Gebruikershandleiding V1.5-2023-01-30
9 Onderhoud
9.1 De omvormer uitschakelen
• Schakel de omvormer uit vóór het uitvoeren van handelingen en onderhoud. Anders kan
de omvormer beschadigd worden of kunnen er zich elektrische schokken voordoen.
• Vertraagde ontlading. Wacht tot de onderdelen ontladen zijn na het uitschakelen.
Stap 1: Schakel de AC-stroomkringonderbreker aan de STROOMNET-AAN-kant van de
omvormer uit.
Stap 2: Schakel de AC-stroomkringonderbreker aan de BACK-UP-kant van de omvormer uit.
Stap 3: Schakel de accustroomkringonderbreker tussen de omvormer en de accu uit.
Stap 4: Zet de DC-schakelaar van de omvormer uit.
9.2 De omvormer verwijderen
• Verzeker dat de omvormer uitgeschakeld is.
• Draag gepaste PBM voordat u handelingen uitvoert.
Stap 1: Koppel alle kabels los, met inbegrip van de DC-kabels, AC-kabels, communicatiekabels,
de communicatiemodule en PE-kabels.
Stap 2: Verwijder de omvormer van de montageplaat.
Stap 3: Verwijder de montageplaat.
Stap 4: Sla de omvormer naar behoren op. Als de omvormer later gebruikt moet worden,
verzeker dan dat de opslagomstandigheden voldoen aan de vereisten.
9.3 De omvormer weggooien
Als de omvormer niet meer werkt, gooi deze dan weg overeenkomstig de lokale vereisten
voor het afvoeren van elektrische apparatuur. De omvormer mag niet samen met
huishoudelijk afval weggegooid worden.
GEVAAR
WAARSCHUWING
43
09 Onderhoud