Parameter
Lasmodus
Lasstroom
Ontstekingsmodus
Instelbare parameters bij continulassen:
Parameter
Voorgas
Zoekboog
Upslope
© Kemppi
Waarde
Continu / Punt / MicroTack
Standaard = 50 A
Lift TIG / HF-ontsteking
Waarde
0,0 s ... 10,0 s, Auto, 0,1 s stap (Standaard =
Auto)
OFF / 5 % ... 90 %, stap 1 % (Standaard =
OFF)
OFF / 0,1 s ... 5,0 s, 0,1 s stap (Standaard =
0,0 s)
50
MasterTig 235ACDC, 325DC, 335ACDC, 425DC
Gebruiksaanwijzing - NL
Omschrijving
Doorlopend lassen: Standaard TIG-lassen
zonder pauzetijden.
Puntlassen: TIG-lasfunctie, die auto-
matisch een las produceert met een
vooraf ingestelde duur. De parameters
worden vooraf ingesteld door de gebrui-
ker. Deze functie wordt gebruikt om twee
materiaaldelen aan elkaar te bevestigen
met hechtlassen, bijvoorbeeld om dunne
platen aan elkaar te lassen met een
geringe warmte-inbreng.
MicroTack: TIG-lasfunctie, die de eigen-
schappen voor lassen met tijdsinstelling
optimaliseert. Wordt gebruikt voor het
hechtlassen van dunne platen of mate-
rialen van verschillende diktes. Maakt een-
voudige, snelle en zuivere hechtlassen
mogelijk met minimale warmte-inbreng.
De manier waarop de lasboog wordt ont-
stoken. Bij het TIG-lassen zijn er twee ont-
stekingsmodi beschikbaar: HF-ontsteking
(hoge frequentie) en Lift TIG-ontsteking.
Bij de HF-ontsteking wordt een span-
ningspuls gebruikt om de boog te ont-
steken. Voor de Lift TIG-ontsteking is fysiek
contact nodig tussen de elektrode en het
werkstuk.
Omschrijving
Lasfunctie waarmee het beschermgas
begint te stromen, voordat de boog
wordt ontstoken. Dit zorgt ervoor dat het
metaal bij het begin van het lasproces niet
in aanraking komt met lucht. De tijdsduur
wordt vooraf ingesteld door de gebruiker.
De functie wordt gebruikt voor alle meta-
len, maar vooral voor roestvast staal, alu-
minium en titanium.
Lasfunctie waarmee aan het begin van
een las voor korte tijd een lage lasstroom
kan worden gebruikt. Hierdoor kan het las-
sen nauwkeurig worden gestart. De para-
meters worden vooraf ingesteld door de
gebruiker.
Lasfunctie die de tijd bepaalt, gedurende
welke de lasstroom aan het begin van de
las geleidelijk wordt verhoogd tot het
gewenste niveau. De waarde voor de
Upslope-tijd wordt vooraf ingesteld door
de gebruiker. Bij een waarde 'nul' is de
functie uitgeschakeld.
1920900 / 2307