Zorg ervoor dat het papier niet beschadigd, vuil of te oud is.
Zorg er ook voor dat het papier met de afdrukzijde naar boven
in de papiertoevoer is geplaatst.
Voer het hulpprogramma Printkop reinigen uit om eventueel
verstopte spuitkanaaltjes schoon te maken.
"De printkop reinigen" op pagina 81.
Controleer het LCD-scherm. Als het inktlampje knippert of er
wordt een bericht weergegeven, vervangt u de betreffende
cartridge.
& Zie "Een lege cartridge vervangen" op pagina 74.
Zorg ervoor dat het type afdrukmateriaal dat is geselecteerd
in de printersoftware overeenkomt met het type
afdrukmateriaal dat zich in de papiertoevoer van de printer
bevindt.
Onjuiste of ontbrekende kleuren
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Voer het hulpprogramma Printkop reinigen uit. Vervang de
kleurencartridge als de kleuren nog steeds niet kloppen of als
er bepaalde kleuren ontbreken. Vervang de zwarte cartridge
als het probleem nog steeds niet is opgelost. Raadpleeg "Een
lege cartridge vervangen" op pagina 74 voor meer informatie.
Gebruik geen cartridge waarvan de uiterste
houdbaarheidsdatum op de verpakking is verstreken. Plaats
ook nieuwe cartridges als de printer lange tijd niet is gebruikt.
Zie "Een lege cartridge vervangen" op pagina 74.
Onduidelijke of vlekkerige afdrukken
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
93