5. GEEN SLECHTE WERKING
VAN DE AIRCONDITIONER
De volgende symptomen wijzen niet
op een probleem met de
airconditioner
I. HET SYSTEEM WERKT NIET
• Het systeem start niet onmiddellijk
opnieuw nadat de AAN/UIT-toets is
ingedrukt.
Wanneer het BEDRIJFS-lampje brandt,
is het systeem in normale conditie. Het
start niet onmiddellijk opnieuw omdat een
beveiliging overbelasting van het systeem
voorkomt. Na 3 minuten start het systeem
weer vanzelf.
• Het systeem start niet onmiddellijk
opnieuw wanneer de toets
TEMPERATUURINSTELLING weer in de
eerste stand komt nadat u op de toets
drukt.
Het start niet onmiddellijk opnieuw omdat
een beveiliging overbelasting van het
systeem voorkomt. Na 3 minuten start
het systeem weer vanzelf.
• Als de ontvangsttoon 3 keer snel wordt
herhaald (Bij normale werking wordt
het slechts twee keer herhaald.)
De besturing is ingesteld op de optionele
controller voor gecentraliseerde besturing.
• Als het ontdooilampje op het display
van de binnenunit brandt wanneer de
unit begint te verwarmen.
Deze aanduiding waarschuwt voor koude
lucht die uit de unit wordt geblazen. Dit is
normaal.
13
6. DIAGNOSE VAN DE
OORZAAK VAN EEN
PROBLEEM (Afb. 8)
I. NOODSTOP
Wanneer de airconditioner met een
noodstop wordt stilgelegd, begint het
WERKING-lampje op de binnenunit te
knipperen. Neem de volgende stappen om
de storingscode op het display uit te lezen.
Bezorg deze code aan uw dealer. Met deze
code kan de oorzaak van het probleem
worden bepaald, en kan het systeem
sneller worden gerepareerd.
Druk op de toets INSPECTIE/
1
TESTBEDRIJF om de
inspectiestand "
"
" verschijnt op het display en knippert.
"UNIT" brandt.
Druk op de toets
2
PROGRAMMEER-TIMER en
verander het unitnummer.
Druk op de toets om het unitnummer te
veranderen tot de binnenunit piept en voer
de volgende stappen uit al naargelang het
aantal pieptonen.
Aantal pieptonen
3 korte pieptonen . Voer alle stappen uit van
1 korte pieptoon ... Voer stap
1 lange pieptoon... Normale toestand
Druk op de toets
3
BEDRIJFSSTAND.
"
" links van de storingscode knippert.
Druk op toets
4
PROGRAMMEER-TIMER en
verander de storingscode.
Blijf drukken tot de binnenunit twee
pieptonen produceert.
Druk op de toets
5
BEDRIJFSSTAND.
"
" rechts van de storingscode knippert.
" te selecteren.
tot
6
3
en
6
3
Nederlands
uit