet naar de andere video-ingangspoorten gezocht.
FIRST DETECT
Wanneer het huidige ingangssignaal niet aanwezig is, zoekt de monitor een videosignaal op de andere
2
(Eerste detectie)*
ingangspoort. Als het videosignaal zich op de andere poort bevindt, schakelt de monitor automatisch de
nieuwe gedetecteerde signaalbron in.
De monitor zoekt geen andere videosignalen wanneer de huidige videobron aanwezig is.
LAST DETECT
Wanneer de monitor een signaal weergeeft dat afkomstig is van de huidige bron en er wordt een
(Laatste detectie)*
2
signaal geleverd door een nieuwe, secundaire bron, schakelt de monitor automatisch over op de
nieuwe videobron. Wanneer het huidige ingangssignaal niet aanwezig is, zoekt de monitor een
videosignaal op de andere ingangspoort. Als het videosignaal zich op de andere poort bevindt, schakelt
de monitor automatisch de nieuwe gedetecteerde signaalbron in.
VIDEO DETECT
VIDEO-ingangen, zoals HDMI, HDMI2*
(Signaaldetectie)
S-VIDEO*
ingangssignalen aanwezig is, schakelt de monitor hiernaar over en blijft de VIDEO-ingang actief.
CUSTOM DETECT
Stel de prioriteit van invoersignalen in.
(Aangepaste detectie)
Wanneer CUSTOM DETECT (Aangepaste detectie) is geselecteerd, worden alleen vermelde ingangen
doorzocht.
OPMERKING: prioriteitsinstelling van de optie signaalingang is alleen beschikbaar in PRIORITY 3
(Prioriteit 3), behalve voor optie pc type sleuf 2.
LONG CABLE COMP
Compenseert handmatig voor verslechtering van het beeld veroorzaakt door het gebruik van een lange
(Compensatie met
kabel.
1
lange kabel)*
(alleen analoge ingang)
ON/OFF (Aan/uit)
ON (Aan): Activeert deze functie.
OFF (Uit): Deactiveert deze functie.
SOG PEAK
Hiermee past u de gevoeligheid van de 'Synchronisatie t.o.v. groen'-ingangsignalen aan. Hiermee past
(SOG-verfi jning)
u het zogeheten 'slice'-niveau aan bij het afzonderen van een synchronisatie van een 'Synchronisatie
t.o.v. groen'-ingangsignaal. Druk op "LEFT" of "RIGHT" (links/rechts) om te selecteren.
GAIN
Past de gain-waarde aan.
R-H.POSITION
Hiermee stelt u de positie van de roodcomponent van het beeld in.
(R-H-positie)
G-H.POSITION
Hiermee stelt u de positie van de groencomponent van het beeld in.
(G-H-positie)
B-H.POSITION
Hiermee stelt u de positie van de blauwcomponent van het beeld in.
(B-H-positie)
SYNC TERMINATION
Hiermee past u de afsluitweerstand aan de impedantie van de kabel aan.
(Instelling afsluitweerstand)
INPUT CHANGE
Hiermee stelt u de snelheid in waarmee invoer moet worden gewijzigd. Wanneer "SUPER" is
(Ingangwijziging)
geselecteerd, kan er snel tussen twee signalen worden geschakeld.
OPMERKING: Wanneer "QUICK" (Snel) is geselecteerd, kan het beeld vervormen wanneer de
signaalinvoer wordt gewijzigd. "SUPER" wordt beschikbaar bij selectie van IMAGE FLIP (Beeld
spiegelen) behalve NONE (Geen).
Selecteer deze functie wanneer alle opties voor de invoer zijn ingesteld.
*1: Deze functie is afhankelijk van de optionele kaart die u gebruikt.
*2: Alleen voor de ingangen DVI, DPORT, VGA, RGB/HV*
1
, HDMI3*
1
, hebben voorrang op DVI, VGA, DPORT, RGB/HV*
1
, HDMI, HDMI2*
1
, HDMI3*
Nederlands-27
1
, Y/Pb/Pr, Y/Pb/Pr2*
1
, SCART*
1
, VIDEO*
1
. Wanneer een van de VIDEO-
1
.
AUTO
(Automatisch)
0.0.0.0
0.0.0.0
-
OFF (Uit)
ENABLE
(Inschakelen)
192.168.0.10
NO
NO (Nee)
-
NONE (Geen)
1
en
OFF (Uit)
0
0
0
0
0
HIGH (Hoog)
NORMAL
(Normaal)