Uitleg toetsen op de afstandbediening
Opmerking:
•
Na het inschakelen van de voeding is een pieptoon hoorbaar en de indicator
rood gekleurd. De airconditioner is nu te bedienen met de afstandsbediening.
•
Als het toestel is ingeschakeld, zal bij iedere bediening, het
de afstandsbediening één keer knipperen. Het toestel zal tevens iedere keer een
pieptoon laten horen, dit geeft aan dat het signaal naar het toestel wordt
gezonden.
•
Als het toestel is uitgeschakeld, geeft het display van de afstandsbediening de
ingestelde temperatuur aan. Als het toestel is ingeschakeld, dan laat het display
de ingeschakelde functies zien.
Druk op deze toets om het toestel aan (
anders zijn) en uit te schakelen. Er klinkt een pieptoon.
Druk op deze toets om de volgende keuze te maken.
•
Bij keuze AUTO, zal het toestel automatisch werken afhankelijk van de ruimte
temperatuur. De ingestelde temperatuur is niet zichtbaar en wordt ook niet
zichtbaar.
Druk op de "FAN" toets om de ventilatorsnelheid in te stellen
standen: AUTO,
,
•
Bij de keuze Cool, zal het toestel werken in de verkoelingsstand. De koel indicator
op het toestel is aan
de "FAN" toets om de ventilatorsnelheid in te stellen.
•
Bij de keuze Dry , zal het toestel werken in de ontvochtigingsstand op lage
snelheid. De Dry indicator op het toestel is aan. In deze stand kan de
ventilatorsnelheid niet worden ingesteld.
•
Bij de keuze Fan, zal het toestel werken in de ventileren mode. De FAN-indicator
is aan
. Alle andere indicatoren zijn uitgeschakeld.
•
Bij de keuze Heat, zal het toestel werken in de verwarmingsstand. De Heat
indicator op het toestel is aan
ventilatorsnelheid in te stellen. Druk op
groene indicator brandt, kan per toestel
,
.
. Druk op
om de temperatuur in te stellen. Druk op
. Druk op de "FAN" toets om de
signaal icoon op
. U kunt kiezen uit de
om de temperatuur in te stellen.