12.3
CV-installatie leegmaken
1.
Sluit een slang op het aftappunt van de installatie aan.
2.
Leid het vrije einde van de slang naar een geschikte
afvoerplaats.
3.
Zorg ervoor dat de onderhoudskranen van de installa-
tie geopend zijn.
4.
Open de aftapkraan.
5.
Open de ontluchtingskranen op de radiatoren. Begin
aan de hoogst gelegen radiator en ga dan verder van
boven naar onderen.
6.
Sluit de ontluchtingskranen van alle radiatoren en de
aftapkraan opnieuw als het verwarmingswater volledig
uit de installatie weggelopen is.
13 Uitbedrijfname
13.1
Product tijdelijk buiten bedrijf stellen
1.
Schakel in het gebouw de scheidingsschakelaar uit die
met het product is verbonden.
2.
Koppel het product los van de stroomtoevoer.
13.2
Product definitief buiten bedrijf stellen
Opgelet!
Risico op materiële schade door bevrie-
zing!
Het afzuigen van het koudemiddel zorgt voor
een sterke afkoeling van de plaatwarmtewis-
selaar van de binnenunit, die tot verijzing van
de plaatwarmtewisselaar aan verwarmings-
waterzijde kan leiden.
▶
Leeg de binnenunit een verwarmingswa-
terzijde om schade te vermijden.
▶
Zorg ervoor dat tijdens het afzuigen van
het koudemiddel de plaatwarmtewisselaar
aan verwarmingswaterzijde voldoende
wordt doorstroomd.
1.
Schakel in het gebouw de scheidingsschakelaar uit die
met het product is verbonden.
2.
Koppel het product los van de stroomtoevoer, maar
zorg er echter voor, dat de aarding van het product
verder gewaarborgd is.
3.
Tap het CV-water af uit de binnenunit.
4.
Demonteer de manteldelen.
5.
Verwijder het koudemiddel uit het product.
6.
Let erop, dat ook na volledige lediging van het koude-
middelcircuit er verder koudemiddel door uitgassen uit
de compressorolie naar buiten komt.
7.
Monteer de manteldelen.
8.
Markeer het product met een van buiten goed zicht-
bare sticker.
9.
Noteer op de sticker, dat het product buiten bedrijf
werd gesteld en dat het koudemiddel werd verwijderd.
Onderteken de sticker met vermelding van de datum.
10.
Laat het verwijderde koudemiddel in overeenstemming
met de voorschriften recyclen. Let erop, dat het koude-
middel moet worden gereinigd en gecontroleerd, voor-
dat het opnieuw wordt gebruikt.
0020318682_00 Installatie- en onderhoudshandleiding
11.
Laat het product en de componenten ervan in overeen-
stemming met de voorschriften afvoeren of recyclen.
14 Recycling en afvoer
14.1
Recycling en afvoer
Verpakking afvoeren
▶
Voer de verpakking reglementair af.
▶
Neem alle relevante voorschriften in acht.
14.2
Product en toebehoren afvoeren
▶
Geef noch het product noch de toebehoren met het huis-
vuil mee.
▶
Voer het product en alle toebehoren reglementair af.
▶
Neem alle relevante voorschriften in acht.
14.3
Koudemiddel afvoeren
Gevaar!
Levensgevaar door brand of explosie bij
transport van koudemiddel!
Wanneer koudemiddel R32 bij het transport
vrijkomt, dan kan bij vermenging met lucht
een brandbare atmosfeer ontstaan. Er be-
staat brand- en explosiegevaar. Bij brand
kunnen giftige of bijtende stoffen zoals car-
bonylfluoride, koolmonoxide of fluorwaterstof
ontstaan.
▶
Zorg ervoor, dat het koudemiddel deskun-
dig wordt getransporteerd.
Waarschuwing!
Gevaar voor schade aan het milieu!
Het product bevat het koudemiddel R32. Het
koudemiddel mag niet in de atmosfeer te-
rechtkomen. R32 is een door het Kyoto-pro-
tocol beschreven gefluoreerd broeikasgas
met GWP 675 (GWP = Global Warming Po-
tential).
▶
Laat het in het product voorhanden kou-
demiddel voor het afvoeren van het pro-
duct volledig in een daarvoor geschikte
bak af om het daarna conform de voor-
schriften te recycleren of af te voeren.
▶
Zorg ervoor dat de afvoer van het koudemiddel door een
gekwalificeerde vakman gebeurt.
231