Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Functies van instrumenten en bedieningselementen

Cruise control

Dit model is uitgerust met cruise control,
dat een ingestelde kruissnelheid handhaaft.
De cruise control werkt alleen wanneer
u rijdt in de 3e versnelling bij snelheden tus-
sen ongeveer 50 km/h (31 mi/h) en
160 km/h (100 mi/h), in de 4e of 5e versnel-
ling bij snelheden tussen ongeveer 50 km/h
(31 mi/h) en 180 km/h (112 mi/h), of in de 6e
versnelling bij snelheden tussen ongeveer
3
55 km/h (34 mi/h) en 180 km/h (112 mi/h).
WAARSCHUWING
 Onjuist gebruik van de cruise con-
trol kan leiden tot verlies van de
controle over de machine met mo-
gelijk een ongeval tot gevolg. Ge-
bruik geen cruise control in druk
verkeer, slechte weersomstandig-
heden of op bochtige, gladde, heu-
velachtige of slechte wegen of
grindwegen.
 Wanneer u heuvelopwaarts of heu-
velafwaarts rijdt, kan de cruise con-
trol de ingestelde kruissnelheid
mogelijk niet aanhouden.
 Wanneer u de cruise control niet
gebruikt, moet u deze uitschakelen
om te voorkomen dat u deze per
ongeluk inschakelt. Controleer of
het controlelampje voor cruise
control "
DAU54193
DWA16341
" uit is.
1
1. Controlelampje cruise control "
2. Controlelampje cruise-controlinstelling
"SET"
1. Instelschakelaar cruise control "RES+/SET–"
2. Aan-uitschakelaar cruise control "
Cruise control activeren en instellen
1. Druk op de aan-uitschakelaar voor de
cruise control "
Het
controlelampje
control "
" gaat aan.
1
1. Aan-uitschakelaar cruise control "
2. Controlelampje cruise control "
3-6
2
"
2
"
" links op het stuur.
voor
cruise
2
"
"
N
A.TEMP
C.TEMP
TIME TR
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave