Problem
Het scherm blijft leeg.
Het apparat wordt niet
ingeschajekd.
Het beeld op het scherm
verandert niet.
Het toestel reageert niet.
Het beeld op het scherm is
te veel duidelijk, of een
reflectie op het scherm
maakt het moeilijk te
bekijken.
Het beeld op het scherm is
te veel Duister.
Er zitten smetten op uw
beeldscherm.
De spiegelcamera geeft
geen beeld weer.
34
Appendix F - Problemen verhelpen
Remedie
Druk op de aan/uit-knop op het apparaat.
Controleer of het netsnoer goed is aangesloten
op het apparaat en op een stopcontact.
Verminder de vergroting.
Probeer de helderheid aan te passen.
Schakel over naar een andere kleurmodus.
Druk op de aan/uit-knop op het apparaat.
Controleer bij gebruik van het netsnoer of de
stopcontacten stroom hebben en goed werken.
Als het stopcontact is aangesloten op een
stroomschakelaar, zorg er dan voor dat de
schakelaar aan staat.
Sluit de weergavemodus af en ga terug naar
de live-modus door op de rode Image-knop te
drukken.
Houd de aan/uit-knop op het apparaat ten
minste 12 seconden ingedrukt om het apparaat
opnieuw te starten.
Verminder de helderheid.
Schakel over naar een andere kleurmodus.
Verhoog de helderheid.
Schakel over naar een andere kleurmodus.
Maak het scherm schoon met een zachte
doek.
Zorg ervoor dat het deksel van de camera
open is.