Instelling van de reagensinformatie
Onderdeel
Informatie over het item
Informatie over de
reagentiaset
Diverse parameterinstellingen
Onderdeel
Instelling informatie over de
eenheid
Modusinstelling
Beschrijving
• Hiermee stelt u de correlatiegebaseerde correctiefactor en het
patiënttype voor elk instrument in.
• Na het instellen van de correlatiecorrectiefactoren voert u
verificatiemetingen uit om te bevestigen dat deze correct zijn
ingesteld.
• Hiermee zet u de instelling terug op de standaardwaarde.
• Hiermee drukt u de info over het item af.
Hiermee drukt u reagensinformatie af.
Beschrijving
• Hiermee stelt u de naam van de eenheid, het
luidsprekervolume en het waarschuwingsgeluidspatroon in.
• Hiermee zet u de instelling terug op de standaardwaarde.
Hiermee selecteert u de afdrukmodus van het meetresultaat.
3-1 Overzicht van het menuscherm
Zie pagina
3-15
3-19
Zie pagina
3-21
3-23
D-01
3-3